Dag 1: van Da Lat naar Jun Village

De eerste dag rijden achterop de moto zit erop. Jean en Ha zijn onze drivers/gidsen en ze hadden snel door wat Jona en ik graag wilden zien: het platteland, local life en de verschillende plantages die Vietnam rijk is.

We begonnen in Da Lat bij een mooie oude pagoda. Hier vertelde Jean ons meer over het boeddhisme en reïncarnatie. Hierna verlieten we de stad en reden we eerst langs een heleboel serres waar vooral bloemen werden gekweekt bestemd voor de Nederlandse markt.

Onze volgende stop was een koffieplantage. Hier maken ze naast gewone koffie, ook wezelkoffie. Vroeger waren koffieplantages vlak naast de jungle en kwamen de wezels 's nachts de bonen eten en dan werden hun drolletjes 's morgens geraapt voor de koffiebonen. Jammer genoeg is de jungle nagenoef volledig verdwenen en worden de wezels in triestige kooien gehouden waar ze koffiebonen krijgen. We hebben op de plantage wezelkakakoffie geproefd en vergeleken met een gewone koffie. De wezels maken koffie echt een pak lekkerder. Ik raad het iedereen aan om het te drinken als de kans zich voordoet.

Daarna bezochten we een klein familiebedrijf waar keerborstels worden gemaakt. Ze verzamelen een bepaalde plant in het bos, die ze dan tot borstel maken. Een heel proces dat ik graag eens wil uitleggen, maar niet ga uitschrijven 😊

We gingen ook langs een zijdefabriek. Het proces van rups naar draad is indrukwekkend. Ze stoppen de rupsen in hun cocon levend in het water, zo weekt zijde los. Dan hangen ze de losgekomen draden van de cocon aan een spoel en zo krijgen ze zijde in draden tot de cocon op is. Dat is een beetje triest, want de rups sterft langzaam, maar je kan hem daarna bakken en opeten 😉

Hierna wandelden Jona en ik naar de Elephant Waterfall. Je kon er zo dichtbij staan dat je in drie seconden kleddernat was. Gelukkig droog je direct op in het warme Vietnamese zonnetje. Vervolgens stopten we bij een klein bedrijfje dat houtskool maakt.

Na de lunch stopten we in the middle of nowhere om "happy water" te kopen. Onze gids Ha was er erg enthousiast over. Happy water is de moonshine van Zuidoost Azië, een soort huisgemaakte rijstwijn. Je drinkt er beter een kwart dan een liter van, volgens onze gids Jean. Wil je weten waarom? Ask me when I'm home.

Terwijl we door het mooie landschap reden, stopten we ook bij een cashewboom. Uiteindelijk kwamen we aan in Jun Village, een dorpje waar de M'Nong People wonen, een plaatselijke Vietnamese tribe. Hier gingen Jona en ik een bootje op om op de traditionele manier te vissen. Eerst lieten we een net van wel vijftig meter in het water zakken, daarna klopte de visser op het water met een stok om de visjes in het water te doen schrikken. Zo vingen we tien kleine visjes en een schelpdier!

We aten in het huis van de visser en logeren nu in een homestay.Read more