- Show trip
- Add to bucket listRemove from bucket list
- Share
- Day 12
- Tuesday, October 7, 2025 at 1:14 PM
- ☁️ 15 °C
- Altitude: 21 m
IrelandMuckross ED52°0’28” N 9°32’58” W
Lizzy

Niet veel woorden vandaag. Het is een dag vol miezerregen, dus we blijven het liefst in pyjama, als we die al aanhadden. Tegen tienen trekken we toch de waterdichte bergschoenen aan en rijden we terug naar Moll’s Gap, gewoon omdat het te mooi is om maar één keer te bezoeken.
Bij de lunch zitten we op de enige twee stoeltjes op de eerste etage van een café, voor een groot raam met uitzicht op The Ladies View. Een kop koffie en een broodje erbij, en dan maar staren naar het panorama. Dit uitzicht kreeg zijn naam in 1861, toen koningin Victoria Ierland bezocht. Haar hofdames, de ladies-in-waiting, waren zo betoverd door het zicht op de Killarney Lakes dat ze dit hun favoriete plek noemden. Sindsdien draagt dit stuk berglandschap hun naam.
Net als zij, meer dan anderhalve eeuw geleden, zien wij meren die in de diepte glanzen, heuvelruggen die zich golvend uitstrekken en wolken die een zachte sluier over het landschap leggen. Het is niet moeilijk om je even een koninklijke gast te voelen.
In de middag maken we een wandeling door een sprookjesbos. De bossen hier lijken elk moment door elfjes of kabouters overgenomen te kunnen worden. De sfeer is altijd een beetje mysterieus. We volgen een pad langs de oever van het meer en na een halfuur over paden, rotsen en houten planken verschijnt de Old Weir Bridge tussen de bomen. Het is een verweerde stenen boogbrug uit de zestiende eeuw, gehavend maar nog altijd trots overeind. Hij staat precies bij de Meeting of the Waters, waar de drie meren van Killarney elkaar vinden en samenvloeien.
Het water glijdt onder de bogen door en slingert zich verder naar het volgende meer. We horen alleen het kabbelen en het ruisen van de bomen. Geen auto’s, geen drukte. De brug is alleen te voet of per boot bereikbaar. Ooit werden hier boten met passagiers door de stroming onder de boog heen geduwd. Nog steeds voelt het alsof de tijd hier even stilstaat.
We blijven staan, leunend tegen het oude metselwerk. Het idee dat deze stenen al vijf eeuwen de elementen trotseren, maakt de plek bijna sprookjesachtig. Erica merkt op dat het uitzicht eerder op een schilderij lijkt dan op iets echts, en dat is precies zo.
De rest van de middag brengen we door in de winkelstraatjes van Killarney en Kenmare. We eten een ijsje (Irish-Bread-ijs en Gin-ijs), kijken wat rond in winkeltjes en muziekwinkels, gewoon wat rondscharrelen.
We kopen ook een paar flessen whiskey, waaronder de Thin Lizzy Irish Whiskey. De fles is vernoemd naar de Ierse band Thin Lizzy, die meer rock-’n-roll uitstraalt dan de meeste gitaren in Dublin. Het label is ontworpen door dezelfde kunstenaar die de beroemde albumhoezen maakte voor de band. De whiskey is bedacht in samenwerking met de overgebleven bandleden en de familie van de overleden zanger Phil Lynott. Dat is eigenlijk al reden genoeg om hem mee te nemen.
Thin Lizzy was een van de eerste Ierse bands die wereldwijd succes hadden, en ze gaven veel Ieren in de jaren zeventig een gevoel van trots. In een tijd dat emigratie en armoede nog de toon zetten, was het idee dat een groep jongens uit Dublin de wereldpodia veroverde iets magisch. Misschien verklaart dat waarom hun naam hier nog altijd met zoveel warmte klinkt, en de whiskey (Whiskey in the Jar) zo populair is.
Maar er is nog een mooiere reden. Toen we ooit een hond zochten, vonden we een advertentie voor een zwart-wit straathondje uit Griekenland, van Kreta. In het opvanggezin in de Zaanstreek troffen we een broodmager en verlegen hondje aan met de naam Emerald. Niet echt een naam om over de landerijen te roepen, vond ik. “Is Emerald niet een nummer van Thin Lizzy?” vroeg ik. “En is dit hondje niet nogal thin?” Zo werd het vanzelf (Thin) Lizzy, en inmiddels is ze al dertien jaar onze huisgenoot.
En dus is er geen betere reden om een fles whiskey uit Ierland mee te nemen. Proost op het uitzicht, op (Thin) Lizzy, en op Ierland.Read more