- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 1
- miércoles, 8 de septiembre de 2010
- ⛅ 17 °C
- Altitud: 47 m
BélgicaBrussels Airport50°53’58” N 4°29’12” E
Verwachtingsvol vertrek

Een gelukkige verjaardag gewest aan Dirk. Rustig ontbeten en afgehaald door ons Greta die ons rond 11u in Zaventem afzette.
Vlotte incheck en na nog wat rondhangen konden we inschepen en opstijgen op 14,30u met de Airbus A310. Een gemiddelde hoogte van 11,100m en 750 km/u bereikten we om 21,22u Montréal, 6000 km ver.
Overstap in transit, met een gesloten "bus" die ons oppikte rechtstreeks aan de vliegtuigdeur en ons naar het andere vliegtuig een A330 bracht zonder dat we konden of mochten uitstappen. Nog nooit gezien of ervaren.
Met een vertraging van 40' stegen we op om na 58' Toronto te bereiken op 19 u plaatselijke tijd. dit is 6u vroeger dan in België.
Door een donker Toronto met veel verlichting in de gebouwen bereikten we het Bond Place Hotel. Kamer 1109 op de 11e verdieping was voor ons. Nog een avondmaal en een wandeling in de buurt maakte de lange dag compleet. Om 11 u licht uit, in België is het als 5 u in de ochtend.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 2
- jueves, 9 de septiembre de 2010, 23:59
- ⛅ 13 °C
- Altitud: 179 m
Estados UnidosNiagara Falls43°5’46” N 79°2’16” W
Bezoek aan de Niagara falls

Na een verkwikkende nacht in een boxspring bed naar beneden voor ons Amerikaans ontbijt:
toast, confituur en muffins. Even de benen strekken om de omgeving te bezichtigen. We liggen op de scheiding tussen het hippe downtown en de oude wijk van Church street, drie kerken en een wat verkommerde buurt.
Toronto is de grootste en 'meest Amerikaanse' van alle Canadese grootsteden en bezit de hoogste wolkenkrabbers van Canada. Deze metropool met zijn vele facetten behoort tot de belangrijkste centra van de Noord-Amerikaanse zakenwereld, en herbergt de grootste beurzen van het continent. Overal zie je winkels en kantoren: boven en onder de grond achter modern
glas en staal, of achter historische façades.
Wij bezoeken Eaton Centre één van de ondergrondse koopcentra's. Er is zo'n 30 km ondergronds stratennet onder Toronto. In de winter kan je vanuit je (evt) op de ondergrondse straten gebouwde appartement naar de subway of de trein wandelen en 500 km verder in Montréal naar je werk wandelen zonder bovengronds te komen. In de winter verwarmd en in de zomer geairconditioneerd.
Soms kan de sneeuw 1,5m hoog liggen! De steden zijn zeer goed uitgerust met sneeuwruimers, op enkele uren tijd is de sneeuw op hopen geschept tussen de rijweg en het voetpad. Volgens,Albertina, onze gids moet je er wel bijna over kruipen om bv een parkeerticket te nemen!
De gebouwen zijn ook stormproof gebouwd, zeer stevig gefundeerd en met een bovenbouw die vrij meedraait met de wind. Tussen de daken van de ondergrondse straten en het voerpad wordt 0,5m opengelaten voor waterafvoer als de sneeuw smelt. En de bedrading is bovengronds omdat men van oktober tot mei niet in de grond kan graven, ook niet om herstellingen uit te voeren aan het electriciteitsnet!
Na onze bezichtingenstour rijden we naar de Niagara watervallen.
Onze chauffeur heet André en is een Franssprekende Canadees, maar ons Europees Frans is geen Canadees Frans! vergelijk het een beetje met ons Nederlands tegenover het ZuidAfrikaans. Een goede chauffeur netjes in het pak. Een uurtje of twee later kwamen we aan de Niagara aan en schepen we meteen in op de 'Maid of the Mist' voor een tochtje naar de voet van de horse show falls. Allemaal in een blauwe regenjas.
De 58 km lange Niagara rivier, die van Lake Erie in het zuiden naar Lake Ontario in het noorden vloeit, stort zich over drie watervallen in de diepte. De hoofdzakelijk aan Canadese zijde gelegen Horseshoe falls razen van 52 m hoogte naar beneden over een breedte van 675 m. Daarnaast heb je de American Falls op de Amerikaanse bodem, die door het eiland Goat Island van de Horseshoe falls gescheiden zijn. Het naburig gelegen kleine eiland Luna Island vormt op zijn beurt de scheiding tussen de 56 m hoge en 328 m brede American falls en de kleinere Bridal Veil Falls.
Na onze boottocht een half uurtje vrij om boven rond te wandelen en onze lunch stond te wachten in Edgewaters Tap & Grill. Een lekkere champignonsoep, vis met puree en groenten en een Tiramisu. Alleen het glaasje wijn aan 7 C$was nogal prijzig.
Nog even naar de Wirlpool Bridge omdat er enkele mensen met de helikopter over de falls vlogen en dan de bus in richting Niagara om the Lake waar we spijtig genoeg alleen maar doorreden.
Omdat het verkeer nogal tegen kan zitten reden we terug via de interstate, die hier anders genoemd wordt maar hetzelfde is, langs het peninsula naar Toronto terug. Het stuk langs het Ontario meer dat naar de USA gaat noemt men zo, peninsula, omdat het aan de andere kant begrenst is door het Erie meer, hier ligt de meest vruchtbare grond en de zachtste temperatuur. Men kweekt hier fruit en druiven voor de wijnfabricatie.
In Canada zijn 7 groeizones, aflopend in begroting en temperatuur zit Toronto op 5, veel loofbomen en vruchtdragende gewassen. Montréal zit op 4, Quebec op 3 dus meer naaldbomen en Percé ons verste doel op 2, later zien we wel wat dit wil zeggen.
Door de file kwamen we nogal laat aan en viel ons bezoek aan de CN toren weg. Even verfrissen en dan spare ribs gaan eten beneden het Hilton hotel, 4 blocs verder. Rustig terug gewandeld en iemand de ATM gewezen, dan naar de kamer om onze foto's te sorteren, dagboek te schrijven en naar bed.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 3
- viernes, 10 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 13 °C
- Altitud: 70 m
CanadáBass Rock44°17’19” N 76°8’57” W
Van Toronto via 1000 Eilands naar Ottawa

Vroeg genoeg wakker om nog een wandeling te maken naar het nieuwe stadhuis enkele blocs verder. Heel rustig op straat om half 7, er stond een bus van het Leger des Heils en enkele daklozen hingen errond. Terug in 't hotel had Dirk al ontbeten en zette ik mij maar bij André onze chauffeur. Een hele bus Duitsers claimde alle andere plaatsen. Dan naar boven, inpakken en om half 9 aan de bus voor een tocht van 440 km naar Ottawa.
We reden een hele tijd naast het Ontario meer dat we af en toe zagen liggen, of toch een gedeelte want het is een enorm groot meer.
Aan de zuidkant is het USA en aan de noordkant Canada. Hier zijn verschillende korte veldslagen uitgevochten begin negentiende eeuw. De Brits-Amerikaanse oorlog en later de onafhankelijke veldtochten. In de Big Apple farm hielden we een koffiestop en de reis ging verder naar Kingston. Heel de tijd nemen we de 401 HW en zo reden we ook voorbij de militairen in Trenton waar de vliegtuigen landen met de gesneuvelden in Afghanistan of evt elders.
De lichamen worden dan in plechtige stoet naar hun home town gebracht en alle verkeer stopt dan aan beide zijden van de High Way, daarom wordt hij ook de helden snelweg genoemd. Omdat we nog wat tijd over hadden reden we door Kingston dat aan de monding van de Cataraqui rivier ligt en ooit een belangrijke stad was. Nu is het alleen nog een rijke stad.
Op het meer zitten verschillende eendensoorten waaronder de Loon die ook op de Canadese dollar staat. Er zitten ook bevers, dat zie je aan hun dam die ze maken en waardoor er bomen afsterven in hun poel door de vorst. Dan was het tijd voor onze boottocht van 2u met buffetlunch in het 1000 eilanden gebied.
Er zijn ongeveer 1700 eilanden, variërend van dichtbeboste eilanden tot zeer kleine granietrotsen. Kleurige kleine zomerhuisjes sieren de eilanden en op heel wat plaatsen zie je aanlegsteigers met zeil- of motorbootjes.
Het weer was aangenaam, bewolkt maar redelijk wat zon zodat je geen jas nodig had. veel te vlug voorbij natuurlijk.
Terug de bus in voor het laatste stuk naar Ottawa waar we rond 5u aankwamen en in het spitsuur snel alle belangrijke gebouwen voorbij reden. Alle fotoapparaten klikten links en rechts want het was indrukwekkend. Ottawa was slechts een dorp maar werd tot hoofdstad genomen omdat Toronto te dicht bij de USA las en Québec te Frans gezind was. Nu is het een mooie groene stad zonder industrie met vele officiële gebouwen.
We werden aan het Holiday Inn hotel afgezet en hadden juist een uurtje tijd om ons klaar te maken voor her diner in 'Le Buffet des continents'. Het is het einde van de ramadan en dat maakte dat het erg druk was in het restaurant. Het eten was lekker en zoals de naam zegt van alle Continenten. Eigenlijk waren we blij om om 21u op te stappen want de herrie was oorverdovend. De stad was te ver om tevoet te verkennen en schrijven en naar bed was het enige dat we nog deden.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 4
- sábado, 11 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 20 °C
- Altitud: 373 m
CanadáQuébec51°15’10” N 73°1’18” W
via Sugarshack in Rigaud naar Québec

Weer vroeg genoeg wakker voor een ochtendwandeling, dit keer met Dirk. Een stukje park en dan tot op de Alexanderbrug waar we de zon zagen opkomen achter het parlement. Prachtige zonsopgang en geen wolkje aan de hemel.
Tegen 8 u terug in 't hotel voor ontbijt en dan de bus in voor een bezoek aan het Canadian museum of Civilisation.
Alles is hier aangeduid in de 2 landstalen, zeer mooie opstelling van het vroegere Canada, zijn ontstaan en inwoners. Ottawa is van oorsprong Brits maar ligt op de grens met het van oorsprong franstalige Québec. Bij de conventie van Utrecht is de franse provincie Québec overgedragen aan de Britten in ruil voor enkele Caraibische eilanden. De suiker zal waardevoller geweest zijn dan het bont zeker?
Québec heeft wel bekomen dat het de code Napoleon mocht behouden als basis van hun wetgeving. De taken zijn ook anders geregeld, bv. wijn en bier worden bij de kruidenier verkocht terwijl zij in de rest van Canada in sociale slijterijen van de staat verkocht worden met op wijn, in Ontario een taks van 140%! We ondervonden het aan de prijzen van de alcoholische dranken.
Teren één uur kwamen we aan in een authentieke Sugarshack in Rigaud.
Eerst leek het een beetje Bokrijk maar het was een echte ahorn suiker of siroop fabriekje geweest. We werden opgehaald met kar en paard, rondgeleid en kregen een authentieke lunch.
served family-style: country-sausages, farm-style crusty bread, wood-fire baked beans, farm-style soufflé omelette, old-style mashed potatoes, Québécois maple-glazed ham, pancakes with make syrup and a glas of milk!
De melk werd vervangen door een donker biertje, het was heel gezellig, ik heb zelfs een paar pasjes gewalst op de muziek met een andere dame.
Ahornstroop of Maplesyrup wordt opgevangen van de ahorn boom. In het voorjaar als de sapstroom op gang komt worden inkepingen gemaakt en emmers eronder gehangen. Dagelijks moeten de emmers geleegd worden en de stroop of sap verwerkt worden anders wordt het sap zuur.
Als het in de dag te warm wordt dan is het sap van minder kwaliteit en te donker, dit wordt dan verwerkt in sausen, gebak e.d. De juiste kleur is lichtgeel tot goudkleurig. Er kan pas ingekerfd worden vanaf de boom 35 jaar oud is daarna blijft de sapstroom nuttig tot de boom sterft na meer dan 100jaar. Het seizoen duurt maar 6 weken. Het ahornblad staat ook in de Canadese vlag.
Om 3u reden we terug verder want het was nog een hee eind te rijden. Na het meer "Lac des deux montagnes" reden we langs Montréal zonder het te bezoeken, dat doen we op het einde van de reis nog.
Om half zeven bereikten we Québec en ons hotel. De kamer batches uitdelen ging vlot, de kamers vinden duurde wat langer in dit hotel van verschillende bijeen gevoegde huizen.
Op het eerste gezicht lijkt Québec op vele anders Noord-Amerikaanse steden maar van de rivier af gezien wat een panorama!
Diep beneden zie je de reusachtige transportschepen op de St. Lauwrende stroomopwaarts varen, aan de andere kant van de rivier tronen op de klippen van Québec de citadel en het allesoverheersende Château Frontenac. Al snel wordt duidelijk dat stad, anders dan andere Noord-Amerikaanse steden, op een lange en bewogen geschiedenis terugblikt. Het pittoreske Vieux-Québec werd in 1985 door de UNESCO tot wereldcultuurgoed uitgeroepen, het bovenste gedeelde van de oude stad, de haut ville op het plateau wordt omgeven door de enige volledig bewaard gebleven stadsmuur ten noorden van Mexico. IN 1873 bleef het oude bouwwerk van sloping gespaard door het initiatief van de toenmalige gouverneur-Generaal Dufferin.
Wij reden met de bus naar Vieux Québec waar we in een trattoria aten, weer een heel diner met soep, zalm of varkensgebraad, bavarois en koffie. Wij namen nog een 1/2L wijn waar we 22 C$ voor betaalden. Grazié e arrivederci!
Er is veel lawaai in de stad en zelfs in het hotel waar verschillende feesten plaats vinden.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 5
- domingo, 12 de septiembre de 2010, 23:59
- ☁️ 14 °C
- Altitud: 62 m
CanadáOrleans Island (historical)46°55’46” N 70°55’52” W
Québec, Montmorency & Ile d' Orleans

Na een ononderbroken nachtrust ondanks het terras-lawaai, konden we genieten van een buffetontbijt. Het warme gedeelte met roerei en spek was niet voor ons bestemd, er was een barrière geplaatst maar de Franse kazen en het verse fruit beviel ons ook wel: heerlijk!
Een Québecois leidde ons rond, de traditionele gebouwen: parlement, hotel de Ville,Cathedral, Citadel, Champs-de-bataille en Chateau Frontenac. Het parlement is een kopie van het Louvre maar de ingang is de tower of London, als mengeling kan dat tellen! Aan de citadel grenzen de nu vredige velden van het Parc des Champs-de-Bataille: op de plaines d'Abraham (Abraham was de eigenaar-Boer van de velden)vonden in 1759 de beslissende veldslagen plaats tussen de Britse en Franse troepen!
Château Frontenac is geen echt kasteel maar een hotel gebouwd naar de kastelen aan de Loire. Het gebouw domineert de stad, alhoewel andere gebouwen niet moeten onderdoen in grandeur.
Het luxe hotel van de spoorwegmaatschappij 'Canadian Pacific Railway' met zijn markante groene koperdaken lijkt zich bewust te zijn van zijn omsnoerden rol als symbool van de stad Québec!
Na het 2,5u durende bezoek reden we met de bus naar de Montmorency Falls, of beter gezegd naar het Manoir Montmorency waar we gingen lunchen. Soep, eendenbout en gebak. Even buiten voor een foto van de waterval en met veel minder water dan op de reclamefoto's, dan vlug binnen om te eten. Het was fris en bewolkt dus we hadden geen spijt dat we niet konden rondwandelen. Hier zijn we al in de sub-artic groeizone.
In het manoir woonde de hertog van Kent samen met mevrouw Saint Laurent in zonde: zij waren niet gehuwd! Zij hadden twee zonen, toen de Engelse koning kinderloos stief moest de hertog terug naar Engeland. Hij trouwde daar met een adelijke dame en zij kregen één dochter: de latere koningin Victoria. Hij is nooit meer terug geweest en toen later de oudste zoon stief werd er op het graf een zerk geplaatst met de inscriptie "Hier ligt de echte koning van Engeland".
Na onze lunch reden we nog over het Ile d' Orleans waar het een zachter klimaat is omdat het midden in de rivier Saint Laurent ligt, en hier groeit het plaatselijke fruit.
Rond 15u waren we terug voor een stadswandeling rond het Château Frontenac en over de terrassen Dufferin die boven de rivier een weids panorama geven over de Vieux-Poer en de brede stroom.
Bij terugkomst in het hotel hadden we nog tijd voor een duikje in het zwembad.
Een uurtje TV kijken, dagboek schrijven en we konden terug naar de lobby voor het vertrek naar Bas-Québec voor het diner. Keuze uit spaghetti met vleessaus, biefstuk frites of schelvis met rijst. Een soepje ervoor en donkere cake erna en onze magen waren weeral gevuld. Nog een rustige avond, met een tijdschrift in bed en onze batterijen waren weer opgeladen.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 6
- lunes, 13 de septiembre de 2010, 23:59
- ☁️ 11 °C
- Altitud: 12 m
CanadáRimouski48°26’20” N 68°32’6” W
via Saint-Jean-Port-Joli naar Rimouski

Om het uur was ik wakker, en om 3u begon het te regenen. Tegen 7,30u naar de ontbijtzaal en gids Albertine kwam een praatje maken. Ze is heel fier over Canada en zegt steeds wij, toch kan ze haar Nederlandse afkomst ook niet loochenen. Ze woont hier al bijna 40 j en is Canadese genaturaliseerd, na een examen. Haar man was een Canadees die zij hier leerde kennen en dat vergemakkelijkte het examen. Hij is nu al enkele jaren dood. Zij vertelde dat veel van de bloemenrijkdom, vooral in Ottawa een Nederlands geschenk zijn omdat de Nederlandse Koninklijke Familie hier tijdens de oorlog verbleef. Dat alles zo goed verzorgd wordt komt ook omdat het zomerseizoen zo kort is; van begin mei tot half oktober. Dan komt de sneeuw!
Vlug inpakken na dit praatje en terug in de bus.
Het regende de hele tijd, ook tijdens onze stop in het stadje 'Saint-Jean-Port-Joli' bekend om zijn artiesten die houtsculpturen maken. Door de regen is ons bezoek letterlijk in het water gevallen. Enkele mensen moesten een bankkantoor hebben om euro's te wisselen anderen een café met toilet. Zelf ging ik op een zaak af die houtsnijwerk verkocht. Ik was direct gecharmeerd door een inlandse eend: De Loon die ook achterop de Canadese Dollar staat. Er ging 20%van de prijs af en er kwam 18% taxen bij dus maakte ik de rekening en kocht de Loon. Achteraf bleek dat zij in de Filippijnen gemaakt was! Toch ben ik er tevreden over, ik ken de geschiedenis van het dier en zijn betekenis.
Hoe verder we reden hoe minder bloemen we nog zagen. We arriveerden in Aulnaies voor het middagmaal, maar omdat we zo vroeg waren door de korte stop gingen we eerst naar de molen die als museum in gebruik is maar nog werkt. In leuk Frans dialect deed de molenaar zijn uitleg. Na de lunch nog een rondleiding in het herenhuis en terug de weg op naar Rimouski.
Onderweg zagen we weer velden en boerderijen maar hier was de mais reeds afgereden, dus het seizoen is hier al verder gevorderd het is pas mei, bij ons is de mais pas rijp in september.
Het bleef regenen dus stopten we niet meer en kwamen al om half 5 in Rimouski aan.
Rimouski is een 17e eeuws stadje begonnen als handelspost aan de Sint Laurensrivier, er wonen 32.000 mensen en het is het administratief centrum van Oost-Québec. Rimouski betekend 'land van de eland' in het indiaans van de Mikmak-Indianen.
Ons hotel stond over een shopping area en al vlug kwamen we elkaar tegen in de Walmart of bij Winners een sportcafé met rondom TV's die allemaal aanstonden op een ander sportkanaal: oorverdovend! Ik kocht een winterjas en Dirk een uurwerk, het diner werd in het hotel zelf geserveerd maar dat was in het gedeelte dat ook het sportcafé was. Het was daar ijskoud door de airco, iedereen reclameerde en men ging op andere plaatsen zitten tot wanhoop van de dienster. De airco werd uiteindelijk toch afgezet en wij hebben ongelofelijk gelachen met de hele situatie en de verhalen van verschillende reiscatastrofen kwamen los.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 7
- martes, 14 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 13 °C
- Altitud: 24 m
CanadáMiramichi47°2’7” N 65°30’2” W
Pointe-au-Pére, Amqui tot New Brunswick

Na een sober ontbijt in hetzelfde sportcafé terug op weg, het is frisjes en regenachtig slechts 12°C.
Ruim op tijd kwamen we aan de historische site Pointe-au-Père. Eest zagen we een film over "Empress of Ireland" de grootste scheepsramp na de Titanic. Gezonken hier in de golf van St Laurent. Het schip was juist vertrokken naar Liverpool vanuit Québec, het was de nacht van 29 mei 1914, de loods van de rivier had het schip verlaten maar door de mist werd de Empress midscheeps aangevaren door een anders schip. Op 14 minuten tijd zonk het schip, slechts enkele van de voldoende reddingsploegen konden gebruikt worden. Er waren genoeg reddingssloepen aan boord t.g.v. de nieuwe verplichtingen na de scheepsramp van de Titanic.
Er stierven 1012 mensen en 465 overleefden de ramp. Het was een aangrijpende film!
Daarna beklommen we de oudste vuurtoren van het schiereiland, gebouwd in 1900 er zijn 109 trappen en de toren werd uit dienst genomen in 1970. Nu staat er een pyloon met GPS en computergestuurd licht en een geluidsbaken.
Na de aanhoudende regen kwam de zon er even door dus vlug de mooie zichtjes terug gefotografeerd! We reden verder richting Matapédia en dwarsten het hele schiereiland. De veronderstelde houten huizen die we onderweg zien zijn eigenlijk bekleed met vinyl of aluminium met houtimpressie. Er zit veel isolatie achter de platen en de meeste staan op ijzeren draagbalken zodat ze verplaatsbaar zijn. De bekleding is warmer dan hout, er is ook geen houtworm e.d. En het onderhoud is gemakkelijker.
We lunchen in Amqui, halfweg in de "Auberge Beauséjour". het was weer een huis met vele bestemmingen: Herenhuis, winkel, ziekenhuis en bejaardenhuis. Nu is het een hotel en winkel van antiek en artisanale producten. Waarschijnlijk lekker maar zéér duur. De tafels stonden al gedekt en we kregen: Wortel&aardappelsoep, sla, rijst en de beste verse zalm die we deze reis aten met dille/mostaardsaus en suikertaart.
De zalmtrek begint nu en daarom krijgen we dikwijls de keuze om zalm te eten.
We rijden regelmatig naast rivieren waar de zalm stroomopwaarts zwemt om in één van de grote meren te paaien. Zij lijken soms ondiep door het vele grint dat hier en daar bovensteekt, de zalm heeft dit echter nodig als vistrap en als bescherming. In het westen van Canada heeft men een tijd grint gebaggerd en de zalmpopulatie daar ging erg achteruit.
Onderweg riep Albertine "Een moose!" maar niemand anders heeft hem gezien. Het geeft wel aan dat we midden in de natuur zitten. Hier zit ook veel ander wild, men mag jagen mits vergunning maar het vlees mag niet verkocht worden, alleen als je de weg weet geraak je aan echt wild! Wegens het toerisme is er veel vraag naar wild dus kweekt men "wilde" dieren. Als ze slachtrijp zijn gaan ze naar de slager en niet even de natuur in zoals bij ons wel gebeurt. Amerikanen komen wel jagen met een gids met een licentie, Chinezen doen het illegaal met helicopters en nemen dan nog alleen de tong, klauwen en galblaas als afrodisiaca! De rest blijft liggen, als ze betrapt worden zijnde boetes zeer hoog tot zelfs gevangenisstraf.
We rijden helemaal door bosgebied en er komt wel voorzichtig wat kleur tussen de bomen, maar nog geen Indian summer, het is nog te vroeg!
Oorspronkelijk woonden hier de Mikmaq Indianen, toen kwamen de bontjagers en de Fransen. Toen America zijn onafhankelijkheid bevocht kregen de locals, zij die trouw bleven aan de Engelse koning , 40 hectaren grond in wat toen de kolonie Canada was. De Franstaligen die hier woonden werden verdreven en gingen dan richting Baie des Chasseurs of naar het zuiden tot in Louisiana. Cajun is een mengeling van Frans en 5 Afrikaanse talen omdat zowel de Franse stelers als de Afrikaanse slaven niet konden lezen of schrijven en dus hun eigen taal ontwikkelden. Na deze uitleg van Albertine kwamen we aan het "Parc National de Miguasha". Er werd een film getoond binnen maar Dirk en ik gingen liever wandelen, we verwittigden Albertine en wandelden tot aan de oever van de St Laurent. Het leek wel aan zee, de zon kwam er even door en we zochten fossielen en stenen op het strand. Even frisse lucht inademen om dan weer de bus in te stappen naar Campbellton. We reden een andere provincie binnen: New Brunswick. In het Super 8 hotel kregen we na veel moeite allemaal een kamer en wij wachtten geduldig en kregen een soort appartement, niet erg fris maar het is maar voor één nacht. Blijkbaar was er een canceling van onze busreservatie?
Terug thuis bleek dat de Canadese reisorganisatie failliet was gegaan tijdens onze reis, buiten deze canceling hebben we er echter geen problemen meer mee gehad, alles werd in België opgelost!Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 8
- miércoles, 15 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌧 12 °C
- Altitud: 32 m
CanadáGaspé48°49’54” N 64°29’13” W
langs Papébiac naarGaspé met Roche Percé

Ons verblijf in New Brunswick was slechts van korte duur, terug de brug over en we waren weer in de provincie Québec! Er is een uur verschil tussen New Brunswick en Québec, dat maakte dat we een uur vroeger uit onze slaap werden gewekt. Ik denk dat Albertine in haar bespreking gisterenavond er geen rekening mee heeft gehouden, en ons op de plaatselijke tijd liet wekken. Sober modelontbijt met donuts en confituur, voor zo één keer vind ik dat wel lekker, zelf hadden we nog Philadelphia kaas en een peer in de vorm van een appel en heel bleek, gekocht in de mall gisteren avond. De peer/appel was zeer waterig en weinig maak.
Een kwartier vòòr tijd zat bijna iedereen in de bus dat was nog nooit gebeurt.
We reden langs de kust van de Chaleur baai met mooie uitzichten. Het verraste ons dat er toch veel lintbebouwing is, de huizen liggen wel 50m uit elkaar en zijn veelal in chaletstijl met porch (veranda) en slechts 1 verdieping.
Eest regende het nogal maar net als gisteren kwam er tijdens ons bezoek aan het visbedrijf in Paspébiac op het einde de zon door.
In 1745 landde de eerste ondernemer hier die een hal opzette voor de verwerking van kabeljauw. De Indianen jaagden op de zeehonden zodat er veel vis in de baai en omstreken zat. Men fileerde de vis meteen en de gezouten filets werden op grote tafels te drogen gelegd. Dat drogen duurde ongeveer 10 dagen, bij regen werden de filets opeen gelegd onder een kap. Vogels waren geen probleem want de nesten werd leeggemaakt door de vissersvrouwen. In 1964 waren er zo'n 80 gebouwen maar er brak brand uit en alle bedrijven brandden af. Door de vermindering van het visbestand bouwde men niets terug op en het is dank zij de plaatselijke bevolking dat de historische site terug gedeeltelijk gerestaureerd is. Het was interessant.
We reden daarna verder en passeerden weer verschillende rivieren waarop gevist werd. Op aanvraag werd halt gehouden aan een kerk met aluminium dak. Dat vond de chauffeur eigenaardig en hij vroeg of de kerken bij ons er anders uitzien. Het is echter geen aluminium dak maar blik dat zo geschilderd wordt.
De treinsporen slingerden dan links dan rechts, iedere keer moet de bus tot stilstand komen, kijken of er green trein aankomt en dan pas doorrijden. Zowel op bewaakte als op onbewaakte crossings. Het landschap werd heuvelachtig en we zagen de kliffen toen we dichter bij Percé kwamen. Ik zat even helmaal vooraan en merkte dat het vrachtvervoer voorrang heeft bij het voorbijsteken, zelfs zo dat de tegenliggers moeten uitwijken tot op de pechstrook.
In het restaurant waar we aten was het eten lekker maar de rekening niet, voor één biertje werd er 9,03 C$ aangerekend, pas na tussenkomst van Albertine werd het teruggebracht tot 6,85 C$!
De pier van de boottocht was niet ver en met regenjas en paraplu embarkeerden we. Gelukkig stopte de regen en konden we boven gaan staan om foto's te nemen. Rocher Percé is indrukwekkend maar toen vaarden we door naar l'lie Bonaventure en dat was pas spectaculair!
Duizenden Jan van Gents op de rotsen, zeehonden in het water en het zonnetje brak door de wolken. We werden op het eiland afgezet om een wandeling te maken, naar de kolonies konden we niet meer omdat we slechts een uurtje tijd hadden maar de uitzichten wren mooi. Eén van de woningen was als museum ingericht dus er was genoeg te zien. De boot kwam ons terug ophalen en we reden even buiten Percé naar ons hotel. Jammer want in Percé zelf had ik ook wel eens willen rondwandelen. Aan tafel gingen we zitten bij mensen waar we nog weinig contact mee hadden gehad, de tijd ging vlug vooruit al vertellend over reizen.
Bij het diner kregen we een drankje aangeboden door Albertine om de ontgoocheling van Super 8 te vergoedelijken. In elk geval was dit hotel stukken beter, ook al lagen we in het bijgebouw. De bediening is erg vriendelijk en het eten ook lekker. Men eet hier heel graag cake, na ieder maaltijd is cake in één of andere vorm het dessert. Het uitzicht van de kamer op de Rocher Percé was fantastisch, alleen in het donker zie je ze niet ;-)Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 9
- jueves, 16 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 8 °C
- Altitud: 12 m
CanadáPlage Cartier49°7’28” N 66°29’21” W
van Gaspé naar Sainte Anne des Monts

De zonsopgang was wat mistig maar we hadden goed geslapen en het ontbijt was geen buffet maar per persoon een goed gevuld bord, een beetje zoals in "Den Uil" in Wilrijk.
Spijtig dat we van het uitzicht op de kamer zo kort maar konden genieten. We reden helemaal langs de zee verder, de ene baai al spectaculairder dan de andere.Helemaal de punt van het schiereiland rond tot het park Forillon. Eest naar een haventje, maar de anderen stapten niet mee uit, wij wandelden wel helemaal naar beneden en gelukkig want Dirk vond daar nog een toilet voor de grote boodschap. Het is hier heel bergachtig door de uitlopers van de Apalachen mountains die ergens onder Virginia in de VS beginnen. Veel dennen en de loofbomen begonnen een beetje te kleuren. Aan Cap-Bon-Ami kregen we onze pic-nic een uurtje wandelltijd, veel te kort. Wij hadden wel graag een langer tochtje gemaakt. Noch de gids noch vele medereizigers wandelen graag!
Om half één reden we verder naar de Cap-des-Rosiers waar we aan de vuurtoren even gelost werden voor een fotostop, wij wandelden dan maar zelf even langer rond en waren de laatsten, net zoals aan het haventje 's morgens. Eens we het park verlaten hadden kon er nog wat vlugger gereden worden want het was nog een heel eind. In Grande-Valleé moest de chauffeur zelf een plaspauze nemen en konden we weer even de benen strekken. Enkele mannen hadden een drankzaak gezien aan de overkant en achtenbier voor onderweg want op de bus kan men alleen water kopen. Iemand had rootbeer gekocht en lustte het niet, ik heb de blikjes dan geruild voor Coca Cola.
Nog tientallen kliffen volgden en op zee zagen we alle soorten vogels. Aan land veel huizen, vakantiehuizen en vuurtorens. De huizen hebben alle mogelijke kleuren: Kobaltblauw met gele raamkozijnen, bloedrood met wit, knalgeel met rood of purperpaars met geel. Eindelijk kwamen we aan in Sainte-Marie-Des-Monts. We hadden nog tijd genoeg om naar het centrum te wandelen én te winkelen. Gelukkig bleef het droog, als we in de bus zaten vandaag waren er enkele felle buien maar bij iedere stop bleven we droog. Eten als gewoonlijk met soep, hoofdgerecht en cake met koffie, wij dronken op onze kamer een hele fles Canadese wijn op: 'L' Auberge' vin rouge sec, weinig smaak dus we konden hem drinken als limonade! Fles leeg en in bed om half elf.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 10
- viernes, 17 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 8 °C
- Altitud: 21 m
CanadáSainte-Amélie49°13’17” N 68°9’1” W
Estuarium St Laurens: Matamé/Baye-Comeau

Na 't ontbijt reden we naar de plaats waar we gisteren naartoe gewandeld waren, een aquarium met het zeeleven van deze streek. Interessant, een beetje ruik, voel en zie opstelling! Maar eigenlijk wat te lang om daar te blijven hangen omdat we de tijd moesten doden. Reeds 3 of 4 keer ging ik voorbij de mooie ceramisten Jan van Genten en nu kwam het over mij: het gevoel van de laatste kans! Ik kocht een beeldje, want ik had ze wel dikwijls vastgehad en teruggezet en gefotografeerd. Ze zijn van een plaatselijke kunstenaar dus weinig kans dat we ze verder op de reis nog kunnen kopen.
Terug de bus in om bijna naast ons hotel bij Tim Hortons een koffie te gaan drinken, dat leek ons fel overdreven duw wandelden we maar wat rond en kochten nootjes. Albetine loopt nogal hoog op met de Tim Hortonsketen, maar voor ons leek het op Mc Donalds. (dat was mogelijk de reden voor het lange verblijf in het museum, tot de keten open was?)
Daarna langs de St-Laurens richting Matamé. Je merkt dat het niet meer aan de zee is omdat er geen kliffen meer zijn. Dit is het estuarium van de St Laurens en zo breed dat het wel de zee lijkt te zijn. De bomen beginnen te verkleuren en met het zonnetje erop springt het rood en geel eruit! Eindelijk!
In Matamé wacht ons de lunch, volgens Albertine hebben we keuze tussen mosselen en zalm. Blijkbaar zijn de mosselen op en konden we kiezen tussen fruits de mer en zalm. Dirk nam natuurlijk de fruit de mer en kreeg een bord met vooral veel roze garnaal en enkele sliertjes kreeft of krab, Niet slecht maar ook niet 'wauw'.
De ferry van 5u moesten we nemen dus konden we rondwandelen, langs een bijrivier konden we naar de vistrappen, daar kunnen vissen voorbij de sluizen zwemmen. Dirk moest onderweg dingend een toilet opzoeken en gelukkig was het cultureel centrum open. We konden beiden even gaan, ik denk dat de wijn van gisteren de oorzaak was. Er was een tentoonstelling en die bezocht ik even om de tijd door te krijgen. Allemaal op tijd aan de bus, de overvaart duurde 2u 20' en het was 62 km dus je kan je voorstellen hoe breed de rivier daar nog is.
Albertine heeft ondertussen geïnformeerd naar de prijs van de kreeft, om degenen die willen verse Canadese kreeft te laten eten in Montréal. Het zou zo alles samen een 150 C$ per persoon zijn. Omdat deze reis all-in is vindt ze het jammer dat we geen specialiteiten kunnen gaan proeven. Ik begrijp haar wel maar voor iedereen iets betaalbaar vinden is ook niet gemakkelijk. In Baie-Comeau gaan we van de boot en rechtstreeks naar het hotel. Het is al acht uur eer we kunnen eten en de keuze was kipbrochette of spaghetti. Natuurlijk (tomaten)soep vooraf en zwartewoud cake erna! Er wordt stillaan een beetje gemord op het eentonige eten.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 11
- sábado, 18 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌧 11 °C
- Altitud: 56 m
CanadáTadoussac48°8’46” N 69°42’46” W
Tadoussac,onze eerste walvis ooit gezien

Half zeven gewekt, zeven uur ontbijt, half acht in de bus want we moeten 120 km meer doen dan voorzien. Van Baie-Comeau naar Tadoussac rijden we ongeveer langs de oever van St Laurent. Hier en daar moerasachtig en soms de bergen of heuvels in met 9 % stijging. Mooie zichten waarbij Dirk aan de waterzijde zat en dus de mooiste foto's kon nemen. Af en toe zagen we overvliegende eenden die naar hun overwinteringsplaatsl vertrokken. Albertine vertelde dat zijn tot voor kort een plaag waren. Soms zaten er 370 dieren in haar (grote) achtertuin. Nu trekt de gemeente er geld voor uit om arbeiders te betalen om de eieren in slaolie te dompelen. Deze kunnen dan niet uitkomen en de populatie verminderd dan tot normale proporties.
We volgen de 'Route des baleinen' een mooi uitzichtpunt was ons plasstop, de toiletten waren echter op slot en iedereen verdween dan maar in de bosjes.
Sinds we Rimourkli verlieten is er een gedwongen GSM stop! Er zijn gewoon geen verbindingsmasten. Koen, een jonge gast, zit de hele tijd te multitasken, eens opkijken en dan naar zijn toestel. Even vòòr Tadoussac gingen ineens enkele GSM's af, blijkbaar was er vandaar af terug verbinding. Het was ons opgevallen dat er in ieder gehucht telefooncellen staan èn dat ze ook nog gebruikt worden. Nu weten we de reden.
In Tadoussac hadden we een uurtje vrij. Natuurlijk konden we de winkeltjes niet weerstaan maar we bezochten toch ook de kerk die leek op die van Tromso in Noorwegen.
In 'Le Béluga' werden we verwacht voor de lunch: Brocolisoep, aardappelgratin met schol en een Créme bruleé.
Albertine had ondertussen contact genomen met Cateau Roberval om vanavond zéker vlees op de menu te krijgen!
Om half één aan boord van de 'Grand Fleuve' om walvissen te gaan spotten op de St Laurent. Alhoewel Tadoussac één van de beste plaatsen is om walvissen te zien geloofden we er niet echt in. De oevers en Fjorden waren mooi en de kleuren zowel van de huizen als de bomen waren heel mooi. Toen we 2 boten en 2 zodiacs rond één zelfde punt zagen cirkelen kregen we hoop. En ja hoor, eerst ademfonteinen en dan de walvissen zelf. Dat was een echte belevenis, volgens het seizoen waren het waarschijnlijk Pilot Whales maar dat kun je als leek niet zien. Ze waren zo'n 8 à 10m lang maar je ziet steeds maar een stuk rug of vin.
Zowat 3u later stonden we tevreden terug aan de kade. Direct in de bus om langs de Saguenac (rivier) naar Roberval te rijden, nog zo'n 270 km ver. Albertine had ondertussen een deal bekomen: Porc voor 1 C$ extra of Boeuf Bourguignon zonder opleg.
Een brief ging rond, de grootste zagemannen wilde de Boeuf Bourguignon want opleggen wilden ze niet. Achteraan in de bus zongen we : No chicken, no rice. Op de tonen van No woman, no cry!
In chateau Roverval bleek voor iedereen pork klaar te staan zonder bijbetalen. En zo was er 's avonds nog een positieve noot.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 12
- domingo, 19 de septiembre de 2010, 23:59
- ⛅ 6 °C
- Altitud: 114 m
CanadáÎle Bernard48°40’56” N 72°30’36” W
de Zoo van Saint Félicien

We waren al om 6 u wakker en dachten slim te zijn en om 7u te gaan ontbijten. Dirk had nog foto's genomen van de buitenkant, de lobby, het zwemdok en het ontbijtbuffet. Maar we mochten niet binnen want de bus werd maar om half 8 bediend!
Nog even mailen en op tijd terug aan de eetzaal. Groot was onze verbazing dat we alleen toast, confituur en koffie kregen, het buffet was netjes afgedekt. Dat was niet voorzien in onze prijs, mogelijk moesten ze die 1 C$ van dat vlees terugwinnen?
Wij voelden ons toch bekocht, gelukkig had ik nog wat Philadelphia kaas in voorraad. de anderen benijdden onze voorzienigheid, maar veel reizen laat je op alles voorbereid zijn!
Vandaag rijden we naar Saint-Félicien waar een Zoo is. Eest kregen we een mooie film over de boréale zone gedurende de 4 jaargetijden, in de winter viel er sneeuw of zoiets in de zaal, even gesis van lucht bij de slangen en een uil die vloog over onze hoofden, Super!
Daarna reden we met een treintje door de bossen en over de plains. Wij in kooien en de dieren vrij. We zagen: Elken, lincksen, beren,mouse, eenden in alle soorten, prairiedogs en bizons. Om de wapiti herten en de roofvogels niet te vergeten. Na een uurtje gingen we tevoet naar de ijsberen die juist gevoerd werden en er rechtover kregen wij zelf ons eten.
Ik stapte nog vlug de souvenirwinkel binnen voor de film die we in het begin zagen en maplethee.
We reden verder langs allerlei watertjes en rivieren en stopten in La Tuque aan de waterval van de kleine Bostonnais rivier. Het was prachtig weer, we konden helemaal naar beneden wandelen of naar een uitkijkpost die 25 m hoog was. Beneden bleek er weinig water over de rotsen te vloeien, zoals dikwijls op het einde van de zomer, maar boven waren de bomen zo hoog dus daar zag je ook niet veel. Toch waren we blij met de pauze want het weer was schitterend en de natuur ook. langs de Maurice rivier reden we verder naar Montréal.
We waren amper op de autostrade of er was file wegens werken, en waarschijnlijk ook door de terugkeer van de weekend reizigers. Daarom reden we direct naar het restaurant dat bekend staat om zijn historische keuken op Québeciaanse wijze. Dit keer geen soep maar een slaatje, binocles met aardappelen en gele pompoen mousse en een taartje toe. Wel met speciale kruiden bereid, cajun style. Dan maar vlug inchecken in ons 4 sterrenhotel, een goede douche en na dit dagboek invullen voldaan naar bed.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 13
- lunes, 20 de septiembre de 2010, 23:59
- 🌙 10 °C
- Altitud: 78 m
CanadáMontreal Central Station45°30’6” N 73°34’2” W
Montréal

We konden wat langer blijven zitten aan 't ontbijt want deze keer moesten onze valiezen niet ingepakt worden. Een gids van Montréal stond ons om 9u op te wachten bij de bus. Zij was zeer goed en liet ons de oude en de nieuwe stad zien. We zagen al veel rood-bruine bomen maar ze vertelde ons dat deze de normale kleur is en geen herfstverkleuring!
Na de lunch reden we nog langs het Olympisch stadion, 'Le Grand Zero' zeggen de Montrealers want zij betalen nog steeds meer grondbelasting dan elders in Canada om dit stadion te betalen en te onderhouden. Door de vele mankementen blijft het een enorme last.
Ondertussen zitten de politiekers wegens fraude in de gevangenis en de architect is het land uit gevlucht, dat had ik nooit verwacht in Canada eerder in een Afrikaans land!
We kregen nog een citytrip op het water en zagen de verschillende bouwsels die er nog over waren van de Olympische spelen in 1976. O.a. de appartementjes die een bouwdoos lijken, maar zij waren toen zeer vernuftig in elkaar geplaatst zodat er geen inkijk was bij de buren.
We meerden af aan Place Jacques Cartier waar we een tweetal uurtjes vrij konden wandelen op eigen gelegenheid. Wij wandelden tot aan de kathedraal om de mooie glasramen te bezichtigen maar 5 C$ hadden we er niet voor over. Dan maar kris kras door de straatjes. Eindelijk vonden we een magneetje met een Moutend Police voor ons Veerle. Overal hadden weer er naar gezocht zonder resultaat. We bezochten ook een zeer grote pelsenwinkel, en geraakten aan de praat met de verkoopster, hier in Canada wordt veel bont gedragen, logisch met de lange koude winter. Zij begreep niet dat dat in Europa anders is. De dieren zijn hier ook nog aanwezig in de bossen en dus kan dat jagen geen kwaad voor de populatie. Dat klinkt wel anders dan eerder op de reis waar er niet meer mocht gejaagd worden voor de slacht. Wie heeft er nu gelijk?
Om kwart na zes spoedde ik mij nog naar China Town om de leeuwen en de poort te fotograferen, die had ik in de bus gezien en niet kunnen vastleggen.
De Chinezen, die werden aangetrokken door ingenieurs, zijn pas enkele jaren geleden vergoed voor hij werkzaamheden bij het aanleggen van de spoorweg door de rocky mountains, net zoals in de VS werd er van deze mensen geprofiteerd. Er was hun een loon en een vergoeding beloofd waarmee zij konden terugkeren na gedane arbeid. Zij stierven echter als vliegen en werden op de duur genummerd: Chinaman 1,2 of 3 i.p.v. Ping, Ling of wat hun echte naam ook was.
Gevolg: eindeloze discussies en geen geld om terug te keren. Zij zetten dan wasserijen op en kookten voor andere mensen. Na lange processen en aandringen werden hun achter- kleinkinderen vergoed, maar dat was bijna 100 jaar later! Dat vertelde de gids eerder onderweg.
Op tijd terug aan de bus en we gingen eten in een soort sportbar, maar veel aangenamer dan die eerder onderweg. We kregen frietjes met pepersteak. Terug in het hotel werd nog even overlegd hoe we de gids en de chauffeur zouden tippen. Er was veel ongenoegen en er was zelfs een brief opgesteld om klachten te formuleren, daar deden we niet aan mee en we gingen naar de kamer.Leer más
- Mostrar viaje
- Añadir a la lista de deseosEliminar de la lista de deseos
- Compartir
- Día 14
- martes, 21 de septiembre de 2010, 23:59
- ⛅ 16 °C
- Altitud: 40 m
Montreal Botanical Garden45°33’36” N 73°33’47” W
Botanical Garden in Montréal en -> huis

Voor een 4 sterrenhotel was het ontbijt beneden alle peil!
Er werd niet afgeruimd of eten bijgevuld ondanks de vele gasten. Geef mij maar de service per klant, zoals we al 2 keer ervaarden in een 'minderwaardig' hotel/motel.
Volgepropt met dafalgan en strepsils ging ik nog even de straat op. Met een voorzichtig zonnetje halen we vandaag toch 20°. Eén blok verder ligt de beroemde St Catherine street, veelal met bekende merken. Ik kon niet weerstaan een T-shirt (of twee). Schuin tegenover het hotel ligt het klooster van de grijze nonnen. Het werd gesticht door een weduwe die al haar bezittingen moest achterlaten aan de familie van haar man. Tot in 1968! gold hier de wet dat alle bezittingen van de vrouw bij huwelijk toevielen aan de familie van de man. Omdat de berooide vrouw met enkele jonge kinderen zelf geen familie had en voor intreding in een kloosterorde kuisheid en armoede of toch onthouding geëist werd, stichtte zij dus de grijze nonnen: de orde had buitengewoon veel intreders.
Om 11u met de valiezen naar beneden. Naar de ondergrondse stad voor onze lunch, zelfs Albertine moest wat zoeken naar het restaurant. We kregen een heel lekkere maaltijd: sla met notenolie, frietjes met varkensgebraad en chocomousse!
Onder Montréal blijkt een hele stad te liggen. Deze ondergrondse stad werd in de jaren zestig bedacht om te ontsnappen aan de lange winter. Het is eigenlijk een netwerk van 38 km2 met gebouwen waarvan de kelderverdiepingen met elkaar verbonden zijn.
Ondergronds klinkt als donker en muf, maar niets is minder waar. De daken van deze centra- sommige zijn oude grootwarenhuizen of kantorenflats- werd opengewerkt zodat het zonlicht tot beneden schijnt. Je kan flaneren langs boulevards, over pleinen en langs terrasjes met alleen het geroezemoes van de wandelaars en het watergetater van de fontein. Zo hebben ze geen last van guur weer.
Omdat we nog een namiddag vrij hadden gingen we naar de Botanical Garden, de stadsgids had die ons gisteren aangewezen, ook omdat er een chinees lampionnen tentoonstelling is.
Daarvoor moesten we de metro nemen, toen de 'professor ' dit hoorde vroeg hij om mee te mogen gaan. Hij had ook geen zin in winkelen in de ondergrondse stad.
Ik noemde hem 'de professor' omdat Jan een gepensioneerd schoolhoofd is van de hogeschool voor leraren in Hasselt. Hij is nogal een betweter, maar je kan er over serieuze zaken mee praten.
Toch is hij niet aan de stad gewoon en zeker niet aan de metro.
In Mac Gill stapten we op en in Pie IV terug af. Een heel eind, we kwamen boven aan het olympisch stadion waar we nog enkele leuke foto's namen op het ereschavot. Aan de botanische tuinen gingen we ieder onze eigen weg en wij namen het treintje helemaal rond en stapten af waar we wensten. De lampionnen waren heel mooi maar spijtig dat het niet donker was dan zouden ze verlicht zijn geweest. Om half 5 terug aan de ingang om samen terug de metro te nemen. Een subway sandwich in de ondergrondse stad en de bus in naar de luchthaven. Daar moesten we nog wachten tot onze vlucht pas om half 12 vertrok.
Dirk had eerst een Chadissche jood naast zich maar die verhuisde van plaats, dan kreeg hij een dronken Letlander naast zich die na een uurtje begon over te geven. Gelukkig vloog de piloot goed door op meer dan 1000 m met het gevolg dat we op tijd aankwamen na 6,25u vliegtijd.
Via SMS bood Stefaan aan om ons op te halen waar we dankbaar gebruik van maakten.Leer más