De Outback

We rijden verder richting zuid-westen. Ongeveer 500 km over geasfalteerde weg door de wijde Outback. Te zien is echter niet veel, rode aarde zover je kan kijken met gele graspollen en hier en daar een boom of struik. Een paar vogels, enige roofvogels waarvan twee op dode kangoeroes… We zijn niet verzekerd om in het donker of bij dusk en dawn te rijden, want dan is het risico op wilddierschade extreem hoog… en dat is te zien ook... Behalve kangoeroes heb je hier ook dingo’s, een soort van wilde hond. Op 2 punten, waar een bistro en een tankstation is, komen we toch ook een paar mensen tegen. Maar meer is er dan ook niet, alleen nog het huis van de uitbater. Ons doel is de Kings Canyon. We hebben wat geboekt op de camping daar. De Australiers (die zichzelf Aussie’s noemen) houden van campen en van hun Outback. Velen hebben de hele speciale Allrad (4X4) auto’s, met een tent erop en alles wat men zo nodig heeft om hier te overleven :0) Wij hebben een kleine kamer, met zicht op de canyon, echter zonder badkamer (zoals alle kamers hier) maar met een fikse Outback-toeslag. Dat hebben ze goed bekeken hier, want er is hier niks anders ;) De camping heeft een klein platform waar iedereen tegen de avond naar toe komt voor de zonsondergang, met blik op de rode Canyon. Daarna gaan we naar de BBQ, waar zelfs live muziek is. Een man die lekker gitaar kan spelen en grapjes met het publiek maakt. In de zomer moet het hier ongelofelijk vol zijn, aangezien er niks anders is. Maar de dagtemperaturen zijn dan waarschijnlijk ondragelijk want zelfs nu bij 'maar‘ 28 graden in de schaduw, brandt de zon al ongelofelijk. Maar ‘s nachts koelt het nu wel lekker af.Read more