- Show trip
- Add to bucket listRemove from bucket list
- Share
- Day 6
- Friday, March 7, 2025 at 3:17 PM
- ☀️ 16 °C
- Altitude: 930 m
SpainMontaña de Tauro27°54’17” N 15°41’12” W
Fabuleus doch een beetje hobbelig

Na een uitstekende bocadillo met gebakken ei, kaas, ham en nog iets (lekkers, maar wat?) namen Lily en ik afscheid in Ayacata. M'n feestje-playlist in de oren en dan 50 kilometer lang grotendeels afdalen om nog even goed afscheid te nemen van deze vuurrode cheat-bike. Dat was dus fabuleus.
De bergweg waarmee de afdaling startte was echt spectaculair mooi. Echt oogstrelend, magisch, onbeschrijfelijk mooi. Ik wilde niet in elke haarspeldbocht stoppen voor foto's met gevaar voor eigen leven en dat van medeweggebruikers, maar eigenlijk vroeg het uitzicht daar wel om. Maar goed, als je dat dus niet van me gelooft moet je zelf maar daar gaan fietsen want foto's heb ik van dat eerste stuk niet.
Het was trouwens natuurlijk heel zonnig, maar de wind was best een beetje koud als ik heel hard ging. "Gelukkig" volgde al snel een heel lang stuk slecht wegdek waar ik niet hard kon gaan, en me echt een beetje in het zweet moest werken om veilig in het zadel te blijven.
Dit slechte asfalt had ik nog niet eerder gezien op dit fiets-walhalla-eiland, waar de wegen over het algemeen uiterst smooth waren. Maar op deze route was kennelijk besloten om kilometerslang aan het asfalt te gaan werken en die werkzaamheden vervolgens stil te leggen ofzo? Het verklaarde wel de weinige andere fietsers die ik hier zag. Kennelijk waren de rest van de toeristen hier wèl bekend met de deplorabele toestand van deze weg. Echt, overal scheuren en kuilen, soms met plantjes erin, maar ook hele stukken waar de toplaag was afgeschraapt, of waar alvast nieuwe plakken asfalt waren gedumpt, veel los grind, bordjes en afzettingen hier en daar... Mijn handen moesten flink aan de bak om goed te sturen en veel te remmen. En ik was blij met m'n schokdempende handschoentjes want die polsen kregen me een partij hobbels te verduren... En intussen daalde ik nog steeds af en moest ik dus langdurig scheuren, onregelmatig wasbord en kuilen vermijden. Heel irritant, soms gevaarlijk en best een beetje stom. Desondanks bleef het uitzicht fenomenaal. Maar dat terzijde.
Ik zag voor het eerst schaapjes! Lily en ik hadden het er nog over gehad: lokale gerechten hier zouden geit en konijn zijn, maar nergens hoorden of zagen we geiten en konijnenkeutels hadden we ook nergens gespot, laat staan de beestjes zelf. Maar ineens stonden er dus langharige schapen langs de kant van de weg! Dat bewijsmateriaal moest dus op de foto.
Net toen het asfalt weer een tijdje mee zat volgde een afslag die ik moest nemen. Er stond een heel verweerd bord waar ik nog net uit op kon maken dat dit pad verboden voor fietsers was. Overigens was dit een eenbaansweg met, opnieuw, waardeloos asfalt. Lekker dan. Even twijfelde ik. Moet ik nu de hoofdweg blijven volgen en hopeloos uit de richting eindigen? Dit leek toch echt de enige optie naar het zuidoosten. Menig Komootgebruiker die me voor was gegaan hier, had zich op deze route hardop afgevraagd waarom het verboden was. Want het was toch hartstikke briljant juist! Ik besloot het erop te gokken. Het was inderdaad een briljant en een doodeng pad tegelijkertijd. Briljant omdat het echt schitterend mooi was weer, doodeng omdat het dus éénbaans was en relatief druk ineens, en dus weer heel slecht wegdek maar dit keer ook nog eens smal en zeer steil. Ik kneep zo hard in mijn remmen dat mijn handen ervan begonnen te verkrampen en man, wat was ik blij toen ik de T-splitsing zag onderaan dit pad: weer een normale weg!
Vanaf daar was het weer een tijdje naar beneden cruisen, 2 pauwen ontwijken en een korte ontmoeting hebben met een knappe Spaanse politieman die me staande wilde houden maar op het laatste moment zag dat ik iemand anders was.
Weer een stukje dieper in de vallei waar ik nu reed stak er ineens een straffe zuidenwind op, pal tegen. Het leek vanaf de kust zo door de vallei te blazen, recht in m'n bakkes. Voor het eerst deze rit zette ik standje wind-mee aan. En zo hefte het één het andere een beetje op, en wist ik binnen no time (nou ja, een half uur) de kust te bereiken.
Eenmaal op de glooiende kustweg pakte ik standje zadel-duwer erbij. Alle gêne was nu overboord, ik racete schaamteloos langs iedereen Maspalomas in, en leverde de fiets in met een eenzelfde snelheid alsof het een pleister was die je er gewoon in één ruk af moet trekken.
Oh, er was trouwens wel een troostfactor bij dit bruuske afscheid aanwezig: er liep een rode kater genaamd Garfield in de werkplaats en ik mocht 'm aaien en hij was superdupermegalief.Read more