- Show trip
- Add to bucket listRemove from bucket list
- Share
- Day 11
- Monday, October 6, 2025 at 2:59 PM
- 🌬 15 °C
- Altitude: 59 m
IrelandKilnamanagh51°36’4” N 10°10’51” W
Stil

Stilte
We vertrekken vanuit ons huisje in Kenmare voor een ritje met de auto. De lucht is bewolkt en voelt vochtig aan. De voorspelling zegt dat de wolken blijven, maar dat ze gedurende de dag even plaats kunnen maken voor zonneschijn.
Via Glengarriff rijden we de Ring of Beara op, een smalle kustweg van zestig kilometer die bijna voortdurend de zee volgt. De weg golft zacht op en neer, met heuvels rechts van ons en water links. Vaak is er net genoeg ruimte voor één auto.
Beara is een apart schiereiland. Het ligt deels in Cork en deels in Kerry, alsof de twee graafschappen het nooit helemaal eens konden worden over wie dit stuk paradijs mocht hebben. Volgens een oude legende is Beara vernoemd naar een Spaanse prinses die ooit met een Ierse koning trouwde. Sindsdien draagt het land haar naam.
Vanaf Glengarriff rijden we zuidwaarts over de R572 richting Adrigole. De weg slingert langs Bantry Bay, met de bergen achter ons en de zee aan de zijkant.
In Adrigole slaan we landinwaarts af, de Healy Pass op. Via haarspeldbochten stijgen we zo’n driehonderd meter de Caha Mountains in. De weg is smal en kronkelig. Bij tegenliggers is het telkens even puzzelen wie er achteruit moet rijden, de heuvel op of af, zo luidt de waarschuwing in elke reisgids. We hebben geluk, want er is nauwelijks verkeer. Het landschap is ruig, vol stenen muurtjes en grazende schapen. Het is er stil, bijna plechtig.
In Ardgroom stoppen we bij Harrington’s Grocerie & Deli voor koffie. Een winkel die alles tegelijk is: supermarkt, café, postkantoor, toeristeninfo, bakkerij en benzinestation. En dat allemaal gerund door één vrouw die voortdurend op zes plekken tegelijk lijkt te moeten zijn.
Aan de Kerry-kant dalen we af richting de kust. We rijden naar Allihies, via de westelijke flank van Beara. De route is prachtig: rotsformaties, vergezichten op zee en kleine gehuchten die eruitzien alsof ze uit de tijd zijn gevallen. In deze streek liggen meer dan vijfhonderd oude monumenten verstopt in het landschap: steenkringen, ringforts, staande stenen.
In Allihies lunchen we bij O’Neill’s Bar. Een pub zoals een pub hoort te zijn. De muren vol vergeelde foto’s, een houten toog die al generaties meegaat, ongelukkige krukjes van het formaat paddenstoel rond houten tafeltjes en een broodje tosti-kip dat smaakt naar huiselijkheid en eenvoud.
We rijden verder naar het uiterste westen van het schiereiland, tot waar de kabelbaan naar Dursey Island begint. Het is Ierlands enige kabelbaan over zeewater en ooit bedoeld om het eiland bewoonbaar te houden voor de paar gezinnen die er woonden. Later vervoerde de kabel zelfs schapen en kalveren. Dat mag tegenwoordig niet meer, wat waarschijnlijk beter is voor iedereen met hoogtevrees.
Dursey is klein, zo’n zes kilometer lang, en telt nog maar een handvol bewoners. Toch heeft het een roerige geschiedenis. In 1602 vond hier een bloedige veldslag plaats waarbij Engelse troepen de bewoners van het eiland van de kliffen dreven. Nu heerst hier alleen nog stilte.
We maken een stevige wandeling van twee uur over de bergen van het eiland en keren via een kustpad terug. Een halve kilometer voor de kabelbaan zien we een bord met de woorden cappuccino, lemoncake en portercake. De eigenaresse komt naar buiten, een lange, slanke vrouw van begin vijftig. Ze leidt ons naar haar tuin met een waanzinnig uitzicht over de baai. Daar staan een paar blauwe Adirondack-stoelen en een oude zwartmetalen schommelstoel. Ze heet Sheila O’Callaghan. Haar hondje Panda stelt zich aan mijn voeten op en gaat daar niet meer weg.
Sheila neemt mondeling haar menukaart door. We kiezen de taarten, thee en koffie: een cake met rozijnen gedrenkt in Porterbier en een cake doordrenkt met limoensiroop. Ze smaken verrukkelijk. Sheila komt uit Cork, woonde ooit in Brazilië, werd daar op haar negenenveertigste op straat ontdekt als fotomodel, verhuisde vanuit São Paulo naar dit eiland waar nog maar drie vaste bewoners wonen. Ze reist nog steeds de wereld over voor fotoshoots, zit in de gemeenteraad van Cork County en bakt elke dag verse cake voor wandelaars.
Als we verder lopen naar de kabelbaan, zien we rechts van ons dolfijnen spelen in de baai. Een onverwacht cadeau.
Terug in Kenmare eten we een varkenskarbonade met appel en broodkruim in het restaurant dat zijn eigen varkens houdt en slacht. Lokaal, eerlijk, eenvoudig. Zoals het hoort.Read more