Satelit
Tunjukkan pada peta
  • Hari 16–18

    Las Cruces Estación Biológico

    2 Disember 2023, Costa Rica ⋅ ⛅ 23 °C

    [Update 3/3 ivm weekje nauwelijks/geen internet]

    Na een paar dagen Drake Bay was het tijd de piraten gedag te zeggen en richting het derde - en laatste - biologisch onderzoeksinstituut te rijden dat net boven de peninsula ligt, vlak langs de grens met Panama.

    Dit onderzoekscentrum is gevestigd in een voormalige botanische tuin die in 1962 door Robert en Catherine Wilson werd opgericht als een soort tuincentrum voor tuiniers met fascinatie voor de tropen. Het stel introduceerde hier ook allerlei tropische planten uit andere regio's van de wereld, waardoor er een bijzondere biotoop ontstond op het terrein.

    In 1973 werd de tuin overgenomen door OTS (die ook de andere centra onder hun hoede hebben). De botanische tuin bestaat nog steeds en heeft een uitgebreide collectie van vreemde plantenfamilies, bedreigde soorten uit allerlei werelddelen en allerlei kruisingen en mutaties. Daarnaast is het instituut begonnen met het herintroduceren van inheemse soorten om de natuur te herstellen, maar hebben het experimenteren met nieuwe soorten wel voortgezet in speciale gebieden op het terrein, om onderzoek te kunnen doen naar ecologische experimenten op het gebied van klimaatverandering en agricultuur.

    Ook is dit instituut actief aan het uitbreiden door in samenspraak met de lokale bevolking land op te kopen en om te wisselen, om zo een ecocorridorte kunnen creëren die nationale parken aan elkaar verbindt. Zo wordt het voor dieren als de jaguar en verschillende apen makkelijker zich voort te planten en de genenpool gezond te houden. Door monocultuur (palmolie, bananen) staat hun leefomgeving momenteel onder druk.

    Het instituut en hun regenwoud ligt op 1200 meter hoogte en markeert de overgang tussen tropisch regenwoud en nevelwoud (cloud forest). De flora en fauna zien er dus toch weer net even wat anders uit dan in het tropisch regenwoud, iets meer vetplantjes en buitenaardse bloemen zo groot als babyhoofdjes.

    Verder heeft het gebied onder anderen de grootste diversiteit aan vogels van Cista Rica, meer dan 60 soorten vleermuizen , 800 soorten vlinders (voor zover bekend en benoemd), vele soorten reptielen, en jaguars.

    Het instituut is een stuk groter dan Palo Verde en er is ruimte voor 100 onderzoekers/bezoekers. Wanneer we aankomen blijken we echter helemaal alleen. Er is een receptionist die ons kan vertellen dat er helaas geen biologen/gidsen aanwezig zijn op het moment (want het is weekend) maar ze hebben gezorgd voor staf in de keuken en we mogen op eigen houtje het regenwoud verkennen als we willen. Maandag is er weer een gids en wordt ons een tour beloofd.

    Helemaal prima allemaal, want wat is het hier weer ontzettend mooi! Het uitzicht vanuit onze kamer over de botanische tuin en het alerachter liggende regenwoud is geweldig. Onder het balkon scharrelen Agouties en Cava's (beiden een soort uit de kluiten gewassen cavia's) en boven het bos vliegen bekvechtende paartjes papagaaien en ara's. De dames van de keuken blijken bovendien uitstekende en hele vriendelijke koks, die ons drie keer per dag een lekkere maaltijd voorzetten en ook nog eens zo lief zijn onze vuile was (zelf wassen in een wetbag was een slimme oplossing al zeggen we het zelf, maar echt schoon wordt het toch niet) van 2 weken weer heerlijk te laten ruiken. Dat doet goed!

    Op zondag gaan er zelf alle trails lopen, een route van zo'n 5 uur ploeteren door (11 km klimmen en dalen) het regenwoud. Bepakt met ieder 2,5 liter water en eten gaan we de uitdaging aan. De trails zijn er nogal ruig aan toe na een lang regenseizoen en we moeten regelmatig zoeken naar de weg en klimmen en klauteren over gevallen bomen of over door water weggeslagen hellingen.
    Naast veel vogels zien we onderweg sporen van een tapir en van een jaguar die vlak voordat we bij een rivier aankwamen nog water stond te drinken aan de oever daar.

    En na 9 kilometer gebood Elize dringend stil te blijven staan, want ze zag een slang midden op het pad, vlak voor haar voeten. Na een paar stappen terug te hebben gedaan, probeerden we hem even te determineren om in te schatten wat te doen. Rood en zwart leek het, fake coral snake (en dus ongevaarlijk)? Toch maar even een stokje ernaast gooien om hem qan te sporen van het (hele smalle) pad af te gaan. Alleen gooide Elize de stok ietsiepietsie teveel naar links, bovenop de staart van de bet gedetermineerde slang (sorry slang), die van de weeromstuit als een soort mini cobra zijn kop oprichte om te laten zien hoe sterk en eng hij was. En hoe rood en zwart en... geel! Na even tellen vanuit het midden concludeerde Elize dat de slang, die zij zojuist erg pissig had gemaakt, in feite een van de dodelijkste slangen van Costa Rica moest zijn. Of... er leek iets niet helemaal te kloppen met het patroon. Ze maakte dus even snel wat foto's van de slang en vervolgens deden we een stapje terug om de slang (die bekend staat als erg dodelijk maar vooral ook erg vredelievend en verlegen als de situatie het toestaat) zijn weg te laten vervolgen. Na een laatste vuile blik (nogmaals sorry, slang) ging hij er inderdaad vandoor.

    Maandag bleek de beloofde gids in geen velden of wegen te bekennen, dus bood een aanwezige senior onderzoeker, Rodolfo, aan de tour te doen. Heel veel geluk, want deze man wist niet alleen heel veel boeiende dingen te vertellen over al het lopende onderzoeken (met name naar planten en bomen) op het instituut, maar ook weinig zij te hebben in werken. We zijn uiteindelijk daarom de hele ochtend met hem aan de wandel geweest. Hij vertelde over de gevolgen van klimaatverandering (en liet deze zien aan de hand van de planten op het terrein), eco systeem collapse, adaptatie, slimme organismen, de communicatie van bomen (zo bloeien de vijgenbomen op het terrein allemaal keurig een week na elkaar, om elkaar genoeg bestuiving door insecten te garanderen), mycelium. En ook over mensen en natuurbehoud en culturele verschillen. Zo verteld hij lachend over de keer dat ze een groep inheemse indianen hadden uitgenodigd om met studenten te komen wandelen in het regenwoud om kennis uit te wisselen. Bij het zien van de agouties en met name de cava's - beschermde dieren die met uitsterven worden bedreigd - op het terrein werd er druk gepraat (in eigen taal) onder de stamleden en gelachen en gebaard naar de dieren. Uiteindelijk vroeg Rodolfo wat er aan de hand was, en toen bleek dat ze vrolijk aan het speculeren waren over hoe dík de dieren hier wel noet waren en hoe ze planden 's nachts terug te komen om er een paar te vangen om lekker te kunnen grillen. Iedereen kon er erg om lachen, maar het maakt natuurbescherming ook tot een uitdaging, aldus Rodolfo. Hij en andere onderzoekers doubleren 's nachts omstebeurd als nachtwakers van jet natuurgebied om stropers buiten de deur te houden.

    We vertelden hem ook over de slang en het verhaal maakte niet heel veel indruk op hem ("dat moet een fake coral zijn geweest, coral snakes zien we hier vrijwel nooit") tot we hen de foto's lieten zien. "That's a coral snake! No wait, that's a... that's a... hm." Hij kon niet anders dan het met ons eens zijn en concluderen dat het hier om een soort ging die niet in de boekjes stond. Hij verkondigde dat we ons bij deze naturalisten in de dop mogen noemen - in de voetsporen van Darwin en Wallace ;) - en hij heeft de foto's doorgestuurd naar een herpetoloog (slangen bioloog) van het instituut. Als hij ook concludeert dat het om een onbekende soort gaat, dan mogen we van Rodolfo een onderzoeksvoorstel indienen om subsidie te verkrijgen, om de slang opnieuw te komen vinden. Zie hier alvast de foto's van de toekomstige Elize en Maciej (fake?) coral snake ;).
    Baca lagi