Satellite
  • Day 13

    Santa Cruz en Amboró

    March 20, 2019 in Bolivia ⋅ 🌧 19 °C

    Het Amboro nationaal park willen we niet missen. Hier komen 3 verschillende natuurfenomenen samen: de Amazone, de Andes en de Chaco (een grote laagvlakte). Zowel Samaipata als Santa Cruz zijn goeie uitvalsbasissen om het park te bezoeken. Samaipata lijkt het kleinste en meest aangename stadje van de 2. Maar de wegen er naartoe schijnen in slechte staat te zijn. 13 uur op een hobbelige bus, daar passen we liever voor. Zeker als we merken dat een vliegticket naar Santa Cruz slechts €50 per persoon kost. De beslissing is snel gemaakt: we vliegen op een uurtje naar daar.

    De eerste avond wandelen we naar een restaurant met typisch Boliviaans eten. Het is al donker sinds half 7, de dagen beginnen hier ferm te korten. Op dit uur van de dag is het wel nog altijd tropisch warm en vochtig. We zijn op onze hoede tijdens onze wandeling want Santa Cruz wordt de meest onveilige stad van Bolivia genoemd. In de smalle drukke straten loopt gelukkig nog veel volk rond en ook in het park nabij zitten er vele koppeltjes en kinderen. We voelen ons best wel op ons gemak.

    De volgende ochtend voert chauffeur Rodrigo ons op 2 uur tijd naar Refugio Los Volcanes. Eerst ontsnappen we uit de vele “anillos” van Santa Cruz. De stad is namelijk cirkelvormig opgebouwd. Er zijn 4 volledige ringen met radiale straten die tot in het centrum lopen, en daarnaast nog enkele halve ringen.

    De omgeving wordt steeds groener en vochtiger. Ideaal voor het kweken van citrusvruchten en yucca. Overal langs de baan zie je dan ook kraampjes waar mensen limoenen, mandarijnen en citroenen verkopen. Het begint ook stevig te regenen. Hopelijk klaart het straks terug uit zodat we wat kunnen wandelen in de natuur.

    Enkele kilometers voor het dorp Bermejo begint de route omhoog te slingeren. We slaan rechtsaf en komen op een kleine zand- en modderweg terecht. Na 4 kilometer hobbelen en slieren legt Rodrigo de motor stil. Hier wachten we op een 4x4 van de refuge die ons verder zal brengen. Rodrigo’s auto is hier niet voor gebouwd en zou anders vast kunnen raken in de modder.

    We hebben van hier een prachtig zicht op de refuge. Ongeveer honderd meter onder ons, tussen de grote rode zandstenen rotsen die overwoekerd worden door de jungle, ligt een kleine open grasvlakte met daarop enkele gebouwen. Wat een locatie, ik word er stil van. Het is de enige refuge in het hele Amboró park. Omgeven door niets dan natuur.

    Even later komt Vicente aangereden en die brengt ons naar de refuge. De stilte rondom ons is zalig. Je hoort alleen de wind waaien en enkele vogels tsjirpen. En het uitzicht… man, man. De zandstenen rotsen vormen een gigantische muur rond het domein van de refuge. Een veilige vallei waar wij moederziel alleen kunnen genieten van de natuur. Letterlijk alleen, want we zijn de enige gasten!

    Honderd meter verderop staat nog een gebouw. Dit is het restaurant. We drinken er een heerlijke koffie, die hier ter plaatse gemaakt wordt. In het bos staat een koffieplantage die door de eigenaars beheerd wordt. Het interieur is gezellig, met vele foto’s van de fauna en flora uit de omgeving. Er is ook een zithoek met enkele boeken. En buiten, vlak achter het terras, stroomt een kleine waterval waar we in mogen zwemmen. Hoe geweldig is dit zeg.

    In de boom die voor het restaurant staat, spotten we enkele “plush crested jays”. Geel-zwarte vogels met felblauwe wenkbrauwen. Wat verderop fladderen allerlei vlinders. Sommige zijn zo goed gecamoufleerd dat ze bijna niet te onderscheiden zijn van de bladeren aan de struik waar ze op zitten. Andere zijn bruin langs buiten en opvallend fluorescerend blauw langs binnen.

    Misschien ben ik onder de invloed van de cafeïne van de straffe koffie, maar ik vind dit momenteel de mooiste plek waar we op onze wereldreis al geweest zijn. We zijn hier nog maar 2 uur en we beslissen al om nog een dag langer te blijven. Als ons agentschap en de chauffeur het toelaten natuurlijk. Het is hier heel duur maar dit stukje paradijs is het meer dan waard!

    Net voor de lunch komt er nog een tweede koppel gasten toe. We zijn dan toch niet helemaal alleen. De vriendelijke kokkin serveert ons lekker en gezond eten, 3 keer per dag. We worden hier verwend.

    In de namiddag doen we een eerste wandeling met een lokale gids. Oscar werkt hier al vier jaar als tuinman en kent de paadjes als geen ander. Gewapend met een machete leidt hij de tocht. Het is gelukkig gestopt met regenen zodat we onze regenjas niet nodig hebben. Ondanks de bewolking spotten we toch veel dieren. Vooral vlinders, een paar vogels en ook enkele Martins apen die door de bomen slingeren. In de zomer staat het hier blijkbaar vol orchideeën maar die bloeien nu nog niet. We zien er uiteindelijk toch een drietal verschillende. Na anderhalf uur stappen door de vochtige jungle komen we bezweet terug aan de lodge. We rusten even uit en wandelen daarna op ons eentje naar de 3 watervallen in de buurt waar Vé een duik neemt.

    De volgende dag is het begin van de lente. Op het noordelijk halfrond dan toch. Voor ons is het een speciale dag want wij zijn exact 9 jaar samen. Dat kan al tellen! En wat een geweldige plaats om dat te vieren. Na het ontbijt gaan we weer op stap met Oscar. Ook de plaatselijke hond, die ondertussen al onze buddy geworden is, wandelt vrolijk mee. In dit stuk van het park zijn er weinig dieren te zien. We worden wel beloond met een geweldig panorama vanop het hoogste punt van de tocht. In de diepte zien we de refuge liggen. Daarrond niets dan bossen en bergen. En stilte. Enkele felgroene papegaaien vliegen in de verte voorbij. En weer stilte. Wat zijn we toch weer gelukzakken om dit te mogen meemaken.

    Op de derde dag, na een laatste wandeling, is het helaas tijd om dit paradijs te verlaten. Van de ongerepte natuur terug naar de betonnen jungle.

    Een filmpje: https://photos.app.goo.gl/UXCpKusNztUgAs3EA
    Read more