• Nog meer muskusossen spotten

    June 18, 2023 in Norway ⋅ ☁️ 16 °C

    Wakker worden op zo'n plek als waar wij terecht waren gekomen was een bijzondere ervaring. Het was 7:00 uur maar de zon stond alweer hoog te schijnen en de tent warmde snel op. Het was koud geweest die nacht, maar de donzen slaapzak met katoenen liner erin (Matthijs noemt dat mijn trappelzak) waren heerlijk comfortabel, en ik had speciaal mijn wollen muts van Sheep Inc meegenomen voor de koude nachten, omdat ik weet dat je via je hoofd veel warmte verliest. Die muts op mijn hoofd en de flaprand over mijn ogen gevouwen verzekerden mij van een warme, donkere nachtrust.

    Dat was wel anders voor Matthijs, die geen oog dicht had gedaan, zo bleek toen ik hem rond 7:00 uur een goedemorgen wenste. We spraken af dat ik hem nog een tijdje zou laten soezelen, liefst slapen natuurlijk. Dat kon prima, we waren al aanwezig midden in dit schitterende gebied, en de dagen duren lang hier dus er was geen enkele reden om nu haastig op te staan. Ik ging intussen wel wat schrijven aan mijn verslag.

    Een uur of 2 later werd Matthijs ook echt wakker en konden we ons gaan klaarmaken voor onze queeste. Heel langzaam wel. Eerst naar het stromende smeltwater voor een plens ijskoud water in het gezicht, meteen water tappen voor koffie en instant ontbijtmaaltijden en dan tijdens het ontbijt de plannen bespreken. We zouden te voet op pad gaan met onze camera's om de muskusossen te gaan zoeken. Komende nacht zouden we opnieuw slapen bij Hjerkinn Fjellstue, en voor het avondeten daar hadden we ook gereserveerd. Dat betekende dat we om uiterlijk 19:00 uur daar weer terug moesten zijn, om niet te laat te komen voor datzelfde verrukkelijke buffet. Het was vermoedelijk een klein uurtje terugfietsen (alleen maar bergafwaarts) dus uiterlijk 18:00 uur moesten we dan vertrekken. We pakten daarom ook nu alvast de tassen in en prepareerden zoveel mogelijk de fietsen, zodat we aan het einde van de middag alleen nog maar de tent zouden moeten inpakken en we dan meteen konden gaan (fingers crossed dat het niet zou gaan regenen). Er was wel nog één hick-up: we hadden geen lunch meer. Wel was er nog een appeltje en een voorraadje noodrepen (muslirepen ed. voor onderweg) dus daar moesten we het dan maar even mee doen (de Snickers in Matthijs' tas was zo vloeibaar geworden door de hitte dat Matthijs 'm in een grote klont sneeuw achterliet op de rots bij de fietsen, in de hoop dat deze weer een wat vastere vorm zou aannemen).

    Nou, op pad dan maar! We liepen eerst naar het plevierenpad en toen verder naar de richel waar je in het dal kon kijken. Het allereerste moment dat we de telelens als verrekijker gebruikten was het meteen raak: Matthijs zag een stuk of 3 muskusossen in de sneeuw liggen en ik zag nog een eenling ergens hoger op een plateau wandelen. Wel ontiegelijk ver weg maar in elk geval waren de beesten alweer gelocaliseerd. Op basis van de windrichting besloten we welke route slim zou zijn om erop af te gaan en waar je dan op verstandige afstand foto's zou kunnen maken. Enthousiast liepen we de berg af, over kleurrijke keien met allerlei korstmossen erop, af en toe over de sneeuw en dan weer over het zachte, verende mos met schattige minibloemtjes erin en ertussen. Onderaan de eerste serieuze heuvel veranderde de begroeiing. Meer dwergstruiken met daartussen veel natter mos, en soms zelfs drassige stukken waar we allebei wel minstens 1 kletspoot haalden. En dan steeds even stoppen om door de telelens te kijken of je die dieren nog steeds ziet, en dan de looproute of het eindpuntte herbepalen. De muskusossen waren inderdaad in beweging gekomen en ook de windrichting leek te draaien. Dus we moesten steeds het plan wijzigen. We probeerden in een redelijk rechte lijn te lopen maar op een zeker moment konden we gewoon niet meer verder. Teveel drassigheid en struikgewas maakten het onmogelijk. Stom, we waren heel willekeurig naar beneden gewandeld terwijl we op de kaart best even het oude (maar opgeheven etc.) pad hadden kunnen vinden. Die dachten we nu ook te zien liggen in de verte, dus daar moesten we dan maar heen.

    Ik liep iets terug en koos een nieuw route voor mezelf terwijl Matthijs nog een eindje onverzettelijk doorploeterde door het drassige struikgewas. En toen we elkaar zo'n 5 minuten later weer troffen was hij helemaal uitgelaten want hij bleek oog in oog te hebben gestaan met een vos! Dier én mens waren erg van elkaar geschrokken, maar Matthijs had er nog wel een foto van weten te schieten. Geweldig natuurlijk, en ik baalde. Eerst de bruinvissen missen aan boord, dan de poolhaas op weg naar boven, en nu dit! Nou ja, de muskusossen boden nog een kans dus wie weet dat ik daar dan succes zou hebben.

    Via het oude pad kwamen we inderdaad een stuk makkelijker in de buurt van de muskusossen. Ik had net besloten op een bult gras te gaan liggen wachten tot de beesten uit het kommetje tevoorschijn zouden komen waar ze stonden te grazen, toen Matthijs aan de overkant van de vallei ineens zwarte stipjes op een stuk sneeuw zag. Verdomd, daar lagen 2 moeders met kalfjes (of zijn dat dan lammeren?) af te koelen! We schoten onze foto's en filmpjes terwijl ik voor de zoveelste keer belaagd werd door een leger muggen. Ik weer met de Deet sprenkelen...

    Terwijl ik hier lag op dat zachte gras voelde ik hoe moe ik was. Fysiek moe, van alle inspanningen de afgelopen dagen plus de wandeling van zojuist, en mentaal ook van alle enerverende belevenissen. Ik werd ook heel moe van de muggen. Ze prikten mij dwars door mijn kleding heen en ik werd er helemaal gestoord van.* Matthijs was in een compleet andere bui. Helemaal excited dat we nu eindelijk in de buurt waren van die bijzondere dieren en klaar om daar supershots van te schieten. Hij wilde dichterbij, ik niet. Ik vond het wel mooi geweest. Dus ik gaf hem mijn zegen om iets dichterbij foto's te gaan schieten zonder mij, en liet hem beloven om ze tot 200 meter te naderen en geen risico's te nemen. Dat deed hij.

    Ik at wat snoepjes uit mijn rugtas om de tijd te doden, mijn zorgen over mijn avontuurlijke man weg te drukken en de muggen te negeren. Binnen een kwartier keerde Matthijs veilig en helemaal blij weer terug. Hij had zijn plaatjes kunnen schieten en we konden weer terug naar de tent.

    * Later heb ik de muggenbeten geprobeerd te tellen, maar dat voelde een beetje als het tellen van de sterren in een heldere nacht. Ik heb het opgegeven toen ik op de 50 zat.
    Read more