Satellite
  • Day 24

    Nusa Lembongan

    June 27, 2019 in Indonesia ⋅ ⛅ 27 °C

    Dinsdagochtend was het tijd om afscheid te nemen van Lombok. Door de host van de homestay werd ik met de auto naar het vliegveld gereden. Om 13:00 stapte ik op het vliegtuig, om minder dan een uur later weer voet op Balinese bodem te zetten. In het stadje bij het vliegveld ontmoet ik Ruben weer. Hij is de dag tevoren al op Bali aangekomen. We bestellen een taxi naar de haven, want we gaan naar een klein eilandje dat naast Bali ligt: Nusa Lembongan. Bij de haven aangekomen regelen we bij een loket een retourticket voor een fastboat. Over 5 minuten vertrekt de boot volgens het schema, dus we haasten ons over de kade. Bij de boot aangekomen zijn ze nog rustig bezig met inladen. Met de slippers in de hand waden we door het water om een trappetje op te klimmen. De boot vaart enorm snel, en daardoor is het een erg ruige rit. We klappen hard op de golven en de hele boot trilt, maar hij houdt het wel. Een half uur later stappen we het strand van Nusa Lembongan op.
    We installeren ons in de homestay, waarna we in de zwembroek met de handdoek over de schouder naar het strand lopen. We nemen een frisse duik in de zee om de warmte van de dag af te sluiten.
    Ruben heeft een vrouw leren kennen op zijn boottrip, die nu ook op het eiland is. We hebben in een restaurantje afgesproken, op een ander gedeelte van het eiland. We besluiten om de benenwagen te nemen. Met flinke spierpijn in mijn benen van de klim de vulkaan op, stappen we het eiland over. Het is een stevige wandeling, toch iets verder dan we verwacht hadden. We dineren gezellig op het strand, waarna we het hele stuk weer terug moeten lopen. Halverwege de wandeling, in het donker, komt er een scooter met 2 lokale jongens voorbij gereden. Ze bieden ons een lift aan, en we springen bij ze achterop. Met z'n vieren op de scooter gepropt razen we naar onze bestemming; het scheelt ons een heel stuk lopen!

    Nog voor de ochtendgloren worden we woensdag wakker gekraaid door een haan. Absoluut geen pretje.
    Na een ontbijt van een heerlijke kokospannekoek huren we 1 scooter, waarna we naar een strand rijden. We gaan opzoek naar een surfschool, want vandaag zijn we van plan om de hele dag te gaan surfen. We vinden een schooltje, waar we om 16:00 terecht kunnen voor een les. Tot die tijd ontspannen we op het strand. We zwemmen in het heldere zeewater en bakken in de zon, om toch nog even een kleurtje op te doen voordat we weer richting de Nederlanden gaan. Om 15:30 melden we ons aan. We krijgen een T-shirt en schoentjes. Daarna krijgen we wat theorie en moeten we op het strand oefenen op de beweging die we straks in het water moeten gaan maken. Na genoeg geoefend te hebben op het droge, is het tijd voor het natte werk. Met de surfplank springen we in een bootje, samen met 2 andere meiden en de 2 surfinstructeurs. We varen een eind de zee op, naar een plek waar grote golven op een koraalrif breken, wat het een ideale spot maakt om te surfen. We peddelen het water op en worden een voor een door de instructeur geroepen om naar hem toe te komen. Ik lig op mijn plank naast hem terwijl hij in de gaten houdt of er een geschikte golf aankomt. Wanneer hij er een ziet moet ik gaan peddelen, terwijl hij mij van achteren een harde duw geeft, zo voor de golf uit, terwijl hij roept dat ik moet gaat staan. Terwijl het water van achteren op mij afraast duw ik mijzelf omhoog, zoals ik op het strand geoefend heb. Ik kom wat onzeker omhoog en sta op wiebelende benen, maar ik sta wel! Op mijn surfboard word ik vooruit geduwd; het is een enorme kick dat het bij mijn eerste golf al is gelukt om te gaan staan. De pret duurt echter niet langer dan een paar seconden, want dan val ik alweer van mijn plank en word ik overspoeld door de golf. Na proestend boven te zijn gekomen moet ik een heel stuk terug peddelen: het zware werk van surfen. Dit herhaalt zich meerdere keren. Met de instructies van mijn instructeur lukt het steeds beter om langer op het board te staan en te surfen! Het peddelen is alleen enorm vermoeiend, ik krijg mijn armen niet meer boven het water uit. De dag loopt ten einde en zittend op onze plank zien we de zon langzaam naar het water toe zakken. Voor vandaag is het genoeg geweest, ik ben uitgeput en heb het koud, maar het was een enorm gave ervaring. Met de boot worden we weer op het strand afgezet.
    Die avond verwennen we onze vermoeide en pijnlijke lichamen op een heerlijke massage en een goede maaltijd.

    Donderdag worden we weer voor dag en dauw wakker gekraaid door de haan. We stappen vandaag op de scooter, om het eiland rond te gaan touren, samen met de dame waar we dinsdagavond mee hebben gegeten. We rijden als eerste naar het kleine buureilandje: Nusa Ceningan. Dit nog kleinere eiland is verbonden met een gele brug. We bezoeken wat uitzichtpunten en rijden een rondje over enorm hobbelige wegen. We zien een baai, met een onwerkelijk blauwe kleur water. Het water is heel licht van kleur en spat hoog op tegen de kliffen.
    Na rond te zijn geweest rijden we ons eiland weer op. We rijden naar het noorden, waar een mangrovebos gevonden kan worden. Het is een mooi plaatje om de bomen met hun lange wortels in het water te zien staan.
    We nemen een drinkpauze met uitzicht op het strand, waarna we huiswaarts gaan. We spreken weer af om de zonsondergang te bekijken bij Devil's Tear: een uitzichtpunt aan de kust. De zee klapt hier met grote golven hard tegen de kliffen aan, waardoor het water enorm hoog opspat. Het is een indrukwekkend gezicht om de kracht van de natuur te zien, terwijl de dag ten einde loopt en de zon naar beneden zakt.
    Read more