- Show trip
- Add to bucket listRemove from bucket list
- Share
- May 5, 2025, 1:53pm
- ☁️ 13 °C
- Altitude: 12 m
BelgiumSint-Pieters-Leeuw50°47’10” N 4°17’26” E
Bienvenue chez les Ch’tis (2008)

5 mei, Lobbes, België
Het is zover. Officieel begonnen aan mijn fietstocht van 3000 kilometer. Dat klinkt als een belachelijk groot getal als je het zo typt. Vooral op een maandagochtend om 06:15, terwijl je nog met je ogen dicht een fietsslot probeert te ontwarren. Véél te vroeg. Maar goed, water in de bidon, fiets uit de tuin, tassen erop—gaan met die banaan.
De route is vandaag eenvoudig: gewoon het Canal Bruxelles-Charleroi volgen. Na een paar straatjes door Brussel draai ik al het fietspad op. En dat blijft zo’n 50 kilometer zo. Een soort fietssnelweg langs het kanaal, met strak asfalt en af en toe een stukje Belgische folklore in de vorm van verzakte betonplaten. Maar al met al: soepel. En met een frisse noordoostenwind in de rug voelt het alsof ik een e-bike heb.
In Halle komt pas het eerste eetmoment. Een bakker—of zoals de Franstalige Belg het noemt: “une boulangerie”. België is wat dat betreft net een taaltoverbal. In Brussel is het vooral Frans, maar je hoort ook geregeld Vlaams. In Halle had ik mijn Frans tot in de puntjes voorbereid met de vertaal-app. Zo stap ik vol vertrouwen Boulangerie “Au Croquant” binnen en zeg:
“Bonjour madame. Puis-je un croissant et 1 sandwich avec les raisins secs de votre part?”
De verkoopster draait zich om, pakt de broodjes, doet ze in een zakje en zegt met een glimlach:
“Een croissantje en een koffiebroodje voor mijnheer de fietser uit Holland… drie euro vijftig.”
Touché. Sta je daar met je gescripte Frans en je taalapp in de aanslag.
In Halle moet ik even omrijden vanwege herstelwerkzaamheden, maar ik vind snel weer het kanaal. Halverwege komt de bootlift van Ronquières in zicht. Deze technisch wonderlijke hellingbaan van 1,4 kilometer transporteert boten in een zwembad vol water letterlijk over een heuvel heen. Maar na vijftig jaar trouwe dienst is hij in onderhoud. Dus niks schuivende waterbakken vandaag. Alleen een bouwhek met een bordje “verboden toegang”.
Lunchen blijkt nog een hele opgave. Het is maandag, alles lijkt dicht. In Chapelle-Lez-Herlaimont—een dorp waar de tijd stil lijkt te staan—zie ik plots mensen met broodzakjes lopen. Aha! Een sandwicherie, verscholen achter de kerk: Chez Savoulaz.
Binnen ruikt het goddelijk: warm brood, gebakken vlees. Zelfs ik ruik het. Ik bestel op m’n beste Frans een stokbrood en wijs op alles wat ik wil: aardappelpartjes, kip, abdijkaas, gegrilde courgette en saus. Het is duidelijk dat ik geen local ben. Voor de zekerheid zeg ik nog netjes:
“Désolé, je ne parle pas français.”
De eigenaar knikt, lacht, en begint vervolgens aan een monoloog van 10 minuten waar geen speld tussen te krijgen is. Alsof ik zojuist had gezegd dat ik docent Frans ben aan de Sorbonne. Hij praat vrolijk door over van alles, ik vang ergens het woord bicyclette op, en hij schatert om zijn eigen mop. Puntje bij paaltje: volgens mij legt hij me uit dat fietsen iets voor arme middeleeuwers is, en dat God de auto niet voor niets heeft uitgevonden.
De laatste kilometers gaan over de heuvels van Thudinie naar Lobbes, een slaperig stadje aan de Samber. Het is een typische Waalse mengeling van vergane glorie en stille schoonheid. Veel leegstaande cafés, vervallen gevels, maar ook uitzicht over glooiende velden en een verrassend fijne B&B. Een heel huis voor mezelf!
Boodschappen bij de Proxi, benen omhoog, Westmalle tripel op het houten wijnvat naast me dat als bijzettafel dient. De eerste 80 kilometer zijn binnen. Nog 2920 te gaan. Piece of cake……..
Video: https://youtu.be/HE0-hvYvQkE?si=__zL1lPV6nrbqlBDRead more