• Bertus Reist

Suttons Bay naar Minneapolis

A 28-day adventure by Bertus Reist Read more
  • Trip start
    July 10, 2022

    Time is on my side (Rolling Stones)

    July 10, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 24 °C

    Terwijl onze Boeing 787 (30 minuten te laat) op Brussels AirPort zich opmaakt voor "take off" landt naast ons de prive-jet van de Rolling Stones. Zij doen vanavond hun concert in het Koning Boudewijn Stadion als wij via Chicago naar Traverse City in Michigan vliegen.

    De overstap op Chicago wordt nog spannend. Binnen een uur moeten we door de customs heen, koffers van de band halen, koffer langs douane loodsen, koffers afleveren voor de aansluitende vlucht, treintje nemen naar volgende terminal, daar door de beveiliging heen, gate zoeken en in vliegtuig stappen. En met de (on)vriendelijkheid van de gemiddelde airportmedewerker en de ook daar redelijk chaotische gang van zaken door personeelsgebrek, wordt dat een spannend uurtje. 3 minuten voor het vliegtuig vertrekt stappen we hijgend in ons toestel. Naast ons een Amerikaan die hetzelfde traject heeft afgelegd met een hoofd alsof een hartaanval aanstaande is, zweet langs zijn rug en ontblote onderbenen (ja Amerikaanse mannen mogen wel overal heen in korte broek) en bloedend aan zijn hand omdat hij iets te paniekerig karretjes, koffers of treindeurtjes heeft vastgepakt.

    Precies op tijd komen we aan op Traverse City Airport. 10 minuten later arriveert Robbie met "Miss Sum" (haar lieve logeeradres afgelopen dagen) en Chantelle (uitwisselingsstudent een jaar voor Robbie, die toen bij Miss Sum verbleef, uit Lelystad komt en ook toevallig deze weken in Traverse City is) op de airport. Robbie was al een paar dagen eerder naar Traverse City gevlogen om samen met haar high-schoolvrienden van vorig jaar het plaatselijk Kersenfeest te vieren.

    Miss Sum staat er op dat ze ons naar ons ruilhuis rijdt. Wat een luxe.

    Ze stuurt haar auto Traverse City uit de scenic highways M-37 naar het noorden op. We rijden over een 30 kilometer lange smalle landtong van nog geen 2 kilometer breed naar het oude stadje van Old Mission op de punt van de tong (zie hier de literaire verwijzing naar de band uit de eerste zin van deze blog).

    We rijden door een heuvelachtig landschap met elegante grote houten huizen en villa's. Miss Sum vertelt dat hier de "rich and famous" van Traverse City wonen. Het is een lappendeken van wijnboerderijen (witte wijn), kersenboeren (de bomen hangen vol rood glimmend fruit), dichte bossen en appelboomgaarden. Steeds met aan de Oost- of de Westkant zicht op het enorme Traverse Meer. 5 kilometer van ons huis is de landtong zo smal dat we aan beide zijde worden ingeklemd door het enorme meer.

    2 kilometer voor het einde van de landtong slaan we af het gravelpad in naar ons ruilhuis voor de komende week, van Joel en Susan (die nu lekker in Almere zitten....ook leuk) . Een prachtige houten woning op palen omringd door bos. Een soort van "enorme boomhut" volgens Erica. Voor ons huis ligt een strandje aan de oostzijde van het meer. En rond het huis is het stil......muisstil.

    Het huis is prachtig, groot en hoog, met een iets te bruine Amerikaans inrichting. En ook hier weer (we hadden dat eerder in Vermont), het huis staat zo afgelegen dat er voor geen enkel raam een gordijn zit. Nee ook niet op het toilet en in de douche.

    Na een snel afscheid van Chantelle en Miss Sum maken we een ronde door het huis, pakken de auto uit de garage en rijden een stukje terug langs de M-37 om te gaan eten in "The Jolly Pumpkin Restaurant & Brewers". En zo kennen we Amerika weer: iets te vrolijke serveerster, merchandisewinkel bij de ingang, 500 koffiemokken aan haakjes aan het plafond, bruine zit/statafels, eigen gebrouwen bier, veel humaan-rumoer en een menukaart vol pizza, ribs, fried fish en coleslaw. Prima plek voor een eerste avondmaal.

    Als afsluiter van de dag nog even het strandje op, kijkend hoe de zon langzaam achter de (wolken en) de landtong met Suttons Bay verdwijnt. Rond het huis is het nu aardedonker. De enige lichtjes die we nu nog zien zijn de oogjes van beesten die rond ons huis dwalen. Tot morgen.
    Read more

  • Shrimp and Grits (Tedeschi Trucks Band)

    July 11, 2022 in the United States ⋅ ☁️ 23 °C

    Soms hoef je een menukaart niet verder door te nemen, je weet het gelijk. Dat heb ik bij Shrimp and Grits, maar daarover later meer.

    Iets te vroeg op vanwege de jetlag. Mooi de gelegenheid om het dag te zien worden in het bos. Vandaag gaan we een stukje memorielane doen met Robbie. Ze neemt ons mee langs plekjes in Traverse City waar zij vorig jaar rondhing met haar vrienden.

    Dat begint in een troosteloze Shoppingmall. Heb al nooit goed begrepen waarom we in Nederland denken dat we het fenomeen "Shoppingmall" moeten kopiëren van de VS. Ik heb er hier in al die bezoeken aan Amerika geen een kunnen ontdekken die succesvol en gezellig is. Ook in Traverse City niet. Ingeklemd tussen de gebruikelijke Wendy's, McDonalds, Wallmart, Tirecentres en Loewe's ligt het er halfverlaten een beetje te verslonzen. Maar blijkbaar wel aantrekkelijk voor de hangjeugd van Travers City en omstreken.

    Daarna door naar Front Street, het centrum van Traverse City. Er zijn meer steden in Amerika die het toch lukt om centraal in de stad een lange winkelstraat te hebben met uitsluitend leuke kleine alternatieve boetiekjes, winkeltjes, bierbrouwertjes, eettentjes, ijsbereiders en coffeehuizen. Ook hier. Zeker 3 kilometer lang winkeltje na winkeltje, zonder ook maar 1 bekende keten te zien. Geen Starbucsk, Macdonalds, H&M of Burger King te zien. Kom daar maar eens om in het centrum van lukraak welke stad in NL.

    We lopen langs Northside de winkelstraat helemaal af en eindigen rond de lunch bij Folgarelli's. Een Italiaanse lekkernijenwinkel met rekken vol sauzen, pasta's, wijnen, kruiden en oliën. Langs één kant van de winkel is een counter van een meter of 15 met daarin een keur aan worsten, kazen, olijven en broodjes. Dus daar een broodje besteld en aan een tafeltje (onder de op de wand geplakte aanprijzingen van Folgarelli's uit kooktijdschriften, dagbladen en reisgidsen) opgegeten. Heerlijk en op z'n Amerikaans: net iets te veel vleeswaren voor 1 mens.

    Via de Noordzijde de winkelstaart weer terug gelopen en flink geshopt. We worden door Robbie nog even vakkundig langs de bootjes aan de waterkant geleid om daarna weer in de auto te stappen. Raar idee, dat ze hier bijna dagelijks door de straten sjouwde met haar eigen possie. T'is een charmant stadje, al neemt langzaam de toeristenwinkel het hier ook over van de kleine 1 persoons winkeltjes. Dat kersen belangrijk zijn voor deze streek mag helder zijn (Cherry capital of the world), maar om nou overal kersen in te stoppen en ze te pas en te onpas in winkeltjes te leggen, is misschien iets te veel van het goede. We zagen kersenjam, kersen sap, kersen in chocolade, in droge worst, in kaassaus, in limonade, in zeepjes, in granola, in hondenvoer, in bier, in BBQ saus, in taarten, in mosterd, in ijs, in koekjes, in drop, in mierikswortelsaus, in jelly, in azijn, in ahornsiroop, in scones, in honing, in boter. Het ergste is, ik hoef niks geks te verzinnen, het is er allemaal echt.

    Op weg naar huis nemen we een kleine detour en buigen af naar Old Mission, aan e oostkust van de Peninsula. Daar staat nog een oude General Store. Zo'n typische Amerikaanse Winkel van Sinkel uit de tijd van de burgeroorlog en ver daarvoor. Wat ooit een oude handelspost, verzamelplek en cafe was aan The American frontier, is later een winkel geworden waar je alles en niets kunt krijgen, een hapje kunt eten en je verwonderen aan oude antieke spullen.

    Deze Generalstore opende 160 jaar geleden, en is daarmee de oudste winkel van Michigan die nog open is. En nog steeds is het er lekker rommelig. Je kan er een broodje krijgen, eigen gebakken cookies kopen, een hapje eten in de keuken, je ijsje laten dippen in chocolade, kogels kopen, toiletpapier aanschaffen en blikvoer inslaan. T'is lallemaal opgestapeld op ongeveer 150 vierkanten meter. En geen centimeter is onbenut.

    Als we 's avonds na een powernap op zoek gaan naar eten komen we uit bij de plaatselijk Grill, met op de menukaart Shrimp en Grits. Een lekkernij uit het zuidelijk deel van Amerika: een gele graanpap met kaas, daaroverheen een pittige jus en daarop gegrilde Garnalen in cajunkruiden. Oh, zo lekker.....plaatselijk biertje erbij en we sluiten de dag af.

    Tot Morgen!
    Read more

  • Let her go (Holly Williams)

    July 12, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 18 °C

    De M-22 werd een paar jaar geleden in Amerika uitgeroepen tot de mooiste Scenic Route. Robbie legde het oostelijk deel van deze weg vorige jaar bijna dagelijks af. Op weg naar school, naar huis, met vrienden, op weg naar uitstapje of om ergens te gaan chillen.

    De M-22 start in Traverse City en meandert noordwaarts langs het water over de landtong aan de andere kant van het meer bij ons huis. Op het meest noordelijke puntje van het schiereiland buigt de M-22 weer zuidwaarts af langs de westkant. Ooit bedoelt als een transportweg langs havens. Een prachtige weg door bossen, eindeloze kersengaarden, met telkens een prachtig uitzicht over de meren, langs vissershavens, langs strandjes, nabij jachthavens en met soms uitzicht op grote rode landbouwschuren. De dorpjes zijn stuk voor stuk liefelijk. Oude houten huisjes die met liefde zijn hersteld en onderhouden. Soms in vrolijke kleuren, zoals in Suttons Bay, soms verwaaid en verkleurd in Leland, waar vissers nog dagelijks hun vers gevangen vis in grote ovens roken.

    T'is gek, want Robbie leidt ons zonder een spoor van twijfel van plek naar plek. Als een volleerde TomTom navigeert ze ons van herinnering naar herinnering. Gek, omdat ik me ineens realiseer dat zij hier een jaar lang een leven heeft geleid waar ik eigenlijk niet zo veel van weet. Waar ik op basis van haar verhalen en een paar foto's een eigen beeld van heb gecreëerd. En dat beeld is lang niet altijd gelijk aan de werkelijkheid. Alles is (net een beetje) anders als dat het in mijn hoofd zit. T'is groter, levendiger, mooier, zachter en diverser dan ik me had ingebeeld. Of het nu gaat om de gangen in haar school, de landerijen om haar huis, de cafeetjes in het dorp of de wegen er naar toe, alles heeft veel meer "kleur". Ik kom hier als een reiziger voor het eerst van m'n leven, zij is hier een soort van thuis. Zij heeft hier vrienden gemaakt die ik niet ken, zij heeft hier op plekken gelopen waar ik nooit heb gelopen, zij heeft geslapen op een plek die mij vreemd is. Kleine meisjes worden groot.

    IMG_2351IMG_2345IMG_2364

    We bezoeken strandjes, dorpjes, speeltuintjes, haar schoolgebouw (we worden het hele gebouw rondgeleid), haar (gast)huis, ontmoeten een vriendin in een plaatselijke boekhandel, drinken koffie bij haar favoriet ontbijtplek, treffen een klasgenootje in de vissershaven, halen een broodje bij haar lievelingsshack. Overal komen verhalen. Soms kennen we de verhalen. Soms zijn ze voor ons nieuw.

    IMG_2375IMG_2369

    Tegelijkertijd moet het voor haar ook vreemd zijn. Vorig jaar werd ze hier gedropt als vreemdeling in een hechte kleine samenleving. Ze vertrok na een jaar als vriendin van velen, van de een op de andere dag . En nu is ze (een jaar later) ineens weer terug in dezelfde omgeving die niets is veranderd (en toch ook weer een jaar verder is). Allemaal een beetje verwarrend.

    Neemt niet weg dat we alle drie genieten. T'is een prachtige streek en ik snap goed dat Robbie een beetje verknocht is aan Suttons Bay en omgeving. En het was fijn om dat samen met haar te mogen bekijken.

    Tot morgen
    Read more

  • Castles made of sand (Jimi Hendrix)

    July 13, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 22 °C

    Vanuit ons huis is het 2 kilometer lopen naar de lighthouse van The Old Mission, het uiterste puntje van het schiereiland. Het is stil, heel stil. Alleen wij en een paar chipmunks. De lucht kleurt donkergeel aan de kant van het meer waar de zon opkomt. De vuurtoren ligt verlaten bij. Zover het oog reikt, is er geen mens te zien.

    Dat is sowieso prachtig hier, het ontbreken van kunstlicht. Er zijn geen huizen nabij, er zijn geen straatlantarens, laat staan industrie of winkelcentra. En dan pas zie je hoe mooi de hemel is.

    We rijden rond het  middaguur richting Traverse City en steken het schiereiland daar dwars over. 35 kilometer bijna aaneengesloten bos. Af en toe een dorpje of een werkplaats.

    Einddoel van de autorit is Sleeping Bear Dunes. 60 kilometer lang duinlandschap langs de kust van Lake Michigan. Een soort Kennemerduinen op steroïden, zeg maar. Vele malen hoger, langer, breder en ruiger. 

    Eerst een broodje bij Shipwreck Cafe . Nou ja, broodje.....half stokbrood met 2 ons vleeswaren, komkommer, sla, tomaat, olijven en mayonaise.

    Dan het park in. Een mooie wandeling door het bos omhoog en vlak voor de kust van Lake Michigan loopt een steil duinlandschap bijna in een rechte lijn naar beneden het water in. Eindeloos ver reiken de duin. 

    We sjokken door het rulle warme goudgele zand. Het lucht is kraakhelder, dus je kan mijlenver kijken. Toch is de overkant van het meer niet te zien. Zuidwaarts moet ergens Chicago liggen. Maar je ziet er niets van. Alleen glashelder donkerblauw water. Het zandpad kronkelt omhoog en omlaag door de enorme duinen. Te mooi om onbelopen te laten. Maar de dames zijn een beetje te lui om de hele track uit te lopen en dus lopen we halverwege weer terug. Da's dan weer een beetje jammer. 

    We rijden nog een kilomer of 20 over de scenic route door het park over kronkelweggetjes, over mooie overdekte bruggetjes en maken nog een paar kleine hikes.

    Op 1 daarvan komen we op de grootste en hoogste duin (140 meter) van het park uit,  met aan de noordzijde een prachtig uitzicht over een dal van zand en kleinere duinen. Daar staat een jolige jonge parkranger uitleg te geven. Dat kunnen ze hier als geen ander. Met veel verve, enthousiasme en met een stralend gezicht vertelt hij nog even waarom het park "Sleeping Bear" heet. Een tranentrekkend zielig verhaal: het is vernoemd naar een oude legende van de Natives. Een enorme bosbrand aan de overkant van Lake Michigan zou een moederbeer en twee cubs  het water ingejaagd hebben, op zoek naar veiligheid. Ze proberen zwemmend de overkant van het enorme meer te bereiken. Maar de jonge cubs zijn te klein en verdrinken tijdens hun zwemtocht. Moederbeer haalt de overkant wel. Zij blijft eenzaam wachten. Dagen, weken, maanden lang. Op de top van een bergje wacht ze,  in de hoop dat haar cubs alsnog de overkant halen en aan wal komen. Uiteindelijk valt ze in slaap. Het stuivende zand bedekt de slapende wachtende moederbeer en dat zou uiteindelijk de enorme duin worden die het nu is...De Holy Spirit heeft uit respect voor de liefde en het doorzettingsvermogen van de moeder op de plek waar de cubs verdronken zijn, twee eilandjes laten ontstaan.......zoiets begreep ik van de iets te rap ratelende Ranger. "Maar het kan ook door een grote gletsjer zijn ontstaan", zegt hij er haastig achteraan.

    Wie het zeker weet mag het zeggen. Mooi is het wel.

    Tot morgen
    Read more

  • Asylum (John Legend)

    July 14, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 24 °C

    Achter het huis ligt een kano, voor het huis een strand aan de Grand Traverse Bay. Het is bijna 25 graden. Dus 1 + 1 is 2. We slepen de kano het grindpad af, steken de weg over en schuiven hem het water in. Lekker peddelen. We hebben het meer helemaal voor ons alleen.

    Als we langs de enorme villa's met witte veranda's langs het water kanoën, vertelt Robbie dat ze vorig jaar wel eens met Aaron meeging om "onderhoud" aan de boten te doen van de rijke oligarchen die hier wonen. Het "onderhoud" bestond soms uit niet meer dan de boot toedekken met een zeiltje. Daar huren ze mensen voor in.

    Na de lunch rijden we naar "The former Traverse City State Hospital", The Commons. Een oud psychiatrisch hospitaal uit eind 1800 in Victoriaanse stijl. Het ging er een beetje anders aan toe als in andere "gekkenhuizen". “Beauty is therapy” luidt het devies: geen dwangbuis , maar leuk creatief knutselen en de schoonheid van natuur. Een groot complex met parken en boerderijen waar de patiënten konden werken. Nu wordt het beetje bij beetje opgeknapt en zit het vol met kleine ondernemertjes, bierbrouwers, koffiebranders, wood-oven bakers en sieradenknutselaars. Leuk sfeertje.

    De middag hebben we afgesproken met Alissa, Aaron en de kinderen. Het gastgezin waar Robbie vorig jaar een heel schooljaar heeft verbleven. Ze hebben na Robbies vertrek hun huis verkocht en reizen nu in een witte verbouwde schoolbus Amerika rond van geloofsgenoten naar geloofsgenoten. Bijzonder is dat het gaat om Skate-Ministery's. Een skatepark als kerk. Zo proberen ze op een "hippe" manier het geloof te verspreiden. Bijzonder.

    De familie leidt nu een nomadenbestaan en hebben zo toch al mooi grote delen van Amerika zo bereist. Van het noorden tot diep in het zuiden van Texas. Maar deze zomer verblijven ze weer even in de buurt van Suttons Bay om familie en vrienden te bezoeken. En dus ook de gelegenheid om Robbie weer even te zien.

    Tegen de (her-)ontmoeting werd een beetje op gezien. Robbie heeft wat gemengde gevoelens bij haar jaar in het gezin (ja het geloof was daarbij een schisma) en het contact verliep (en verloopt) soms wat moeizaam. Maar uiteindelijk zijn zij wel de reden dat wij hier nu zijn. Hadden zij Robbie niet uitgekozen als uitwisselingsstudent, had ik nooit geweten van het bestaan van Suttons Bay. Laat staan dat ik er naar zou zijn afgereisd. En dat zou jammer zijn, want het is hier prachtig.

    We hebben afgesproken om met z'n allen een kleine wandeling te maken door het park nabij het oude psychiatrisch ziekenhuis. De kinderen waren al behoorlijk uitgewoond omdat ze de hele week al bijbelklas hadden gehad. Na wat heen en weer gepraat, uitwisseling van wat laatste belevenissen en een kleine wandeling door het elfjesbos, rijden we uiteindelijk na een uurtje naar een plaatselijke bierbrouwerij voor een lekker pilsje en wat pretzels in de zon. Dan vallen de luikjes van de kinderen dicht. Mooie gelegenheid om afscheid te nemen. Het was goed zo.

    En nog meer dan we al wisten valt het op hoe goed de Engelse spraak van Robbie is. M'n mond viel deze week al open toen ze een iets te opdringerige verkoopster op even Amerikaanse als beleefde wijze van katoen gaf. De verkoopster komt met een heel verhaal op Robbie af hoe zij speciaal voor Robbie het meeste prachtige vestje heeft gevonden dat perfect pas bij de kleuren van haar outfit, heerlijk zacht is en "so cute" is. In plaats van op Hollandse wijze een beetje lomp "No Thank You" te mompelen, begint Robbie goedlachs een heel verhaal tegen de verkoopster dat ze het vestje ook gezien had, er inderdaad helemaal weg van is, het ook heerlijk zacht vindt, ook perfect zou passen bij haar Mom-jeans, maar dat helaas haar koffer al helemaal vol zit en het er dus niet meer bij past. Verkoopster uitgeluld.

    En dat valt (ons) ook op dat als ze tegen de kinderen of Alissa praat. Het is niet meer te horen dat ze niet van "hier" is.

    In het gekkenhuis-complex zit ook een Mexicaan met echte Tamales. We nemen een zak vol mee naar huis om ze daar lekker op te peuzelen ("don't eat the husk").

    Tot morgen.
    Read more

  • Natural Forces (Lyle Lovett)

    July 15, 2022 in the United States ⋅ ☁️ 16 °C

    Het strand op. Robbie slaapt nog. We wandelen nu eens zuidwaarts. We passeren kasten van huizen met terrassen en tuinen grenzend aan het strandje en het meer. Mooie proches, schommelstoelen, strandstoelen met de vorm van Michigan als rugleuning. En soms is het huis zo groot dat je je afvraag wat een mens daar mee doet. En in het water liggen lange witte steigers met daarop mooie luxe motorboten, jetski's en ander vermaak op het water. Het ziet er prachtig uit. Mag wat kosten.

    Met z'n drieën lunchen we in Traverse City. Robbie herinnert zich nog een lekkere lunch bij restaurant "Firefly" van vorig jaar. En ze heeft gelijk, een heerlijk broodje pulled pork, friet met truffelmayo, fish taco's en gefrituurde pita met Hummus.

    Robbie blijft in Traverse City met vrienden (uiteindelijk zegde iedereen af en was ze alsnog alleen in huis) en wij rijden naar Grand Rapids, 230 kilometer westwaarts. De weg loopt bijna 130 kilometer voortdurend door het bos. Pas in de buurt van Grand Rapids neemt de bebossing af, de bebouwing toe en wordt het verkeer wat drukker. Da's nog niet zo erg, wel dat het gaat regenen. Wij gaan vanavond Lyle Lovett & his Large band zien.....in een openluchttheater. Dus snel gestopt bij een Walmart, 2 pimpelpaarse poncho's gekocht (en een kartonnetje rode wijn voor in het hotel)....en de tank van onze Honda Accord volgegooid ...6 tientjes...helemaal vol....

    We eten in een ongezellige Chinees-Thai-sushi-Tepanyaki-Steakhouse in Grand Rapids nog best een aardig bord Singapore-noedels met kip en garnalen. Het blijft maar regenen.

    Op het moment dat we arriveren bij het Frederik Meijer Gardens and Sculpture Park stopt het met regenen. Dat zijn krachten in de natuur die zo moeten zijn. Frederik Meijer Gardens and Sculpture Park is een enorm "tuincentrum". Een soort "Floriade" maar dan commercieel wel geslaagd. Er in ligt een openlucht-theater voor ongeveer 2000 man.

    Er staat voor de ingang een lange rij. Iedereen heeft een tuinstoel op zijn rug. Ook wij. We kennen inmiddels onze pappenheimers: bij openluchtconcerten nemen Amerikanen allemaal hun tuinstoel en koelboxen mee. Alleen blijkt onze tuinstoel te groot. De rest wist dat en heeft een klein stoeltje bij zich. Wij gaan zonder stoel naar binnen (en huren binnen uiteindelijk een stoeltje). Daar staan hoog bejaarde vrijwilligers druk met hun armen te zwaairen om iedereen in het openluchttheater een plekje in te laten nemen. Alleen  al de 80 jarige vrouw met kek speldje in haar dikke grijze haar, haar achterover hellend lichaam en haar komme reumahandjes die druk gebarend de bezoekersstroom in goede banen leidt, is de entreeprijs al waard.

    Het schuin oplopende grasveld is al bezaait met (witte, grijzende, kalende) Amerikanen op hun tuinstoelen. En dan gaan de koelboxen open: bier, salades, koude stukken rundvlees, cola, chips, popcorn, sandwiches, stukken koude kip, er komt van alles voorbij. Ze zijn goed voorbereid (wij niet net ons flesje water en rolletje King)

    Stipt om kwart over 7 stapt Lyle het podium op met zijn 14 man sterke band. Hij begint heel klein. Bijna fluisterend zingt hij zijn eerste nummer. Het publiek ontvangt het eerste nummer ovationeel. Hij gaat weer even het podium af en laat zijn band een flink stuk weg soleren. Dan komt hij opnieuw op met in zijn kielzog 3 zwarte (in geluid en kleur) gospelzangers. De avond vult zich met verhalen (Lyle kan een verhaal vertellen, is ongelofelijk innemend en heel grappig), gesprekjes met zijn bandleden en een gedurfde keuzes uit zijn repertoire. Natuurlijk eindigt hij met zijn "klappers" : Natural forces, If I had a boat en You're not from Texas.

    Lyle heeft het duidelijk naar zijn zin. Het vertelt dat hij voor het eerst sinds 3 jaar weer met zijn Large band live speelt vanwege Covid. Maar door Covid was het sindsdien nog nooit gelukt om de Large band kompleet te hebben. Er was altijd wel iemand die besmet was. Vanavond is de eerste keer dat de band weer helemaal compleet is. Feest.

    Een mooie avond met een nog mooiere stem (en we hebben hem te lang niet live gezien....onze laatste keer was in 2003...in Seattle)

    Om 10 uur rijden weg van de Gardens, op naar ons hotel. De regen valt weer met bakken uit de hemel. Een betaalbaar hotelletje vinden viel niet mee. Is uiteindelijk "Whitehaven boutique cottages" geworden, 80 kilometer verder. En zoals de naam al doet vermoeden....een shabby motel met rochelende buren, vochtplekken en een iets te luide koelkast. Met m'n rug tegen de muur en de benen languit op bed type ik de laatset woorden voor vandaag: T'was een mooie dag en dankzij de "natural forces" een nog mooier concert.

    Tot morgen.
    Read more

  • Lighthouses (Ryan Adams & the Cardinals)

    July 16, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 18 °C

    's Morgens werd nog duidelijker in welke vaag hotelletje we terecht waren gekomen. Zodra de buurman de douche aanzet of de toilet doorspoelt, klinkt het bij ons alsof er een vliegtuig op het geasfalteerde binnenplaatsje opstijgt.

    Het hele hotel lijkt te zijn gekocht door iemand die dacht: dat knap ik wel even op. Maar gaandeweg tot de ontdekking kwam dat hout, spijkers, wasbakjes en verf best duur zijn, dus toen alles maar half heeft gedaan.

    We steken 's morgens de straat over en lopen 500 meter van het hotel af. Daar zit The Homestead Bakery. Zo'n typisch Amerikaans eettentje, op een afgelegen stukje parkeerplaats in een pandje waar Saul (Better Call Saul) zijn kantoor zou kunnen hebben. Binnen staan in de ruimte een paar formica tafeltjes met glimmende ijzeren randen. Om de tafels een 4-tal goed stapelbare stoelen met skai-bekleding. Achterin een glazen counter met zoetigheid en brood.

    In de tweede ruimte zijn 15 typische booth's geplaatst. Heel leuk (not) in twee kleuren bruin, skai-leer. We zitten nog niet of onze mokken worden al volgeschonken met slappe koffie uit een kan. Twee jampotten vol ijs met water en een rietje. De menukaart is gestencild op dun blauw papier. Standaard repertoire: ontbijt-burrito, eggs (op vele manieren), hashbrowns, wafel met stroop en fruit, wafel met gefrituurde kip en stroop, cinnamonroll. De koffie wordt, net als het water, eindeloos aangevuld.

    We rijden langs de oostkustlijn van Lake Michigan naar het Noorden. We kiezen de kleinere backroads. Links af en toe het zicht op het Lake en rechts een voortdurend wisselend landschap: bossen, akkers met mais, moerasgebieden, zandduinen. Mooie victoriaanse huisjes en donkerrode afgebladderde boerenschuren. En om de 20 kilometer een leuk klein sfeervol havenstadje. Het begin van de dag is het verhaal van de gemiste kansen. Eerste stopje zou in Shelby zijn. Een kersenboer zou daar een doolhof van lavendel hebben staan met in het midden een enorme kruidentuin. En het is de bloeitijd van de lavendel. Wat een mazzel....ware het niet dat alle lavendel dit jaar is afgestorven. Dus wat restte was een landschap met zielig hoopjes grond. Dan maar door naar Penwater. Leuk stadje, met naar verluid een heel mooie vuurtoren...naar verluid....want de mist is inmiddels zo dik dat de vuurtoren onzichtbaar is geworden....gelukkig heeft Ludington ook een vuurtoren....en Manistee. We eindigen onze rit langs de kust in Frankfort.

    De dorpjes zijn allemaal mooi onderhouden, met grappig winkels, lekker koffiezaakjes, een mooi oud bioscoopje en in de regel nog wel een kapperszaakje uit 1960. Op zich lijken ze allemaal wat op elkaar, maar ook allemaal net anders genoeg om er even doorheen te struinen. Het waren allemaal redelijk welvarende haventjes omdat het gebied zo rijk aan bomen is en er dus veel houthandel was.

    En het aantal Nederlandse namen is opvallend hoog. Niet zo raar als je weet dat grote groepen Nederlandse gelovigen hier zijn neergestreken.

    Tot nog toe valt ons op dat het sfeertje in Noord Michigan lekker losjes is. Mensen lijken redelijk relaxed, hangen een beetje rond, drinken koffie, kletsen veel met elkaar.

    Van Frankfort rijden we terug naar Traverse City. Dit is onze laatste dag in dit gebied en morgen trekken we weg uit dit deel en gaan langzaam naar de Upper-Peninsula. Robbie blijft hier bij vrienden. Vandaag was ze al met een clubje vriendinnen een dagje  "Miss Som" doen. Die heeft het huis dus nu vol met jonge kwebbelende dames.

    Op het vliegveld moeten we onze huurauto voor de komende weken halen. Afgelopen week waren Joel en Susan van ons ruilhuis zo lief om hun Honda Accord aan ons uit te lenen, maar vanaf morgen moeten we het met een eigen wagen doen. Bij de balie op het vliegveld hebben we binnen 5 minuten de sleutels. Een blauwe Dodge zei de ietwat corpulente (met gevoel voor understatement geschreven) baliemedewerker. We hebben een Mitsubishi Mirage besteld. Kleiner is er niet. We zijn immers maar met z'n tweeën en de huurprijzen gaan deze dagen door het dak.

    Dus wij zoeken op de parkeerplaats naar een kleine Dodge. We zien niets wat er op lijkt. Totdat ik op de sleutel op openen druk en de lampen van een enorme Amerikaanse muscle car,  the Dodge Challenger aan flitsen. We schieten allebei heel hard in de lach. Die enorme race-pooier-trumpisten-aso-trailertrash-hoeren-bak is van ons. We gaan er in zitten en schieten nog een keer in de lach. Beetje Dukes of Hazzard voelen we ons. Maar wel heeeeeel Amerikaans. Nu nog een zandpad vinden en daar met achterlating van veel gravel en dust overheen scheuren........

    Voor ons laatste avondmaal in TC gaan we bij onze "overburen" Old Mission Taverne eten. Grappige zaak. De eigenlijke taverne is niet zo groot. Maar in het weekend zetten ze vanwege de drukte gewoon tafeltjes in de naastgelegen kunstgalerij. Dus tussen de honderden matige kunstwerken eten wij ons  bord vol spareribs gelakt met spicy rub en (hoe kan het ook anders) kersen. Zoals vaak in Amerika....lekker...maar net iets te veel.

    Nu het huis schoon maken en koffers pakken voor het volgende deel van de trip.

    Tot morgen
    Read more

  • Parking Lot Symphony (Trombone Shorty)

    July 17, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 23 °C

    Het ruilhuis opgeruimd en schoon achter laten. Dat is de laatste stap bij Huizenruilen. T'is ons weer goed bevallen. Prachtig huis, prachtige omgeving, lekkere auto en aardige eigenaren (die ons huis in Almere in onberispelijke staat hebben achtergelaten).

    Koffers in ruime bagegeklep onze pooiersloep gelegd en op naar de parkeerplaats bij de Target (een Blokker annex Hema in het kwadraat) bij de Shopping Mall. Daar wordt Robbie heengebracht door haar vriendinnen, om daar over te stappen in de auto van Logan, waar ze komende 4 weken gaat logeren. Wij moesten nog wel even haar enorme koffer afleveren op die plek. Dus wij staan daar op een kale lege plaat asfalt voor de Target.  Na 30 minuten wordt Robbie daar afgeleverd door een vriendin na een nachtje feesten in Charlevoix. Nog twintig minuten later komt Logan in zijn oude witte Mitsubishi aangescheurd. Schut ons the hand ("Nice to meet you, finaly"), koffers worden achterin zijn auto gezet. Wij doen nog een laatste knuffel (met Robbie) en laten haar daar achter met Logan. Over 4 weken zien we d'r weer...Da's gek....

    Wij geven gas, richting Mackinack City. Of om heel precies te zijn "Pure Paradise Resort" in Carp Lake. 230 kilometers naar het noorden.

    Rustig cruisen we met onze blauwe sloeriemobiel over de M31. 90 kilometer per uur is de max. Heuvelachtig landschap met wederom veel bos. We lunchen rond middaguur in "Garden Cafe". Een horecazaakje in een enorm tuincentrum in the middle of nowhere. De reeds bejaarde eigenaar, Don ( ze zeggen altijd netjes hun naam), zegt ons dat we zelf maar een tafeltje moeten zoeken. Hij is "understaffed" en zal zo bij ons langs komen. Na 10 minuten komt hij langs met de menukaart en ons bestek. "Sorry it took so long...... understaffed". Alle gegrilde menu-opties zijn er niet....want..."understaffed...so sorry". Hij beschrijft de soepen van de dag, waaronder een chicken-enchilada-soup. Hij brengt het water en de koffie. 10 minuten later komt hij de bestelling opnemen...."sorry, kept you waiting, understaffed". Ik bestel de chicken-enchilada-soup. "Oh sorry we are out of Chicken Enchilada soup....understaffed"...en zo gaat het nog een half uurtje door....bij elke stap.

    Achter ons zitten twee oudere sjieke dames. Wit hoedje op, grte zonnebril, handtasje op schoot met de handen er omheen gevouwen. Ze nemen de menukaart aandachtig doordoor en roepen de serveerster bij zich voor een culinaire ondervraging: wat zit er precies in de sla, is de komkommer vers, willen ze weten, welke soort chips worden er bij het broodje geserveerd, welke fruitsoorten zitten er in de fruitsalade, zit er ook spekjes bij de kipsalade, en zo gaat het maar door. De serveerster blijft rustig en geeft professioneel antwoord alsof ze bij een Michelin-3-sterren restaurant werkt. Aan de ander kant klaagt een vrouw over het gebrek aan kip in haar kipwrap, over 2 platgedrukte bosbessen in haar fruitsalade (I'll bring you 2 new ones, reageert de serveerster professioneel) en haar halflege glas water. Ik snap wel dat Don "understaffed" is...met dit publiek.

    Ik druk het gaspedaal van onze blauwe gangsterauto weer in en in de namiddag komen we aan bij "Pure Paradise Resort" in Carp Lake. 10 kleine blauwe motelkamertjes. Keurig onderhouden. Viooltjes op tafel, hanging baskets aan de veranda en roodgele bloempjes in de bloembalkjes voor het raam. Spelletje cornhole voor de deur en aan de overkant van de straat staat een schommelstoel aan het water en gratis kano's, waterfietsen, peddels en lifejackets. Ach Resort is misschien een beetje een groot woord voor het motel. Maar leuk is het wel en het ligt mooi nabij het grote meer. Het dorp heeft een General store, één bar en één restaurant. De keuze is reuze.

    We  rijden in de avond nog even naar Mackinack City, 8 kilometer verderop. Zoooooooo, wat een tacky commerciele  troep is dat. Het dorp is veranderd in één groot pretpark annex Batavia-stad, met uitsluitend snoepwinkels (waar de zoete geur al op straat het glazuur van je tanden haalt), zaakjes met Mackinack-t-shirts, -sweaters, -petten, -mokken en andere ongein en vage themarestauirant (haunted dinner, piratenschip, gangsterdiner....). En in de outletstore zelfs een heuse Trump-Army hoekje vol met Trumpvlaggen, MAGA-petten en Trump-stickers. In de uitverkoop, dat wel. Zegt misschien iets over het publiek dat dit stadje bezoekt.

    Het aantal Trumpstickers is op auto's hier sowieso een stuk lager dan bij voorgaande Amerika reizen. Of dat aan de streek ligt of aan de tijd, 'k weet het niet. Tot nu toe scoorde wij slechts één halvegare in een open jeep met een grote vlag op zijn auto met "I voted Trump, don't blame me"

    Op het einde van de hoofdstraat van Mackinack City zien we een klein snackbarretje met op het dak een enorme HotDog. T'is de grootse HotDog van de wereld (zeggen ze) en het zaakje heet "Wienerlicious". Nou bij zoveel smakeloosheid kunnen we niet achterblijven en besluiten daar dan maar een Hotdag met zuurkool als avondmaaltijd te nuttigen.

    Morgen gaan we naar Mackinack Island, het Vlieland van Amerika. Een soort waddeneiland waar auto's verboden zijn...en dat in de States.

    Tot morgen!
    Read more

  • Love Gravy (Isaac Hayes)

    July 19, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 25 °C

    We moeten het straks even over de Amerikaanse Gravy hebben.......straks.

    T is hier warm (nee niet zo heet zoals bij jullie) en benauwd. De hitte in Amerika is net zo prominent in het nieuws als de hitten in Nederland op Nederlandse Media. Wij zitten met in het streepje Amerika waar de hitte beperkt blijft toot ongeveer 28 graden. Door de klamme warmte een kort nachtje en heel vroeg op. Word je hier wel gelijk beloond met een ongelofelijk mooie lucht in de ochtend. Valt me toch al op dat de luchten hier in de ochtenden en avonden zo mooi rood zijn. Maar deze was prachtig door de mooie wolken en de lijnen van alle electriciteitskabels die door de lucht getrokken zijn.

    Na de pancakes met blauwe bessen en ahornsiroop uit het dorp trekken we de zware wandelschoenen aan en gaan het bos in. Er is hier werkelijk niets te doen aan toeristen. Overal is het heerlijk rustig, in de winkels zie je alleen locals en op de bospaden treffen we alleen 2 maal een paar iets te fitte, strak in de hippe sporkleding zittende, sportief gevormde Amerikanen, net terug van hun Jogrondje. Voor de rest komen we twee uur wandelend vrijwel niemand tegen. Als we terugkomen is zelfs de enorme parkeerplaats bij de start van de hike helemaal leeg.

    Voor de lunch gaan we naar ons dorp terug. Even kijken of daar iets te eten is. Rapid River bestaat eigenlijk uit 1 kruising. Er is een kerkje, een vereniging voor antieke snowmobielen, een brick& brack store, een gemeenschaps- annex gemeentehuis, een hardwarestore, een benzinepomp en  een kunstenaarsatelier die van oude metalen nieuwe kunstobjecten maakt. En er zijn drie cafés/restaurants. Daarvan staan er twee te koop. Dat leek ons niet bepaald een aanbeveling.

    Dus we stappen bij "Jacks" naar binnen (die staat niet te koop). Een lelijk bruinbakstenen pand met knalrode metalen dakbekleding, Een enorme lichtreclame op het dak met "Jacks Eat", twee uitgiftemachines van kranten naast de, een eigen sigartettendover bij de ingang en het rode neonsign "OPEN" in het raam met grauwwitte gordijntjes. Op het Whitebord in de hal zijn met gekleurde stiften en een scheef handschrift de specials van de dag geschreven.

    Houten dinerbooths met groene neplederen bekleding naast gelakte houten tafeltjes op een geblokte linoleum vloer. De boots zo dicht op elkaar geplaatst dat ik er met mijn lange stelten nauwelijks tussen pas. De lieve serveerster komt langs. Koffie wordt ingeschonken en ik bestel "Northern Eggs Bennedict". Eggs benedict is toch een knap staaltje culinair vakmanschap, met een gepocheerd ei en een hollandaisesaus op een lekker broodje. De beschrijving geeft aan dat het met Gravy zal worden geserveerd. Ook prima.

    En dan komt er iets dat alleen Amerikanen kunnen verzinnen. Er komt een bord met twee biscuits (soort Amerikaanse hartige versie van een scone), met 4 dikke platen gebakken ham/bacon, daarop twee knapperig gebakken omeletten (tot zover best smakelijk), maar daaroverheen is een laag van minimaal 5 centimeter papdikke, grauwcreme-kleurige lauwwarme saus (Gravy) geschept. Waardoor alle andere ingrediënten volledig verdwijnen. En die gravy (je zou denken jus, maar het is saus) is wel een dingetje hier in de VS. 

    Biscuits en Gravy is een geliefd ontbijtje hier. Een goede biscuit is zacht en 'flakerig' aan de binnenkant met een lichtelijk krokante buitenkant. Ze worden gemaakt van een combinatie van bloem, shortening, bakpoeder en melk. Het deeg wordt uitgerold en in cirkels gesneden, gebakken en warm geserveerd. Het flakerige ontstaan door minimaal te kneden en koude boter te gebruiken. Daarover wordt dus die dikke witte saus geschonken. Er is zelfs een officiële National Biscuits & Gravy Week. De GravY wordt gemaakt van de vulling van een worst, bloem, water en groentebouillon. Volgens mij is de enige reden dat het ooit groot is geworden geworteld in dat het snel en goedkoop vult. Was natuurlijk best belangrijk in het verleden.

    Maar nu verpest de gravy dus vooral het gebakken ei, de ham en het broodjes....daar proef je helemaal niks meer van. Maar ik zat wel propvol.

    Na de lunch een wandeling in een heel ander landschap: heerlijk lopen vanuit het bos naar de kust van Lake Michigan, waar een oude vuurtoren nu dienst doet als uitkijktoren voor toeristen.

    Met moeie voetjes langzaam via een slingerweg met mooi Amerikaanse boerderijtjes naar huis gereden.

    Kleine tussenstop bij de Dollar shop. Volgens de banner die naast de deur was gehangen: "Volledig opnieuw ingericht om u nog beter van dienst te kunnen zijn". Binnen is het een grote rotzooi van onuitgepakte karren, dozen en half lege stellingen. Er is bijna geen doorkomen aan. Maar we vinden onze cola, koffie en goedkope leesbrilletjes.

    Thuis op de enorme gasstove die in de keuken staat lekker Beans & Rice met smokend sausage gemaakt. Ook lekker.

    Tot morgen.
    Read more

  • Doors of heaven (Lucinda Williams)

    July 20, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 21 °C

    Kitch-iti-kipi....wat zeg je...we gaan naar Kitch-iti- kipi.....Spiegel van de hemel, volgens de Indianen.

    Strak 8 uur staan we bij de ingang van Kitch-iti-kipi. Nog twee stellen waren ook zo vroeg op. Kitch-iti-kipi is de grootste zoetwaterbron van Michigan. ‘T is een ovale poel van net 90 bij 50 meter en 12 meter diep. De bodem heeft de kleur van een Emerald-steen, diep groen.

    En onderin het meertje zie je op 12 meter diepte de aarde constant een beetje nieuw fris grondwater aan het meertje geven. Alsof het vers water uitademt. Bijzonder is dat ze eigenlijk niet weten waar het water vandaan komt. Ergens diep in de aarde loopt een waterstroom die hier door een barstje in de aardkorst omhoog komt. Op het meertje ligt een groot vlot. En met een simpele draaibeweging zet je het vlot zelf in beweging. In het midden van het vlot zit een groot gat waardoor je de bodem prachtig kunt zien (en de vissen natuurlijk). Maar de omgeving is bijna net zo mooi. Beetje mist op de het meertje, een strak wateroppervlak en de weerspiegeling van de bomen en de lucht in het emerald-groene water.  En het is vooral fijn dat er nog weinig mensen zijn.....zo lekker stil.

    We rijden door naar Pictured Rocks National Lakeshore. Nog een kleine 60 kilometer verder, aan de noordkust van de Upper-peninsula. De eerste 40 kilometer gaan nog over asfalt. Daarna houdt het asfalt op en worden het nog uitsluitend gravel-roads en zandwegen. Niet overal even goed onderhouden, dus onze BlueWing heeft wat hobbels te verduren gekregen. 

    Op de parkeerplaats van Pictured Rocks National Lakeshore staat maar 1 andere auto. Waarschijnlijk had de rest beter naar de weersvoorspellingen gekeken dan wij. Vanaf het moment dat wij gaan wandelen begint het te regenen. Eerst heel zacht, maar daarna steeds harder. En we moeten nog even want de kustlijn (en dus de Pictured Rocks) zijn nog 1,5 uur lopen verwijderd van de parkeerplaats. Gelukkig hebben we de pimpelpaarse-poncho's nog.  

    Eenmaal aangekomen bij de kustlijn is het weer aan de andere kant van het water (Canada) opgeklaard, waardoor we in de regen staan, maar toch een geweldig uitzicht hebben. We lopen nog een kilometer of 4 langs de rotskust om vervolgens weer via een andere route naar de auto terug te lopen. Opeens ruikt het heel erg naar uien (nee dat kwam niet door de beans van gisteren). Even later lopen we door een enorme weide van wilde uien (leuk weetje: Chicago komt van het inheemse woord "Shikaakwa"...precies; "wilde ui").

    Als we bij de auto komen stopt het met regenen.

    Op de weg terug is de gravelroad inmiddels veranderd in een lichtbruin klei- en modderpad. Onze Blauwe Engel ploegt zich een weg door de modder en aan het einde van de 20 kilometer modderweg is ons blauwe racemonster veranderd in een zandkleurige camouflagewagen.

    Nog een tussenstop in Munising om bij Driftwood een lekkere panini muffaletta met knoflookpretzels te eten in de zon op het terras.

    Terug kan ik bijna 50 kilometer lang de cruisecontrol van de auto aan laten staan. Een golfende weg brengt ons in 1 lange mooie rit naar huis.

    Voor het avondeten zijn we toch weer overgeleverd aan ons dorp. We stappen de "Rapid River Pub" dan maar binnen. Een bar annex eethuis voor de plaatselijk bevolking. Iedereen kent iedereen, zoveel is duidelijk. We lopen door de kroeg en nemen een tafel midden in de ruimte.

    Een bijzondere ruimte:  foto's van heldhaftige soldaten boven de bar, boven de nephouten lambrisering staat een 15 meter lange rij biljart- en dartprijzen, alle mannen aan de bar hebben een baard en dragen een versleten pet, boven het bijart hangt een nep-glas-in-lood-lamp met reclame voor Bud light, achter in de ruimte staan twee grijpmachines met verassingen-eieren en knuffels, statafels zijn  gemaakt van zwaar gelakte boomstammen, aan de muren hangen spiegels met reclames uit lang vervlogen tijden en nationalistische uitingen erop geprint, aan de wand hangt een trosje van 12 plastic vissen, de budweiserlamp boven de statafels met een kersttafereel er in gebouwd draait langzaam rondjes, het systeemplafond is grauw, grijs en smoezelig en mist her en der een (stukje) tegel, er ligt grijs tapijt vol vlekken in het bargedeelte en in het eetgedeelte is de vloer belegd met zeil met houtprint dat aan de zijkanten al lekker omhoog krult met daarop blauwe tape geplakt als afstandhouders voor het dartboard, de rockmuziek komt uit twee heel grote oude peaveyspeakers die op de grond staan.

    Snap je de sfeer een beetje? Bij de serveerster met pet en armen vol rommelige tatoeages bestellen we gefrituurde vis met friet (in een rood plastic mandje, uiteraard zonder bestek) en een burrito (gelukkig wel met bestek). Heel bescheiden.  De tafel van 6 achter ons bestelt 4 hamburgers, een burrito en twee dikke pizza's zo groot als een wagenwiel. Ze eten alles door elkaar en nemen de resten (zeker de helft) in dozen en zakken mee naar huis.

    Wij nemen nog een Gin uit Traverse City. Morgen rijden we door naar Bergland.

    Trusten en tot morgen.
    Read more

  • This road I'm on (Shelby Lynne)

    July 21, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 26 °C

    Vanmorgen vroeg de Blue Velvet met koffers volgeladen en een dot gas gegeven naar het noorden. Ons volgende huisje moet makkelijk te vinden zijn. We gaan 100 kilometer op de weg vanaf Rapid River, dan bij de kruising linksaf, 150 kilometer doorrijden en daar ligt ons volgende huisje. Het ligt 250 kilometer verder, maar ik hoef maar 1 keer linksaf te slaan. Makkelijker kan niet.

    'T 'is dus gas geven tot 90 kilometer per uur en cruisecontrol aan. Tot we zin hebben in koffie of een hapje eten, dan trap ik even op de rem. En de weg gaat nog steeds door heuvelachtig gebied en voortdurend door bossen, bossen en nog eens bossen Naarmate we Bergland naderen wordt het steeds heuvelachtiger. En de weg strekt zich steeds verder voor ons uit. Dat geeft soms ook het rare effect dat de weg in de verte door de hitte lijkt op te lossen. De weg verandert dan in een grote plas water, lijkt het.

    We stoppen even in Marquette. Een sfeervol havenstadje. En met een lekkere muffin-bakker "Babycakes". Marquette is "groot" geworden met ijzererts-handel. In het haventje ligt dan ook een enorm dok voor laden en lossen van erts. Het dok lijkt een soort enorme monsterlijke kerk.

    Na de muffin en de koffie rijden we door. Rustig (nu zowaar 105 kilometer per uur) door bossen, langs meren, langs akkers en de lange weg voor ons.

    Vlak na Marquette stoppen we nog even bij een verzameling rommelige gebouwtjes die zichzelf afficheren met "Da Yoopers Tourist Trap". Ik vind het een goeie naam. Het is een verzameling oude voertuigen en rommel die omgebouwd zijn tot nutteloze gebruiksvoorwerpen: een fiets als sneeuwschuiver, een oude auto tot loveseat, een vrachtwagen tot grasmaaier. De gebouwtjes zijn tacky souvenirswinkeltjes en een winkeltje voor bergstenen. Grappig is dat als de telefoon in de souvenirshop over gaat, de cassiere opneemt met "Hello, the Tourist trap!".

    Rond lunchtijd rijden we langs "Hardwood Steakhouse". Omdat er 40 kilometer voor en 40 kilometer na dit punt geen andere eetgelegenheid meer zit, zetten we onze Blue Thunder daar op de parkeerplaats en lopen naar binnen. Een enorme blank houten blokhut met een zee aan ruimte binnen. Aan één tafel zit een familie van 8 stil te wachten op hun eten. Rest van het restaurant is leeg. Bediening is afwezig. Paar minuutjes later komt de serveerster. Menukaart en bestek wordt uitgedeeld en drinken wordt opgenomen. We bestellen een soepje en een quesedilla. Simpel zou je zeggen....Dan verdwijnt de serveerster en kan het lange wachten beginnen...we horen wel gerommel in de keuken maar er lijkt niet veel uit de keuken te komen. De familie van 8 blijft stil wachten. Na 30 minuten horen we frituur bruisen en lijkt er wat te gebeuren. De familie van 8 krijgt zijn eten, eet er hooguit 10 minuten van en verlaat dan het restaurant. Wij krijgen na 45 munten ons eten. Best lekker, niks mis mee. Erica vraagt om de rekening. Die komt binnen 10 tellen. Erica legt de creditcard bij de bon om af te rekenen en weer is de serveerster nergens te bekennen. We leggen 20 dollar neer en lopen het pand uit. Niemand meer gezien of gehoord.

    We komen rond 3 uur Bergland binnen en rijden per ongeluk ons huisje voorbij. Even keren en we zetten de Big Blue Wagon op het grasveldje naast het huisje. 'T is wel het tegenovergestelde van ons huisje in Rapid River. Dat was modern, fris en net opgeknapt. Dit huisje lijkt meer op "het oude huis van opa en nu hij dood is verhuren we het aan toeristen". Alles is oud, bruin nep-eiken, vergaan en vergeeld (en moet nodig worden opgeknapt). Ook wel weer leuk...maar anders (en veeeeeel goedkoper).

    De buurman links staat zich er op voor militair te zijn geweest getuige de enorme vlaggen met "Marine" en " Army" in zijn voortuin. De andere buurman heeft boven zijn garage een bod hangen met "Assholes Garage". Dus....

    We doen een biertje in het enige cafe (annex eethuis) van het dorp "Bergland Bay Bar". "Bergland" vanwege het dorp, "Bay" omdat er aan het einde van de straat een enorm meer ligt. Van buiten een bruinig pandje met boven de deur een groot neon-sign met de naam er op, van binnen een donker ongezellig hol. En naast dat dit het cafe van het dorp is, staan achter in het eetgedeelte ook nog een pin machine, een biljart en twee wasmachines. Heel gezellig als je lekker zit te eten en je buurman komt zijn wollen sokken met gaten, grote witte onderbroeken en de door-zijn-moeder-gebreide hansopjes even door de wasmachine halen.

    Aan de bar zitten twee stamgasten voorovergebogen naar hun glas te kijken. Ze zeggen niks en zitten daar alsof ze al heel lang niks zeggen. Het lokaal gebrouwen bier smaakt weer prima.

    Op het ouderwetse geëmailleerde fornuis met warmtespiralen in ons bejaardenhuisje pruts ik een Gumbo met worst en rijst in elkaar. Ook lekker.

    Morgen gaan we de bergen in, The Porcupine Mountains.

    Tot morgen.
    Read more

  • The Ecchoing Green (Martha Redbone)

    July 22, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 23 °C

    Na een moeilijke nacht met veel hitte en veel muggen (en een klein bed, helpt ook niet) toch redelijk vroeg uit de veren.

    General Blue (neef van.....) weer gestart en 30 kilometer noordwaarts naar de kust van Lake Superior gereden, aan de grens met Canada. Daar ligt Porcupine Mountains Wilderness State Park. Het grootste Statepark van Michigan. En het woord "Wilderness" zit er in omdat de natuur hier zijn gang kan gaan, er veel wilde beesten leven (niks van gezien trouwens) en het water hier bij tijden flink kan huishouden.

    Wilderness zijn valt natuurlijk niet altijd mee als er (te) veel bezoek komt. Volgens de Ranger van het park, die ons weer enthousiast vertelt waar we moeten gaan hiken en wat er allemaal leuk is in het park, had COVID het park dan ook geen goed gedaan. Iedereen wilde naar buiten: op naar de parken!! Daardoor had het soms meer geleken op een snelweg dan op een Wilderness. Dus hij was er wel blij mee dat afgelopen 2 jaar iedereen die Porcupine Mountains Wilderness State Park wilde zien het had gezien en dat de benzineprijs zo hoog is dat mensen niet meer ver kunnen reizen. Nu was het extreem rustig. Da's voor ons ook fijn. Het worden al met al flinke hikes die we vandaag gaan doen. Totaal zo'n kleine 20 kilometers. Bergje op, bergje af.

    Maar wel heel mooie kilometers. Kilometers over de ruggen van de oude vulkanen, met uitzicht op Lake of the Clouds (Michigans meest gefotografeerde meer en ik heb er gewoon weer aan meegedaan), langs mooie watervallen (nu natuurlijk niet supergroot met wel idyllisch), maar ook langs oude kopermijnen. Want dat was het oorspronkelijke doel van de Amerikanen om in en op Porcupine Mountain te gaan wonen. Koper delven. Hadden de Indianen al bedacht, maar de wit-mens heeft het daarna helemaal leeggeroofd. Her en der zijn nog sporen van mijnen te vinden. En het water kleurt af en toe behoorlijk rood door de koper die in de grond zit.

    Maar mooi is het en groen....heel veel groen......alles staat vol in het blad.

    En het valt op, het is inderdaad betrekkelijk rustig op de route. Pas tegen de middag komen we al lopend regelmatig medewandelaars tegen. Klein groetje, knikje , how're you doin', is voldoende.

    Dat viel ons deze reis ineens op. Amerikanen in het noorden zijn veel rustiger en minder "opdringerig" dan aan de kusten en in het zuiden. Niet dat Amerikanen vervelend "opdringerig" zijn, maar ze willen je nog wel eens de oren van de kop vragen: waar kom je vandaan, waar reis je heen, wat vind je van dit, wat vind je van dat? En tot nu toe heeft niemand iets aan ons gevraagd. Ze laten ons lekker ons gang gaan en zij gaan hun gang. Beetje de Groningers van Amerika, zeg maar.

    Zelfs mijn prachtige supersnelle Blue Bird doet geen vragen rijzen....behalve....bij de eigenaar van ons huurhuisje. Vanmorgen waren er wat kleine probleempjes (slot en wifi). Die had ik even in een vraag gemaild aan de eigenaresse. Niet wetende dat zij naast het huisje wonen (the asshole garage van gisteren). Dus vanmorgen, vlak voor ons vertrek naar het park komt de eigenaresse in haar donkerblauwe badstoffen badjas met iets te veel pluizen en haken, op blote voeten het grasveld op waggelen om te helpen.

    De man des huizes staat er achter te kijken hoe zijn vrouw dat gaat oplossen. Dik in de 60, bierbuik, korte joggingboek met verfvlekken aan, grijs verwassen t-shirt net over zijn buik heen en bruine veiligheidsschoenen met de veters nog los, zonder sokken: "You got yourself quite a car....mister....and a long ride" (hij zag het Texas-nummerbord op de wagen en veronderstelde dat ik uit Texas was komen rijden). Het slot is weer gerepareerd.

    Tot morgen.
    Read more

  • I was an eagle (Laura Marling)

    July 23, 2022 in the United States ⋅ ☁️ 26 °C

    De Blue Velvet brengt ons nog één keer naar de Porcupine Mountains. Voor een volgende dag-hike. Iets korter dan gisteren, maar wel veel klimmen. Startend met een flinke klim naar het hoogste punt van de Porcupine Mountain, de Summit Peak. 200 feet (600 meter) boven zeeniveau met een prachtig uitzicht over het hele park. Gelukkig is het nog helder weer. Er zou volgens de weerskanalen storm op komst zijn. We kunnen mijlen ver kijken. En we zijn (weer) de enige, lijkt het, die het park bezoeken. Zelfs op zaterdag is het hier super rustig.

    Dan daalt de trail hard af naar het laaggelegen moerasgebied. We waren gewaarschuwd. Veel muggen......heel veel muggen. Overal muggen. K*t muggen. Erica heeft van de huiseigenaar als voorzorg al een soort van (roze)imker-mutsje meegekregen en we hebben ons helemaal volgespoten met deet. Maar ze blijven in grote hoeveelheden om onze oren zoemen. Gek wordt je ervan.Met name de delen waar geen deet gespoten kan worden zijn erg in trek. Ze vliegen in mijn oren, in m'n ogen en m'n neusgaten. Wapperend met onze handen en om ons heen slaand wanen we ons een weg door de Amerikaanse jungle. Uiteindelijk stop ik zoveel mogelijk gaten vol het papieren zakdoekjes. Dus daar lopen Peppi en Kokki, de een met een roze imkermutsje op, de andere met witte stukken papier bungelend uit zijn gezichtsgaten. En goed op de grond blijven kijken dat je geen felgroene kikkers doodtrapt.

    Na 20 minuten lopen komen we in droog gebied en nemen de muggen af. Mutsje blijft op, papier kan uit de gaten. 10 kilometer later hebben we de eerste ronde volmaakt. Prachtige afwisseling van bos, bergen, rotsen, meertjes en moeras. En we komen slechts 2 mensen tegen, ver van de bewoonde wereld. Een sombere jonge kampeerder met donkere vlekken om zijn ogen voorovergebogen depressief sjokkend naar zijn trekkers-tentje (type: geef hem 'n gun en een school en hij haalt de krant....zo leek het) en een hyper vrolijke visser die stond te genieten van zijn fantastische visstek en de kleine forel die hij zojuist had gevangen ("look....what a beautiful beautiful fish).

    In het hele park is geen enkele horecavoorziening. Mag niet. Natuur is natuur en daar horen geen commerciële activiteiten bij. Ze kunnen wel consequent zijn, die Amerikanen. Dus we moeten het hiken even onderbreken en naar een horecagelegenheid op zoek. "Paul's Restaurant" is één van de weinige eetgelegenheden die we tegen komen, net buiten het park. Binnen in de grote eetzaal is het muisstil. Soort van conferentieruimte met net iets te weinig tafels om het gezellig te maken. Wel een mooi uitzicht op een strand en het meer. We bestellen een broodje, uiteraard met friet en uienringen. Smaakt lang niet gek: bruinbrood met coleslaw en cornedbeef (of zoals wij vroeger thuis zeiden kornètbief. Kregen we af en toe op zaterdag als m'n moeder niet kookte, maar een luxe broodmaaltijd met soep klaar maakte. Met broodjes van de warme bakker Godschalk, kaas van de kaasboer, Russische bramenjam van de markt, een ei en lekker vleeswaren).

    Na de maaltijd zakken we weer af in het park voor onze laatste ronde. 6 kilometer van de weg, door het bos langs de kust via the Cotton en Speakers Cabin, terug het bos in. Weer anders en weer prachtig. Terwijl ik met m'n sokken uit m'n voeten sta te koelen in Lake Superior, vliegt vlak boven ons heeft een enorme eagle (adelaar) statig over. Toch hèt symbool van de States. Toch leuk.

    We sturen Blue Betty voor een kleine omweg naar Wakefield. Een slaperig dorpje met een paar "Soon Trump" posters, een meertje, een rommelige supermarkt en weer een onvervalste General Store. Nu eentje die naast ijs en koffie ook t-shirts verkoopt, een enorme collectie aan cannabisboeken heeft staan (hoe verzorg ik cannabis, hoe bak ik met cannabis, waar is het allemaal goed voor), een groot rek wilde rijst in de aanbieding heeft, eigen gemaakte jam verkoopt, keukenprullaria in overvloed heeft en helemaal achter in de winkel een heuse kerstafdeling al klaar heeft.

    Terwijl we op de porch van de General Store op de rode/wit/blauwe adirondak stoelen ons ijsje en koffie nuttigen, komt in een slakkentempo een mat uitgeslagen rode Chevrolet Camaro voorbijrijden, met op de voorkant de Confedrate Flag. Als de auto recht is ons gezichtsveld komt zien we net boven het portierraampje het hoofdje van een klein vrouwtje met witgrijze krullen (type Sophia Petrillo uit Golden Girls) met in haar mondhoek een sigaret. Wie schieten in de lach.

    Via de randen van Lake Gogebic rijden we terug naar ons dorp, Bergland.

    Naast ons blauwe huisje staat een grote oude high school. In totaal vervallen staat. Op de deur de officiële aankondiging gespijkers dat het pand niet langer geschikt is voor mensen. Kon het niet laten er toch een blik naar binnen te werpen. Op één of ander manier trekken dat soort Abandoned Places me wel. Als was het maar voor een foto.

    Het avondeten schiet er een beetje bij in. Dus met een bak vol crackers, een blik Cambell Soup (Royal Mushroom) en een artisjokdip komen wij de avond door.

    Morgen onze langste rit deze reis. 470 kilometer in 1 dag, dwars door Noord-West Michigan en Noord Wisconsin met als einddoel Madison, waar we weer vier dagen een ruilhuis hebben.

    Tot morgen.
    Read more

  • Room at the top (Tom Petty)

    July 24, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 24 °C

    De kofferbak van Speedy Dory weer volgeladen en de deur van "49910 Bergland US" achter ons dicht gedaan. De eerste 100 kilometer rijden we door bossen en langs ongelofelijk veel meren en meertjes. Het gaat niet snel, maar mooi is het wel. En wat veel bos. Ergens snap ik wel dat deze mensen denken: wat nou, het gaat niet goed met de natuuur...kijk eens om je heen....

    Dan wordt het langzaam drukker, de wegen wat breder en de snelheid gaat omhoog. Rond de weg wordt het ook steeds eentoniger: industrieterreintjes met supermarkten, McDonalds, Starbucks en andere ketens.

    Al bij de start van de 450 kilometer in Bergland draait Erica de radio op de Tom Petty Radio Station. Een radiostation met alleen maar muziek van Tom Petty (en alles wat er verwantschap mee heeft). De hele 450 kilometer begeleidt Tom ons met zijn muziek. Zijn catalogus is groot genoeg om tijdens de hele rit ons van andere deuntjes te voorzien. En dan blijkt maar weer hoe goed de muziek van Tom Petty past in dit landschap. Het ritme, de cadans en de teksten van de nummers sluiten naadloos aan bij de wegen en de omgeving. Amerikaanser wordt het niet

    Naast dat het landschap van "kleur" verandert als we de steden als Madison (maar ook Milwakee en Chicago) naderen, valt ook op dat politieke uitingen veranderen. Waar in het rurale gebied de Trump-posters nog welig tieren, is het hier in stedelijk gebied voornamelijk regenboogvlaggen en "Black Lives Matter" posters die domineren.

    Wat blijft is de eeuwige Amrikaanse vlag die bijna aan elke lantarenpaal en voorgevel wappert.

    In Merill doen we een koekje en een koffie bij Tante Ray's Koffiehuis. Uurtje later doen we een tussenstop in Westfield, bij een Amish Shop. Amish die op de dag des herens overigens gewoon werken, blijkbaar...handel is handel.

    Vroeger dan verwacht komen we aan in Madison. Waarom eigenlijk Madison? Eigenlijk toeval.

    Bonnie Raitt treedt hier aanstaande dinsdagavond op in het theater
    we konden via de huizenruilsite waarop wij al jaren ons huis voor ruil aanbieden, gratis 4 overnachtingen krijgen in deze stad.
    1+1=2.

    En dan zeggen de reisboeken ook nog dat Madison een aangename stad is en zelfs gerankt is als één van de aangenaamste steden van Amerika om in te leven.

    We rijden eerst naar een kleine boerenmarkt op de parkeerplaats van de highschool in Madison, vlak bij ons vakantieadres.. 25 kraampjes van (voornamelijk Mexicaanse) plaatselijke boertjes en fabrikanten van groente, fruit, brood, gebak, snacks en bloemen. De eerste kraam is gelijk raak: een Mexicaans gezin met grote pannen vol tamales. Dus snel in de rij met druk kwekkende Amerikanen (die dan, als ze eindelijk aan de beurt zijn, nog steeds niet beslist hebben wat ze willen en zich tijdens de bereiding van de bestelling nog vier keer bedenken). Lekker met ons kont op het grasveldje van de Highschool de tamales op zitten peuzelen.....vette vingers en vette bek.

    Ons vakantieverblijf is klaar, krijgen we op de app te horen. In een schattige typisch Amerikaanse wijk ligt ons appartement. De straten in deze wijk zijn lommerrijk door de grote oude bomen en staat vol met vrijstaande (voornamelijk houten) huisjes in Victoriaanse stijl. Allemaal met een veranda erbij, met daarop natuurlijk de onvermijdelijke schommelstoel. Ons appartement zit boven in zo'n victoriaans huis. Een eigen ingang met drie verdiepingen aan trappen brengt ons in de toppen van de nabijgelegen bomen. Dat is ons uitzicht. Heerlijke plek. Huiskamertje, keukentje en slaapkamer. En een koelkast vol lekkers, gekregen van de eigenaresse.

    Onze eigen complottheorie is trouwens dat Willem Alexander hier in de straat ook een huisje heeft. Want? Nou eerder vandaag reden er wel 10 politieauto's met loeiende sirenes door de straat om een geblindeerde zwarte limousine te begeleiden....en hoe denk je dat de straat heet waar ons huis aan staat....precies...

    Need I say more (ik denk dat hij hier de 1115 vermiste kinderen verstopt in opdracht van Bill Gates)

    Koffer naar boven gesjouwd en daarna de straat uitgelopen, naar een park met een strand, een gratis dierentuin (geen beest te zien, veel te warm), en heel veel watersport. Het park zit vol met grote families die gezamenlijk in het park komen Bbq-en en eten. Enorme koelboxen, grote BBQ's en zakken vol broden. En veel geschreeuw en lol.

    We halen wat te eten bij Trader Joe's, een keten van "verantwoorde" supermarkten. Wijntje erbij, zo zitten we aan ons kleine eettafeltje in de boomtoppen onze Indiase curry van Joe op te peuzelen.

    Nu moe van het lange rijden, morgen de stad in.

    Tot morgen.
    Read more

  • Sittin on the dock of the bay (Otis Redd

    July 25, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 19 °C

    Vandaag Madison in, lopend. De route zou uiteindelijk een kilometer of twintig worden. Het is nog vroeg en Madison is nog stil en verlaten op maandagochtend. Langs het enorme stadion van het college football team the Wisconsin Badgers (= Dassen) lopen we naar het noorden. De "Dassen" is de bijnaam van de mensen in Madison omdat ze 200 honderd jaar geleden zo arm waren dat ze geen huis konden bouwen, dus woonden ze in de mijnen met de schachten als hun woonkamers. Mensen vergeleken ze daarom met dassen in hun dassenburcht. Je komt de das nu zelfs op officiële plekken, zoals in de State-Capitol, als symbool tegen.

    We lopen het laatste stukje van State Street in, richting het Capitool. Stare street zou hét straatje van Madison zijn, maar het is er stil, verlaten en leeg. We lopen op de Capitol af. Het wordt omringd door saaie overheidskantoren en her en der een authentiek straatje met wat cafeetjes. Het doet wat zielloos aan.

    Zoals in elke hoofdstad van een staat in Amerika is er veel aandacht besteed aan het parlementsgebouw. In Madison staat het er al lang, het is namelijk 1 van de eerste gebouwen van de stad. De stad die nog niet eens bestond. Het Capitol staat op een heuvel en de stad is hier zo smal dat staand op die heuvel je zowel in het noorden als in het zuiden de twee aangrenzende meren kunt zien (en bijna voelen). Grappig is wel dat er destijds een regel is gemaakt dat in Madison het Capitol het hoogste gebouw zou worden (leek toen nog logisch vanuit de stand der bouwkunst), en die regel handhaven ze nog steeds. Dus nergens in Madison is een flat of kantoor hoger dan het hoogste puntje van het Capitol.

    Het Capitool binnengaan is geen probleem. We kunnen rustig naar binnen lopen, niemand die ons controleert of iets vraagt. Eerlijk gezegd, we hebben het op straat aan een officer gevraagd of het mocht. Hij reageerde enigszins verbaasd: "Sure, go in". We kunnen (bijna) alle ruimtes naar binnen, de "1e en 2e kamer' bekijken, langs de kamers van de senaatsleden lopen, de kamercommisieruimte bezoeken en tot de bovenste verdieping van het Capitol klimmen. Al met al één bewaker gezien. Dus blijkbaar is hier geen angst voor agressieve Trumpeteers of boze boeren. Het gebouw is met veel allure en glamour aangekleed. Mag wat kosten, democratie.

    We lopen richting Lake Monona. Op het dakterras van Frank Lloyd Wright's "Monona Convention Center" hebben we een prachtig uitzicht over het meer. Het dakterras is mooi maar volstrekt verlaten. Alle horeca heeft het er opgegeven en her en der zit nog een Amerikaan met oortjes in, zijn koffie uit een plastic beker te drinken.

    Beneden langs de waterkant ligt een bronzen plaquette met de naam van Otis Redding, de mooiste soulstem uit de geschiedenis van de popmuziek. In 1967 zou hij 's avonds een concert geven in Madison. De rij voor de club waar hij zou optreden, net achter State Street, begon zich al te vormen. Het was slecht weer en mistig. De piloot van het vliegtuig (wat hij kocht van James Brown) met Otis en zijn band schat de plek van de landingsbaan verkeerd in en stort in het Monona Lake. Alleen de trompetist overleefde de crash. En zo komt er een einde aan een net startende soulcarriere van Otis (47), die dan dood is. Een jaar later scoort Otis zijn eerste nummer 1 hit in de "witte" charts met "Sittin on the Dock of the Bay". Een zwarte in de witte charts, dat was een dingetje, toen. Volgens mij had alleen Aretha dat nog maar geflkt.

    Wij zitten nu even op het Dock van de Bay waar hij ter aarde stortte.

    We lopen terug naar State Street en lopen deze helemaal af richting de Universiteits-Campus. En elke meter die we dichter bij de campus komen, neemt de gezelligheid toe, worden de winkeltjes leuker en aparter en wordt het drukker. Op het Centrale Universiteitsplein, dat omringd wordt door enorme gebouwen in oude Engels stijl en Grieks-Romeinse paleizen, staat een keur aan foodtrucks en zit iedereen lekker in het gras en op de bankjes met een plastic bakje met eten op schoot. Wij nemen een Peruviaanse kip en een Koreaanse Bbq tortilla.

    Nog 500 meter verder ligt aan het andere meer, Lake Mendota, een enorme terras met een enorme foodcourt, bootverhuur, zonneweide en honderden gekleurde tafeltjes en stoeltjes. Daar is de gezelligheid. We nemen een scoop ijs.

    Na 20 kilometer sjouwen nemen we een kleine break in ons appartementje om 's avonds in het Library-cafe bij de Universiteit nog een hamburger, gefrituurde kaas (specialiteit van hier) en een lekker Amerikaans zomerbiertje (Voodoo Ranger) te nuttigen.

    Moeie voetjes nu......

    Tot morgen
    Read more

  • Thing called love (Bonnie Raitt)

    July 26, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 21 °C

    Ze is de Koningin van de slidegitaar, koningin van de cover, koningin van de stem met een randje, koningin van de blues, koningin van de fingerpicking, koningin van de Fender Strat, koningin van het grijze lokje, koningin van de ballad, ze heerst als een koningin...maar da's hoe de dag eindigde. We begonnen wat sportiever.

    Op de fiets (kun je hier gewoon op straat uit een stalling halen/huren) maken we en rondje Madison. Letterlijk rijden we een rondje om Madison en de meren. Mooie aangelegde fietsroute, keurig aangegeven en aangelegd. Door veel buurtjes aan de rand van Madison, het centrum en parken er omheen. Oké, 45 kilometer is een behoorlijk eind, maar met een beetje trapondersteuning is dat geen moeite.

    Het valt op dat Madison moeite heeft met "Amerika". Niet zozeer met Amerika en waar het land als grondbeginsel voor staat, maar het Amerika waar het heen gaat. Echter honderden bordjes in tuinen, voor ramen en boven ingangen van "Black Lives Matter". Opvallend omdat ons nou juist opviel dat we nauwelijks een zwarte Madisonaar zijn tegen gekomen (los van een paar zwervers). Maar blijkbaar staat het ook nog voor iets anders, namelijk het gevoel van gelijkheid en vooral dreigende ongelijkheid. Dat blijkt ook wel uit de 10 tallen regenboogvlaggen, bordjes voor vrije keuze van abortus en het milieu die we onderweg aan huizen en in tuinen tegenkomen. Ja er ons sprake van liefde voor Amerika, maar niet zozeer voor het Amerika waar het nu langzaam heen glijdt. En het gevoel dat positieve gevoel te uiten is hier groot. Dat kan in je tuin, voor je raam, bij de ingang van de makelaarskantoor, in je supermarkt, in het cafe of (zoals vanavond) op het toneel (Bonnie was nogal uitgesproken). Ik heb meer borden voor Black lives Matter geteld, dan Amerikaanse vlaggen. En zoals zo vaak, alles wat hier gebeurt, gebeurt vijf jaar later bij ons.....je kan het van ver zien aankomen. FVD, BBB, PVV, Ja21.....t'is allemaal precies wat hier de samenleving een hele nare kant op stuurt. En ook wij doen maar net of het allemaal normaal is en erbij hoort. Maar hier hebben ze besloten dat hun liefde voor hun vrijheid en Amerika groter is en dat ze het er niet bij laten zitten. Geeft een fijne vibe als je zo door de stad fietst.

    Na een visje gebakken te hebben van een prachtige visboer om de hoek met superverse vis, fietsen we naar het Overture Center for the Arts. een soort van Vredenburg, maar dan in Madison. Veel kunst, cultuur, concertzalen, etc.

    In de Overture Hall (de grote zaal) passen 2255 mensen. En die zijn er ook. Stijf uitverkocht tot de laatste stoel (behalve die naast mij). Enorm hoge halfronde zaal met een enorm toneel. Lijkt qua vorm  een beetje op Carré, zo hoog en stijl. Strikt om half 8 begint Mavis Staples. 83 jaar oud en ooit onderdeel van de Stapel Singers. Maar nu solo. Wat een charme. Binnen twee tellen pakt ze de hele zaal in. Met een waanzinnige lekker country/blues/gospeltrio (Rick Holmstrom op gitaar, check die man, zo lekker). Met een heerlijke rauwe strot, heel veel soul, beetje kortademig, maar met ondersteuning van 2 achtergronzangerssen leidt ze ons een uur lang door heerlijk country/gospel/blues. Was dit het enige wat we die avond zouden zien, dan was het het geld al waard. De zaal gaat uit z'n plaat ("losen you seatbelts"). En dat kunnen Amerikanen als geen ander: in één keer opstaan en volle bak applause geven.

    Na 20 minute pauze, lichten gaan uit en Bonnie Raitt and Band komen op. Goed gemutst als altijd steekt ze haar hand op, hangt de Fender Stratocaster om haar nek, telt af en gaat. Alle 2255 man gaan staan (behalve die heeeeeel dikke man die onderuit in zijn stoel ligt,  om nog te passen), juichen en slaan hun handen stuk.. Bonnie trakteer ons op een heel mooie setlist van anderhalf uur. Nieuw werk, oud werk, bijzonder werk, werk wat we al lang niet live van haar gehoord hebben. Ze vertelt verhalen, maakt grappen, speelt met de zaal en laat foutjes zien. Deze dame heeft het heel erg naar haar zin "on stage", stevig werk, kwetsbaar werk, bluesywerk, swingend werk.En dan die stem. Alle noten raak (in toon en zeggingskracht). Breekbaar als het moet, fel als het kan. En dan nog niet eens gesproken over haar gitaarspel. Het gemak waar mee ze, na 50 jaar ervaring, haar slide over de hals beweegt, verraad nauwelijks hoe moeilijk dat is. Zij doet het allemaal heel terloops, maar het is van een prachtige preciezie en smaak. Ik zeg; één van de beste bluesgitaristen ter wereld. Wat een vrouw is dit zeg....thing called love....

    Bijna aan het eind van de avond vertelt ze over het verlies van haar dierbare vriend zanger/componist John Prine tijdens de Covid (en ook door Covid). Zijn nummer "Angels of Montgomery" zet ze in, wellicht wel voor de 10.000e keer. Maar het klonk nu anders, dieper, moeilijker en emotioneler. Op het einde van het nummer breekt ze en de zaal staat als 1 man op om haar door de laatste noten van het nummer te loodsen. Die trekt ze er uit in een vertragend einde van het nummer. Bij Bonnie liep een druppel uit de neus ("not really ladylike"), maar bij ons was dat niet anders. Bah, wat mooi.

    Nog een even mooie als breekbare "I can't make you love me" als nagerecht en de avond is geslaagd. Deze dame heerst. Al meer dan 50 jaar staat ze op toneel (haar laatste gitarist had er de brui aan gegeven die kon het vele touren met Bonnie niet meer trekken), ze weet precies wat ze doet, waar en hoe. En toch....toch klinkt het alsof ze weer verbaasd is dat ze mensen zo raakt. Heldin.

    Dus, mooie avond, bestemming Madison geslaagd.

    Tot Morgen

    Thing called Love
    Read more

  • SiIdewalk of the city (Lucinda Williams)

    July 27, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 22 °C

    Soms reis je door Amerika en kom je in een plaatsje waarbij je denkt: wat is hier gebeurd? Vandaag maakten we, na een rondje wandelen door de stad, een auto-tourtje door de omgeving en hadden even weer zo'n momentje van verbazing.

    Het rondje ochtend-wandelen in Madison was lekker, maar een beetje warm. 28 graden, maar het broeit. Om een soort van doel te hebben, kiezen we de Farmersmarkt bij het Capitol als einddoel. De Farmersmarkt van Madison op zaterdag is beroemd omdat het de grootste boerenmarkt van de VS is. Een Farmersmarkt is ook echt een boerenmarkt. Dus allemaal kleine boertjes uit de omgeving die met hun zelf verbouwde of gemaakte producten op de markt staan. Direct van het land/producent dus...misschien een ideetje voor boeren in Nederland (om maar eens een positieve duit in het zakje te doen). Alleen is de woensdagmarkt wel een veel kleinere versie. Kraampje of 20. Met name Mexicanen, met keurig uitgestapelde en opgepoetste groenten. Opvallend veel bloemen en.....boerenkool. Toch leuk.

    Rond het Capitool wordt alles in gereedheid gebracht voor de uitkomsten van de verkiezingen. Witte klapstoeltjes worden in rijen zet, speakers en microfoons worden opgesteld en banners worden aan de gevel bevestigd. Welke verkiezingen wordt mij niet helemaal duidelijk.

    Leuk is dat er dagelijks groepjes kleine schoolkinderen lopen voor een bezoekje aan het Capitool. Democratie is hier een echt onderdeel van school. De kleine mannetje en vrouwtje dragen allemaal een cowboy/boeren-zakdoek om hun nek (nee dit is niet steun uit onverwachte hoek voor NL-boeren wat Thierry, Caroline of Eva daar ook over zeggen) met daarop het logo van het kinderdagverblijf genaaid.

    In de winkels in het centrum gaan we op zoek naar een leuk kaartje voor de eigenaren van het huisje, maar komen in winkels vol met prullaria bedoeld om Biden en consorten te steunen. Stickers met Kamala, plaatsjes van Obama, shirts met afbeelding van Ruth Bader Ginsburg, zeepjes in de vorm van Michelle, veel pro-keuze leuzen en plaagstootjes naar de Republikeinen.

    Op de terugweg lopen we nog langs het Badgers-football-stadion. Tot nu toe hermetisch gesloten wegens verbouwingen en reces. We zien een schoolklas uit een gele schoolbus stappen en achter hun begeleider aan het stadion in lopen. Wij besluiten aan te sluiten en het stadion in te lopen. Kon ik mooi even het veld op om een plaatje te schieten (best groot stadion voor een collegeteam) en scoor nog even een pet en een shirt van het basketbalteam. Als we teruglopen komen we langs de enorme Wall of Fame en twee enorme standbeelden van spelers. Helden vereren kunnen ze hier wel.

    Maar goed, na de lunch rijden we naar Janesville, Wisconsin. Volgens de praatjes in de folders een stadje met mooie oude panden, een "vibrant" centrum, een festivalstreet en een bruisend restaurantleven. Eenmaal aangekomen bleek de werkelijkheid net iets anders. De Mainstreet was helemaal netjes opgeknapt: strak net gelegd betonnen stoepje, mooie bloeiende plantenbakken, straatlantarens met veel versieringen, grote muurschilderingen, gesmede zwartstalen bankjes, stalen fietsrekken met logo van de stad ingebrand, een matgroen gespoten stalen boog over de straten met daarop groots "Welcome in Festival Street!" en mooie opgeknapte gevels van panden van eind 1800. Het enige wat mistte was.... winkels..... horeca...... mensen.....Totaal leeg, geen kip te bekennen, bijna alle winkels zijn dichtgetimmerd of geplakt. Oh ja, en festivalstreet heet zo, omdat....het zo heet...niet omdat er iets van een festival is. Je vraagt je af hoe zo'n kleine stad zo'n "opknapbeurt" kan betalen. Waarom dit besloten is en welke businesscase hieronder heeft gelegen. Vast weer iemand die bedacht heeft dat het goed is om "Janesville" op de kaart te zetten (terwijl...het staat al lang op de kaart....volgens Google).

    Op de terugweg nog even door New Glarus gereden. Glarus is een stadje in Zwitserland. Dus New Glarus is een stukje Zwitserland in Amerika. Dat betekent: een koe als logo (er staat op bijna elke dak een levensgrote beschilderde koe), houten balkonnetjes met rode bloempjes aan de gevel, witte gevels met bruine zwitserse beschilderingen, bierstube's en winkels met chocolade.

    We gaan het huis opruimen. Morgen vertrekken we naar Norskedalen....klinkt als Noorwegen......is het ook, maar ook weer niet. Morgen meer.

    Tot morgen.
    Read more

  • 700.000 Rednecks (Niki Lake)

    July 28, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 21 °C

    The Blue Rider mocht weer gas geven vandaag. Had toch gauw een dagje of drie stil gestaan in Madison. Da's niks aan voor een sportwagen. We verlaten Madison voor dag en dauw. Conclusie over Madison: aangename stad, beetje gewoontjes. Ik zou er niet speciaal voor omrijden, maar zou ik er doorheen komen zou ik zeker nog een stop maken. Het is het type stad waarvan je denkt, ik zou er best kunnen wonen. Alles klopt: heel veel groen, veel parken, aangenaam centrum, lekker veel studenten, mooie fietspaden, aangename wijken met vrijstaande eensgezinshuizen, mooi aanbod aan voorzieningen, (heel) veel studenten. Maar het mist misschien een rauw randje. Maar dat kan natuurlijk komen omdat de studenten niet in grote getalen in de stad zijn tijdens de zomer.

    Wij gaan nu dwars door Wisconsin, richting de grens met Minnesota. We komen langs een reeks leuke en minder leuke plaatsjes, maar bijna allemaal met een grappige naam (die soms de herkomst van zijn bewoners aangeeft). We rijden langs of door Verona, Lone Rock, Gotham, Sextonville, West Lima, Barneveld, Hollandale, Montfort, Fargo, Petersburg, Bloomcity, Dodgeville.

    We doen ons ontbijtje in Mineral Point. Een heel goed croissantje met ei en spek en een toast geprakte avocado. Mineral Point was een stadje van zink-mijnen, maar nu een toevluchtsoord voor creatievelingen, outkasts en kaasmakers. Veel pottenbakkers, schilders en andere creatievelingen. Maar ook kaasboerderijen. Sowieso afficheert Wisconsin zich als de zuivelstaat van de VS. Het zal ongetwijfeld met de Nederlandse roots van veel van de bewoners te maken hebben. Bijna iedereen die we spreken en vraagt waar we vandaan komen, meldt onmiddellijk dat zij ook Nederlandse voorouders hebben. (zo kreeg ik via een DNA-bank nog contact met een dame uit GreenBay, uurtje rijden van Madison, waarmee ik via mijn vaders kant DNA deel, grappig). We lopen een kaasfabriekje binnen. We denken een winkeltje binnen te stappen, maar staan gelijk in de kaasfabriek zelf. Een kleine vitrinekoelkast laat een keur aan kazen zien, bijna allemaal met een verwijzing naar een beroemde Europese kaassoort; cheddar, gorgonzola, parmezaan, brie, etc.

    Eén van kaasmakers komt in zijn witte broek, witte shirt, witte laarzen en witte haarnetje op ons af en vertelt, op onze uitnodiging, over zijn kazen. Als we vertellen dat we uit Nederland komen en wij nog nooit gehoord hadden van Barneveldse kaas, terwijl die daar toch echt ligt naast z'n beroemde Europese broers. Hij moet lachen en vertelt dat zijn zoon, dierenarts, onlangs op een congres een collega dierenarts uit Barneveld tegen is gekomen en dat die vertelde dat Barneveld nou niet echt bekend staat om z'n kaas, maar om z'n kippen en eieren. Ze hebben er erg om moeten lachten. Maar in de omgeving is die kaas een begrip, dus ze houden het zo (en vlakbij ligt ook Barneveld, Wisconsin..... dus). We kopen een stukje blauwschimmel kaas, zijn favoriet.

    We rijden weer honderd kilometer op een sukkeldraf verder door bergachtig gebied over kleine slingerwegen met gravel en gaten, langs glooiende akkers vol mais, bermen vol met paarse bloemen, over verroeste bruggen over kabbelende riviertjes met grote keien, langs begraafplaatsen met grote grijze grafstenen op gemillimeterd gras, langs grote boerderijen met rode schuren en in de zon glimmende metalen daken met daarnaast enorme grijze silo's, langs autokerkhoven met honderden autowrakken, langs uitgehakt rotswanden, door cedarbossen, langs grote wijngaarden en door slaperige dorpjes. Een soort mix van New England met z'n heuvels en bossen, en Zuidelijk Frankrijk met zijn glooiende akkers. Af en toe moeten we een boer met een grote landbouw- of dorsmachine passeren. Dat gaat altijd keurig en vriendelijk en er wordt veel ruimte gemaakt. Hier geen blokkades van agrofacisten of ander rechts gespuis, geen branden op de weg, geen bedreigingen aan onschuldige burgers. Inmiddels lijken het aantal rednecks in ons land die van de VS te overstijgen (als ik twitter, nu.nl en de krant moet geloven). Hier is het idyllisch, rustig, knal groen en vredig (op het oog).

    Met een lunch in het mooie stadje Viroqua in de maag, rijden we ons laatste stuk door Driftless Area (zo genoemd omdat hier geen enkel spoor van de ijstijd is gevonden) naar de bestemming voor de komende twee nachten, Norskedalen (= Noorse dal, maar dan op z'n Noors). 'T is een soort (klein) openluchtmuseum, waar één van de huisjes verhuurd wordt aan ons. In een Vallei vlak boven Coon Valley zijn een groep vrijwillgers begonnen om huisjes en hutjes van de eerste inwoners van dit gebied, van rond eind 1800, te conserveren en renoveren. Dat waren hier de Noren, vandaar Norksedalen.

    Er staan zo'n 10 kleine huisjes, een toilethuisje, een voorraadschuur, een complete boerderij met oorspronkelijke inrichting en een mooi wit houten kerkje. Zo moet het er ongeveer hebben uitgezien bij de eerste (blanke) bewoners. En in dit park, in één zo'n huisje, zitten wij nu. Met grote witgeschilderde balken als muur, een oude schommelstoel, bruine balken aan het plafond, met bloemen beschilderde keukenkastjes, schilderijtje van een Noorse vlag aan de muur, een geknoopt tapijt als wandbekleding, een ultra steil trapje met "hindeloopse" schilderingen naar de slaapverdieping en in de kelder een was- en plashok. 'T heeft ook wel een oud geurtje. Daar moeten we dan maar aan wennen.

    En buiten is het stil......dood en doodstil.

    Even wat anders. Of het de plek is, of de tijd weet ik niet, maar het mondkapje is weer terug in het straatbeeld hier in de VS. We voelen ons soms bijna bezwaard dat we hem niet consequent bij ons hebben. Op steeds meer plekken zien we mensen met mondkapjes. Kokend en bakkend personeel in de horeca heeft vrijwel allemaal een mondkapje op, maar ook in de bediening, achter de kassa in winkels, maar ook onder de bezoekers draagt zeker 1/3 een mondkapje. Ik heb het gevoel dat mensen hier inmiddels beter inschatten wat de risico's zijn dan bij ons en daar helpt het opvlammende aantal besmettingen vast ook bij. En dat terwijl het hier nu niet bepaald dichtbevolkt is. Ook staat er bij elke winkel, elk cafe, elk museum en elke toeristeninfo een spuitpompje om je handen te desinfecteren. En ze zijn niet eens leeg....dat was een paar weken geleden in NL wel anders.

    Morgen wordt het weer de dikke batsers aan en door de Norskedalen lopen en lopen en lopen en lopen en.......

    Tot morgen
    Read more

  • My River (Kristin Diable)

    July 29, 2022 in the United States ⋅ 🌙 18 °C

    Dauwdruppels op de schoenen als we na een yoghurt vroeg de Norksedalen instappen. Tien kilometer door de Noorse vallei. De "eigenaren" hebben een heel ritueel bedacht om tot rust te komen: "bathing in the woods". Een soort van bos-meditatie. Je moet allerlei stappen doorlopen, mantra's zingen, rondjes lopen in een labyrint, je tenen voelen met je hoofd en concentreren op positieve zinnetjes. Maar op een rustige mooie ochtend als deze met de zon die door de bomen piept is al die poespas niet nodig. Het is stil in de vallei, alleen wij, en het geluid van de wegrennnende hertjes, de ritselende eekhoorns, de zang van de grote kuifvliegenvangers, het gepiep van de white-eyed vireo en het gefluit van de baltimoor oriool. Dan wordt je vanzelf zen.

    Bij terugkomst bij de 10 Noorse huisjes, schuurtjes en boerderijtjes stappen we nog maar even het visitorscentrum annex museum/kantoor/giftshop binnen. De directeur Lori (geeft na elke zin aan dat het alleen moeten doen als we er zin in hebben "If it's to your heart's content" en dat ze ons niet tot last wil zijn) zit keurig achter haar bureautje bij de ingang. Ze vraagt enthousiast hoe het met ons gaat, of het leuk was de wandeling en dat ze ons alles kan vertellen over het museum ("If it's to your heart's content"). Maar eerst een filmpje. We worden naar een grote filmzaal geloodst. Op de grote tv verschijnt wat computerbeeld. Lori geeft aan dat we een film krijgen over het park (wat we net helemaal doorgelopen zijn, dus veel nieuws kan het niet zijn). "Alleen als we het echt willen, (natuurlijk "If it's to your heart's content"). Hup de film gaat aan. Daar zitten we met z'n tweeën op de eerste rij van een geheel lege filmzaal naar een amateuristisch promofilmpje van het park te kijken. Gelukkig hadden ze voor het filmpje een drone gehuurd....bijna elk overzichts-shot was vliegend over de gebouwtjes, flink in en uit zoomend. Voor de rest zagen we veel vrijwilligers ijzer smeden, figuurtjes punniken, paard en wagen berijden, kleedje weven, broodje bakken en leuke schilderingen op stukjes stenen bordje maken. Heel leuk. Nooit eerder gezien.

    Uiteraard mochten we het museumpje nog even door, "If it's to your heart's content". Maar Lori moest nog wel even het licht aan doen in de vitrines. Anders banden die maar de hele dag voor niks...en is ook slecht voor de opgezette dieren. Ze was vast blij dat er in ieder geval iemand langs kwam vandaag.

    Toch nog even Coon Valley door, het nabij gelegen dorp. Een lange doorgaande straat, klassiek voor een gemiddeld Amerikaans dorp, met een serie losse gebouwtjes: een benzinestation, een drive-through pinautomaat, een uitvaartcentrum met aangrenzend een Grill&Saloon, een kaasfabriek, een wit houten kerkje, een market van de Amsih, een tuincentrumpje, een library ter ere van ene mijnheer Knutson, een advocatenkantoor, een tapijthandel en een paar snuisterijen winkeltjes, waaronder een hele grote hal waarin buurtgenoten hun eigen spulletjes, snoepgoed en antiek te koop aanbieden. Bij binnenkomst klinkt er vervormde kerstmuziek uit de (goedkope) boxjes. "Hi welcome...are you familiair with our store?" krast de caissière ons toe. Nee natuurlijk niet, dus volgt er een uitleg...."en achterin heb ik alvast een themahoekje met kerst gemaakt en om in de sfeer te komen alvast kerstmuziek aangezet". Tuurlijk, 't is 30 graden en wij komen gelijk in de kerstsfeer met onze korte broek en sandalen. En ze vertelt ook nog even dat het echt de moeite waard is om nog 20 kilometer door te rijden en de kustlijn van de Mississippi langs te rijden.

    We shoppen nog even in de supermarkt gerund door de Amish-meisjes. Nauwelijks bekende merken en bijna alles is door hun zelf in plastic zakjes of bakjes gestopt. Ze kopen bulk allerlei melen, poeders, bonen, koffie, snoepgoed (waaronder veel Dutch treats die wij niet kennen) in en verdelen dat weer in kleine zakjes voor ons. Wij kopen een door hun gemaakte droge mix van een chilisoep. Voor vanavond.

    We rijden richting de Mississippi. Toch even ruiken aan de beroemdste rivier uit de muziekgeschiedenis. En de eigenaresse van de winkel had gelijk. De rit er heen was al mooi door de rotsachtige bergen en de kustlijn, met Goose-eiland midden in de Mississippi, is prachtig.

    We eten nog een ijsje in een verbouwde autogarage met prachtige jukebox (ijsje is "handscooped", wat zoveel wil zeggen dat zo'n enorme bol ijs op de hoorntje doen dat het hoorntje bijkans volledig verdwijnt). Terug naar Norskedalen via prachtige kleine bergweggetjes.

    En dan al weer inpakken geblazen. Morgenvroeg naar Minneapolis. We moeten vroeg weg. De Blue Thunder moet strak om 11 uur bij de luchthaven worden ingeleverd. Voor die tijd willen we onze koffers in ons volgende ruilhuis afzetten. En het is toch wel een straffe drie uurtjes rijden.

    Tot morgen

    My River
    Read more

  • Christmas card from a hooker (Neko Case)

    July 30, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 28 °C

    Half 7, vol gas met de BlueBird naar het westen. Wisconsin verlaten we al snel als we de Mighty Mississippi oversteken. Het warme water van de Mississippi en de koude lucht (of omgekeerd, dat weet ik eigenlijk niet) zorgen voor enorme mistbanken tegen de bergwanden, over de weg en over de uitgestrekte uiterwaarden van de Mississippi. Beetje spooky, maar wel mooi. Ontneemt ons ook een beetje het mooie uitzicht. We rijden 350 kilometer aan één stuk. 'T is zaterdagochtend, dus rustig op de weg. Cruisecontrol aan en lekker doorrijden in een Amerikaans tempo (110 km/u). Als we Twin City (Minneapolis en Saint Paul) naderen, worden de wegen steeds breder. Van 1 naar 2, naar 3, naar 4, naar 5 rijstroken. Half 10 rijden we Stevens Avenue binnen, de straat van ons huis. Het is het kunstdistrict van Minneapolis. Ons huis ligt pal naast de MIA (Minneapolis Institute of Art), zeg maar het rijksmuseum van Minneapolis. We moeten snel de koffers uit het Blauwe Monster gooien en door, de Blue Velvet moet worden ingeleverd op het vliegveld. Ben toch een beetje gehecht geraakt aan onze knalblauwe Dodge Challenger. 'Tuurlijk, het is een vreselijk lelijke bak, maar hij rijdt als een tierelier, zit heerlijk en is nog wel een vorm van praktisch ook. En hij is lekker makkelijk te vinden op een enorme parkeerplaats van een gemiddelde Amerikaanse Mall. Kusje op het dak, aaitje over zijn kontje, knipoog naar zijn neus (allemaal met consent, uiteraard). Dag Baby Blue.

    IMG_3076

    Dan de Metro naar Franklin Avenue. 2 dollar! Dat zijn nog eens openbaar vervoer prijzen. Als we Franklin Blvd oplopen zijn we gelijk in een totaal andere wereld. Van het boerse, blanke (rijke), groene Amerikaanse platteland met zijn liefelijke dorpjes, mooie velden, vergezichten, bossen en beekjes, zijn we hier in een achterstandswijk van Minneapolis. Dichtgetimmerde ramen, graffiti op oude muren, rotzooi op straat, leuzen op de stoep geklad, verrotte huizenblokken met hekken ervoor, auto's zonder uitlaat, bankstellen bij de weg, legen winkelpanden en een enorm allegaartje van culturen. Ook wel weer lekker, de stad.

    'T is inmiddels half 11 en nog geen koffie of ontbijt gehad. We stappen op een groot plein met een Moskee, Mexicaanse winkels, gezondheidscentrum voor Natives, wasserette, een louche advocatenkantoor ("Turn Your Pain Into Rain") en gaan binnen bij "cafe Maria". Binnen zit het stampvol. Het is een Colombiaanse eetgelegenheid, die allerlei Amerikaanse klassiekers op de kaart heeft die ze een Colombiaanse twist hebben gegeven. Ik krijg pancake met geprakte plantaan (soort banaan) met geraspte Colombiaanse kaas. Erica eet een pancake gevuld met wilde rijst. Maria is blijkbaar een beroemdheid, want de wand hangt vol met foto's van haar met Amerikaanse sport-, tv- en politieke helden.

    We lopen nog een half uur door en zijn bij ons ruilhuis. Komende 5 dagen mogen we hier vertoeven in ruil voor ons eigen huis. Een prachtig oud wit, houten victoriaans huis in de achtertuin van het Museum. Wij hebben de totale eerste etage tot onze beschikking. De binnenkant heeft een eclectische schilderbeurt gekregen. Dat wil zeggen, bijna elk plintje, deur of muur is een andere kleur geverfd. De meubels zijn net zo eclectisch. Groot filmscherm op de muur en in het eetgedelte staat een tafel waaraan je op stahoogte kunt eten. Het is heel ruim en heeft een prachtig balkon met muggenscreens aan de straatkant. De eigenaar heeft 2 fietsen voor ons geregeld, heeft de koekast vol gezet met lekkers (Cava, watermeloen, eieren) en een uitgebreide beschrijving gemaakt van de omgeving. Verwennerij.

    We hebben mazzel, we zitten om de hoek van "Eatstreet", een straatje net buiten het centrum waar het stikt van de eet- en koffietentjes.

    Als we de eerste wandeling door de buurt en over "eat street" maken, valt op dat de brute moord door de politie op George Floyd nog een open wond is in deze stad (George vond in Minneapolis zijn einde). De pijn in de muurschilderingen is bijna voelbaar. Of zoals onze huisbaas het zo mooi verwoorde: "we will be in the proces of recovering en building anew for sometime. Please be patient with our city".

    En het is ook gelijk zichtbaar, de enorme economische verschillen tussen wit en zwart. Zelfs op dit kleine stukje Minneapolis. In de rommelige huizen en buurten is het voornamelijk de Afro-Amerikaan, Moslim, Ethiopische vrouw, zwerver en malloot die je op straat ziet. Zodra een wijk mooi is, trendy is en vol staat met panden van meer dan een half miljoen, verschiet ook de mensen van kleur. En dat verschil is soms maar een block woningen van elkaar verwijderd (of soms zelfs letterlijk naast elkaar).

    We zitten nu op ons balkon met een Cava na te zweten. Af en toe komt er een auto langs, soms met de muziek zo hard dat de ramen trillen. Morgen maar even rustig aan, de weg oversteken een een paar Van Goghs, Chagalll's, Renoire's bekijken.

    Tot morgen
    Read more

  • Skyway (The Replacements)

    July 31, 2022 in the United States ⋅ ⛅ 29 °C

    SKYWAY (THE REPLACEMENTS)

    Meloen op, roerei op, weg oversteken en voilà, we staan midden tussen de schone kunsten. Twee en half uur lang slenteren we, met misschien nog 20 gelijkgestemden, door het enorme MIA (Minneapolis Institute of Arts). De eerste verdieping helemaal vol allerlei voorwerpen en kunst uit Azie, Afrika, ZuidAmerika, de tweede verdieping de schilderkunst. Van oud naar nieuw, van Van Ruysdael tot Mondriaan. Met een indrukwekkende collectie Hollandse meesters. Van alle oude meesters kan in dit museum wel eens de helft Nederlands zijn (en dan tel ik de speciale tentoonstelling over van Gogh nog niet eens mee). Lekker om zo op een zondagochtend doorheen te wandelen. En da's het mooie, je mag het allemaal gratis bekijken. Al vaker gezien in de States. Het hele (Nederlandse) idee dat de Amerikanen zulke cultuurbarbaren zijn heb ik nooit helemaal begrepen. Als er één land is dat trots is op zijn historie en cultuur, dan zijn het de Amerikanen wel. Ze koesteren die. Elke plekje waar maar een cultureel fenomeen zijn voetsporen heeft, wordt gekoesterd en bewaakt. En dit soort grote musea zijn niet zelden gratis en voor niets toegankelijk. Mooi toch. Kan iedereen ervan genieten.

    Op advies van de huiseigenaar eten we tussen de middag bij Pha Hoa, een Vietnamees. We lopen de straat uit, steken "Eat Street" (Nicolett Avenue) over. Er ligt een hobbelige slecht geasfalteerde parkeerplaats. Aan het einde van de parkeerplaats staat een grijsbakstenen gebouwtje met blauwe luifels. Het deels vergane lichtbord geeft aan dat er een nagelsalon zit en daarnaast met grote krulletters: Pha Hoa Noodles Soup. Het blijkt een ketenrestaurant, met in elke grote Amerikaanse stad 1 vestiging en daarnaast vestigingen in Hong Kong, China, Korea, Canada. Begonnen als een eettentje van een gevluchte Vietnamees.

    De binnenkomst is in een soort van voorportaal wat bijna van ellende uit elkaar valt. Een paar met metaal omlijste glazen deuren geven toegang tot het restaurant. De inrichting van het restaurant laat zich het beste omschrijven als een unieke mix tussen een openbaar toilet, een sprookjesgrot en een voorraadkast. Achteruit de zaak wordt ons vanachter een mondkapje toegeschreeuwd: "Two? Just take a booth" Op tafel staan een serie sauzen, potje sambal, pot met suiker, 20 soeplepels opgestapeld en een houder voor 30 Chopsicks. Elk mondje van de sausproductie laat zien dat hier vandaag al mensen uit hebben gebruikt. "Je zou er uit jezelf niet heen gaan" mompelt Erica. De menukaart is 2 kantjes A4 met redelijk basic beschrijvingen van voor ons onbekende gerechten.

    Erica bestelt een Banh Mi Bi. "You don't like that" zegt de ober (Mocht je meelezen Andre....daar is ie weer). Erica kijkt hem ongelovig aan. "You don't want that" zegt hij nogmaals. "Is-a pig-skin", gebakken varkenshuid. Erica kiest heel wijs voor een broodje kip. Ik bestel een Phở noodle soup. Moet goed zijn, waarom zou het restaurant anders Pha Hoa Noodlessoup heten. De ober loopt weg. Er komt een meisje terug en zet een bordje taugé, limoen, groene peper en munt op tafel. Zonder uitleg. 10 munten later komt er een mooie grote kom heerlijke bouillon, met rubberig gehakt, mie en uien. Tauge, munt, peper en limoen er maar in. Heerlijk. Broodje was ook lekker.

    Minneapolis is, behalve de stad van George Floyd, natuurlijk vooral de stad van Prince. Hij is alom aanwezig in de stad. Gisteren bezochten we al "Electric Fetus", een gigantische platenzaak (nog steeds platen) in een oud pakhuis. Prince heeft daar in zijn jonge jaren (zo gaat de legende) uren doorgebracht op zoek naar obscure Jazz en Funk platen. Nu gaat we lopend de stad in om Minneapolis een beetje te verkennen en proberen onderweg wat Prince highlights mee te pakken. Hoogtepunt is natuur de club "First Avenue" waar hij veel speelde, maar vooral bekend is geworden om de opnames van de optredens uit Purple Rain.

    De club heeft de gewoonte om elke stermuzikant die daar optreedt in een ster op de buitenmuur te vereeuwigen. De muren hangen vol met alle grote namen uit de recente muziekgeschiedenis. Zwarte muur met witte sterren. En er is 1 gouden ster..., natuurlijk voor Prince. Aan de overkant van de straat een enorme prachtige schildering op de muur met zijn beeltenissen.IMG_3143

    De stad is, behalve bezaaid met zwerversjunks, alcoholisten en malloten, redelijk leeg. 'T is zondag en blijkbaar geen dag om de stad in te gaan. Boven ons lopen voordurend overdekte wandelpaden, van het ene gebouw naar het andere. Zogenaamde Skywalks. Ze zijn bedoeld om de voetganger zo een prettige winkelervaring te geven, of het nu koud (want verwarmd) of bloedheet (want gekoeld) is. Dus naast het grote netwerk aan fietspaden hier, ook zomaar aandacht voor de voetganger. Wij lopen toch liever op de warme straat.

    We lopen terug naar ons huis, nog een keer 7 kilometer en komen onderweg in een prachtige tuin met enorme moderne beelden. En wederom: toegang gratis. In het gras maakt een bruidspaar foto's met de familie, met op de achtergrond de iconische "kers op de lepel". Ze vergeten de bruidsmeisjes. Die zitten met hun mooie witte jurkjes en gevlochten haar met kraaltjes uitgeteld op de spierwitte stoelen die her en der in het park staan.

    Morgen wijden we onze dag geheel aan Prince en duiken we in zijn studio, Paisley Park. Nu nog maar even een paar deuntjes van hem luisteren.

    Tot morgen.
    Read more

  • Black sweat (Prince)

    August 1, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 26 °C

    "The Bad Waitress" (de slechte serveerster) is de enige tent in de buurt die op maandagochtend ontbijt serveert. Onheilspellende naam, maar vooruit. Het blijkt een grappig bedoelde naam om het concept aan te prijzen, namelijk: er is geen serveerster. Met de telefoon geef je je bestelling door en die wordt dan aan de tafel gebracht. Als.....als het werkt. Dus eerst komt de gastvrouw ons het concept uitleggen, dan werkt het niet (want ik heb een buitenlands telefoonnummer en daar is het systeem niet op berekend), vervolgens legt de gastvrouw ons uit hoe dan het systeem werkt door op een tablet op de counter aan te geven wat je wilt hebben, zij haalt dan de ticket uit de machine, geeft die aan de kok en die doet dan over een gebakken ei 25 minuten en 2 pancakes 35 minuten. Ik weet niet hoor....maar het concept is nog niet helemaal door z'n kinderziektes heen. En een echte serveerster zou het sneller hebben gedaan.

    Onze huiseigenaar (die hele dagen rond het huis loopt om plantjes te planten) is zo lief om ons haar auto uit te lenen. We gaan naar Paisley Park, het huis, de platenstudio, de concertzaal/tv-studio, de club, de kantoren en het repetitielokaal van Prince. En ook al ligt Paisley Park in de volksmond in Minneapolis, het is toch nog een half uur rijden vanaf ons huis voor we er zijn.

    Ik denk dat ik Prince rond 1982/1983 voor het eerst hoorde. In begin vond ik het maar vreemd. Begreep zijn muziek niet helemaal. Wel het album "1999" stiekem op cassette gekopieerd, maar volgens mij toen niet heel veel gedraaid. Maar gaandeweg begon hij me te pakken en heb ik (eerlijk is eerlijk tot "Emancipation") al z'n albums gekocht en veel, heel veel gedraaid. Met als hoogtepunt een optreden van hem in de Ahoy, waarbij Erica en ik op de eerste ring met ons hoofd in de speakers zaten en vanaf de zijkant een inkijkje kregen in wat er achter de schermen bij Prince gebeurde. En bij Prince, meer dan bij wie anders ook, altijd gedacht....waar luister ik nu eigenlijk naar, wat is het, hoe zou je deze muziek omschrijven, waarom die rare tonen, geluiden, overgangen, tussenstukjes, intro's en uitro's, wat is het? En toch luistert het zo heerlijk weg. En naast muzikaal dan ook nog eens alle grenzen tot het eindeloze oprekken; grenzen van de muziek, grenzen van seksualiteit, grenzen van kleur, grenzen van man/vrouw, grenzen van show. Unieke gast.

    Paisley Park licht op een totaal ondefinieerbaar bedrijventerrein in een onbeduidende voorstad van Minneapolis. Niets wijst er op dat hier het mekka van muzikale genialiteit ligt.

    We mogen eerst naar de giftshop/annex club om daar te wachten tot onze tour begint (en natuuurlijk van alles te kopen). Strenge beveiliging (strenger dan het Capitool in Madison): check your bags, metaaldetector en de iPhone gaat in een gesealde pocket zodat je niet stiekem foto's kan maken tijdens de tour. In ruim anderhalf uur zien we de kantoren, verblijven, mogen we in de studio's, het keukentje (belachelijk klein), de concertzaal, zien we 120 paar schoenen, een zwart-wit fototentoonstelling gemaakt door zijn prive-fotograaf en krijgen we verhalen van de tourguide. Het gekke is......het geeft je toch een vreemd gevoel als je bedenkt dat de kleine geniale gek daar zelf rondgelopen heeft, gespeeld heeft, gecomponeerd heeft, geleefd heeft, geslapen heeft, geoefend heeft. En heel even op de studiovloer te staan waar de kleine grote man Raspberry Beret heeft gespeeld, is toch gek. En klein en smal was'ie. Zijn kostuums hingen overal en ik denk dat mijn bovenbeen met moeite in zijn jasjes zou passen.

    En in alles is zijn ongebreidelde energie voelbaar. Zijn drang naar perfectie, het goed, anders, beter willen doen. Bij alles er volgas in. Bij de stukken die we te horen en te zien krijgen (studieopnames, oefensessies, interviews, concerten) voel je elke keer weer zijn unieke talent. Want zeg nou zelf, noem mijn één andere artiest die en zo kan zingen, en zo kan dansen, en zo gitaar kan spelen, en zo kan componeren, en zo kan arrangeren, en zo kan produceren. Ik ken ze niet.

    Aan het einde van de tour komen we in een grote concerthal, waar van alles staat opgesteld uit de carrière van Prince (motor uit Purple Rain, cloudgitaar, auto's, concertvleugels, etc). Op het grote toneel staat een bandopstelling. Daarachter een groot scherm. Op dat scherm verschijnt Prince achter een vleugel. Bij de tour die hij zou gaan doen (vlak voor zijn plotselinge dood) zou hij alleen achter de piano intiem zijn nummers brengen. Dat is maar een paar keer uitgevoerd, daarna overleed hij. Maar in de studio waar wij staan is het eerste concert van die reeks opgenomen en daar zien wij nu een deel van. Afgespeeld in een ruimte die acoustisch perfect is afgesteld over een enorme geluidsinstallatie. Alleen zijn stem en de piano. Keihard de ruimte in geslingerd. Stil word je er van.....rillingen over mijn rug (of om in The Voice termen te spreken: "je kwam heel erg binnen"....over the Voice morgen of overmorgen meer.......).

    We rijden een beetje stil naar huis. Zonde toch dat hij zo snel is gegaan. Hij had nog zoveel mensen zoveel plezier kunnen geven. We besluiten in Minneapolis naar een BBQ hut te gaan voor de lunch. Ja, ik wist dat de BBQ tent in de buurt was van de plek waar George Floyd is vermoord door de politie, maar zo vlakbij had ik niet op gerekend.

    We parkeren de auto vlak voor de kruising en voor ons staat een groot houten beeld van een vuist midden op de weg. Op een bord staat “You’re now entering the free state of George Floyd.” We stappen uit en wandelen de straat in.

    De hele weg gedurende het blok woningen en winkels is bezaaid met muurschilderingen, leuzen, posters, vlaggen, gedichten op de weg, bloemen, kaarsen, slingers en eerbetonen aan George Floyd. Officieel is het de kruising 38th Street en Chicago Avenue. Maar vanaf nu zal het bekend zijn als George Floyd Square.

    Buiten op de Cup Foods Store, waar het filmpje is opgenomen door een omstander waarop de wereld kon zien dat George Floyd in 8 minten en 46 seconden het leven liet, staat een muurschildering van een lichaam met het gezicht op de grond met engelenvleugels. Daaronder staat “I can’t breathe.” Onder een oud pompstation daar tegenover is nu een verzamelplek voor mensen om te rouwen, boos te zijn, actie te voeren. People’s Way staat er slordig opgeschilderd met rode letters. En het is allemaal spontaan ontstaan. Het is allemaal rommelig, grof opgezet , maar diep diep gemeend. Niks gepland, gewoon zo ontstaan.

    En het voelt heel "onhandig" om er te lopen. "Wat heb ik er mee te maken", "Loop je hier een beetje als witte....." je voelt je toch een beetje een ramptoerist, de sfeer voelt nog zo rauw, de pijn ligt nog zo aan de oppervlakte. Het is zo'n andere manier van stilstaan bij een onnodige dood dan je gewend bent. En je voelt bij jezelf het verdriet opkomen. Tranen zijn dichtbij. Dat dit blijkbaar nog steeds het resultaat kan zijn van verhoudingen tussen mensen op basis van kleur. Je weet het wel, maar als het echt wordt...

    In de auto hebben we het er nog even over. Wat moet het ongelofelijk raar en vreselijk zijn voor de familie en vrienden. Ze verloren een geliefde, tegelijkertijd heeft zijn dood een enorme vloedgolf aan racisme bewustzijn en emancipatie op gang gebracht in heel de westerse wereld. zo dubbel.

    De BBQ tent waarvoor we eigenlijk kwamen bleek gesloten vandaag.

    Om ons van alle indrukken een beetje af te leiden duiken we in Eat-street een grote Mexicaanse markt in. Eten, veel eten, kruiden, pepers, potten en pannen. Onze late lunch daar genuttigd naast wat Mexicaanse arbeiders in de foodcourt en boodschappen gedaan voor de avond (tamales, salsa en guacamole).

    Biertje erbij en de zwierige dag nog een keer aan ons voorbij laten trekken. "Raspberry Beret" op de achtergrond.

    Tot morgen.
    Read more

  • B movie boxcar blues (Delbert Mcclinton)

    August 2, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 32 °C

    Als je er een beetje op let, zien veel dagelijkse scenes in Amerika er uit als kort clipjes uit speelfilm of tv serie. Het zal ongetwijfeld komen omdat we zoveel Amerikaanse tv- en bioscoopfilms gezien hebben. Ik kan er altijd wel van genieten en het liefst het een beetje observeren. Ik zal je paar scenes van vandaag proberen te beschrijven.

    Scene 1 (beetje Desperate Housewives/Sex in de City): Erica en ik gaan een groot gedeelte van de Grand Rounds fietsen. We mogen de fietsen van de huisbaas gebruiken. Minneapolis heeft een prachtig fietsnetwerk om en door de stad. Totaal is de Grand Routes iets van 90 kilometer. Wij fietsen er vandaag 45. T'is minimaal dertig graden. De fietsroute gaat langs zeven grote meren die aan de zuidkant van Minneapolis liggen. Bij één van die meertjes stoppen we voor een bekertje koffie. Terwijl we daar zitten komt er een man in sportkleding aanlopen met zeker acht grote honden bij zich, type Labradoodle. Hij laat de honden allemaal liggen. Doet verder niks. Dan kom er van links nog een vrouw in sportkleding met zeven grote honden aanlopen. Zij voegt zich zonder echt te groeten bij de man en zijn honden. Ik denk, dat is veel. En maak een foto.

    Dan komt er van rechtst een jonge man met petje aanlopen, met om hem heen nog negen grote honden. Ook die gaan zonder veel woorden en tumult bij de andere vijftien honden liggen. Twee minuten later komt er van rechts een jonge vrouw aanlopen met nog eens zeven grote honden. Ook zij zegt nauwelijks iets tegen de ander vrouw en mannen. En ook die honden gaan rustig liggen. Eenentwintig honden liggen in de hitte op de stoep. Terwijl de honden daar liggen joggen er tientallen vrouwen van in de 40 met hun airpodjes in de oren, in strak getrokken joggingbroekjes en vrolijk gekleurde hesjes onverstoorbaar langs de honden. Behalve twee heel kleine kinderen kijkt niemand er naar. Niemand.

    Scene 2 (beetje Hill Street Blues): We moeten met de fiets de Green Midway op. Een oude spoorlijn van oost naar west Minneapolis die is verbouwd tot vrij fietspad van ca 10 kilometer. Het pad ligt verlaagd in het landschap. Je kan zo lekker doorfietsen en het is heerlijk rustig.

    Bij één van de ramp/afritten van de gewone weg naar beneden is op een vervallen industrieterrein tussen twee verlaten panden een tentenkamp gebouwd. Tent aan tent staan er wel 30 kleine , veelal kapotte, tentjes met een berg rotzooi er omheen. De kleding hangt aan de scheerlijnen tussen de tenten. De fietspaden rond het tentenkamp zijn bezaaid met glas van gebroken drankflessen. Tegen de muur van één van de panden zit een man, een vrouw en 2 kinderen op 2 velgen van oude auto's en een totaal verweerd smerig bankstel. Er is een vuur gemaakt in een gat in de oprit van de oude garage. Op het vuur ligt een metalen rek uit een oude koelkast. Met de klep open staat er een redelijk verzorgde pick-up truck met zijn bak richting het vuur geparkeerd. Achterop de klep en op het rooster op het vuur liggen grote stukken vlees en maiskolfen. Een grote zwarte man, net gekleed, stapt uit de pickuptruck. Op de deur van de zwarte pickup-truck staat het logo van een kerkgemeenschap die voedselhulp verleent aan daklozen.

    Scenes 3 (beetje The Wire): Na het fietsen komen we totaal bezweet aan. Even douchen. Helpt niet heel veel want het is inmiddels 35 graden in het huis. Een beetje opgefrist pakken we de fiets. We gaan Down Town lekker Cajun eten. Traktatie van m'n moeder. Het zou vandaag de 85e verjaardag van mijn vader zijn geweest. Vandaar. We dalen af op Avenue één Noord en moeten deze volgen tot aan de Mississippi. Op de kruising 5 moeten we even stoppen. Aan vier kanten van de kruising staan panden van donkerbruin baksteen. De voordeuren liggen iets verhoogd, zodat je altijd een trapje op moet om in het portiek te komen. Uit de wit geschilferde verrotte kozijnen hangen op gevaarlijke wijzen allemaal oude metalen airconditionings. Grauwe gordijnen en oude kranten dekken de ramen af. Oude lappen maken de kieren tussen de airco en het raamkozijn dicht. Links zit een oude zwarte vrouw op een roze plastic klapstoeltje voor de treden van haar portiekje op de stoep in de zon. Naast haar een oude karaokeset uit 1985 waaruit vervormde soulmuziek schalt. Van rechts steekt een jonge dunne man over, in de dertig, broek zo laag op de heupen dat zijn gehele grijze merkonderbroek zichtbaar is, maakt grote passen waarbij hij na elke pas een beetje omhoog veert, grauw geworden wit t-shirt aan, hard mee-rappend met een muziekje op zijn witte Beats-koptelefoon. Van links komt een oude zwarte Lincoln LS. De linker voorkant ligt er helemaal af en je kijkt rechtstreeks de motorkap in. Bij de ronde achetrwielkappen kijk je dwars door de roestplekken heen. Met de ramen open zit er een slanke zwarte vrouw van in de 40 achter het stuur, sigaret in 1 mondhoek, linker arm aan het stuur en met de rechter arm hevig haar wapperend met een folder van een supermarkt alsof het een Spaanse flamenco waaier is, om de hitte uit haar aicroloze barrel te drijven.

    Scene 4 (beetje NCIS): We rijden op de fiets Downtown in. Bij de ingang van de metro is het druk aan voetgangers. Een block verder is het bezaaid met politieauto's met allemaal hun zwaailichten een en is de weg versperd met gele linten. We fietsen er via de stoep om heen. Op de kruising met Washingtonstreet moeten we wachten op voetgangerslichten. Een ietwat vervromfraaide non van een jaar of 65 en nog geen één meter vijfenzestig groot spreekt ons aan. "Where's Third street?" Onze eerste reactie is natuurlijk: "we kennen de weg hier ook niet mevrouw, we zijn vreemdelingen" "Cause there is a woman murderd with a gun in the metrostation on 4th street and now the metro is not running" zegt ze op rustige toon, alsof dagelijks werk is. Als dit first street is, dan kan third street hooguit twee blokken verder zijn. We wijzen haar de weg. Zij loopt sloffend door. Wij fietsen onze laatste meters naar naar J.J. Hoyt's superclub. Er is inderdaad iemand vermoord in de metro lezen we op twitter (en zien gelijk op twitter dat het hier elke dag wel een keer gebeurt), 150 meter naast het basebalstadion waar op dat moment de Detroit Tigers tegen de Minnesota Twins spelen en de non is op weg naar haar afspraak (zou ze wat met de moord te maken hebben...nanunanunanu)

    Scene 5 (beetje Cheers): Beetje later dan gereserveerd komen we aan bij J.J. Hoyt's superclub. Er is daarom geen plek meer voor ons in het restaurantdeel, dus we krijgen een booth tegen de bar aan. De bar in van donkerbruin hout (het hele cafe trouwens) met aan de muur diverse gouden plakketten, onderscheidingen, foto's van bekende Amerikanen die bar bezochten, krantenknipsel over de bar en sportprijzen. Boven de bar is een rek met drank en een doorkijk naar het restaurantdeel. Boven de bar hangen twee televisies, uiteraard met de wedstrijd Detroit Tigers tegen de Minnesota Twins aan. Op de vloer liggen zwart-wit geblokt tegels en in het systeemplafond zitten goudkleurige platen met ornamenten. Aan het puntje van de bar zit een wat dikkige zestiger i met zijn polo in zijn beige broek gestopt, met een kunstbeen (beetje Norm Peterson). Achter de bar staat een jonge sportieve man met een goed bos haar (beetje Sam Malone). De serveerster is een vrouw met duidelijk Italiaanse roots en een mooie bos met krullen (beetje Carla Torelli). "Norm" geeft een teken aan "Sam" en die schenkt hem zijn favoriete drankje in. Er komt een zwarte man binnen die "Norm" begroet door een klap op zijn schouders. Norm reageert amper. Man draagt een shirt van een Amazon-bezorgdienst (beetje Cliff Clavin). Er komt een lange grijze man binnen. Hij begroet "Norm" hartelijk en krijgt een hug terug. Hij tikt "Cliff" op de schouder als begroeting en bestelt bij Sam een Cocktail, Limoncello Vodka Collins (een beetje Frazier). "Frazier" maakt een grap. "Norm" en "Sam" moeten er hard op lachen. "Cliff" kijkt een beetje alsof hij de grap niet begrijpt.

    Ik wil maar zeggen.....net als in de film.

    Morgen onze laatste (volle) dag in de VS. Temperatuur gaat gelukkig iets om laag.....

    Tot morgen
    Read more

  • The Voice (Mavis Staples)

    August 3, 2022 in the United States ⋅ ☀️ 29 °C

    Let me hear your voice! 

    Op vele manieren was dat het thema van onze laatste dag in de VS. Morgen wordt het opruimen, schoonmaken, Uber appen en lang vliegen: van Minneapolis naar Chicago, van Chicago naar Brussel en vanaf daar rijden we naar huis.

    Vandaag dus een beetje een lummeldagje. Fiets gepakt en naar downtown gefietst. Minneapolis heeft wel een echt stadscentrum, maar het is alles behalve een winkelcentrum. Er is veel business en veel horeca, clubs, showgirls en een Warehouseditrict met veel mooie gebouwen.  De Minesota Twins spelen weer, dus op het plein voor het Targetstadion was het gezellig druk met families die naar "The Game" gaan. Maar leuk winkelen in de stad kennen ze hier niet.

    Lunchen doen we in een grote industriële hal die is aangekleed als een vissersloods, Smack Shack. Veel kreeft, mosselen, clamchowder, rivierkreeft en grote garnalen. Allemaal lekker dus. Daar mijmeren we een beetje over de afgelopen 4 weken. Het beeld dat in Nederland ontstaat (en misschien ook wel zo is) is dat Amerika naar rechts opschuift, waar groepen worden gemarginaliseerd, de leugen en de fantoomwerkelijkheid regeert, waar vrouwen en andere groepen aan de kant worden gedrukt en de rechtse conservatieve gekte de overhand heeft. Beetje het beeld wat we nu ook zien in Nederland.

    Maar sinds we hier zijn valt toch op hoeveel mensen zich openlijk uitspreken tegen die ontwikkeling. In honderden (misschien wel duizenden) tuinen, op bijna elke gebouw, in elke winkel en bij elk bedrijf spreekt men zich openlijk uit voor een samenleving waarin iedereen mag meedoen, waarin kleurverschil geen probleem zou moeten zijn, waarin de vrouwenrechten (op bijvoorbeeld abortus) niet geschonden worden. Het aantal biologische en vegetarische restaurants en winkels wat we zij tegen gekomen is niet te tellen. En die groep verheft zijn stem. Zoals in Nederland de rechtse-FVD-PVV-Argo-maffia het land vol hangt met omgekeerde vlaggen om te laten zien dat het alleen om hun zelf  gaat, op die zelfde schaal hangen hier de "Black Lives Matter"-bordjes en de regenboogvlaggen in tuinen, aan winkels , aan flats, op auto's en zelfs bij kerken. Het het zal ongetwijfeld mijn eigen bias zijn (en ook de keuze die wij maken voor streken en steden), maar het valt wel op. En niemand trekt de bordjes uit de tuin of haalt de vlaggen weg. Daar gaat toch net een iets positievere uitstraling van uit dan een bult stront op de snelweg en een omgekeerde Nederlandse NSB vlag aan je boerderij. Misschien een tip voor ons zelf....laat je horen aan de andere kant....(maar ik weet niet zeker of dat nog kan of dat ik zelf misschien ook wel bang zou zijn voor een steen door de ruit of een bult hooi voor de deur).

    Misschien is het een beetje wishfull thinking van mij, maar ergens hoop  ik dat het land waar ik zo graag doorheen reis, toch de goede afslag zal kiezen.

    Er was nog een Voice...The Voice. De huiseigenaar wilde een gunst van ons (na alles wat ze ons had gegeven en gegund, kon het niet snel teveel zijn). Maandag zou er een groepje muzikanten uit Nashville komen in ons huis (verdieping lager) en dat zou wat geluidsoverlast kunnen geven (muziek) en ze hadden ons internet nodig, want er zou een live-uitzending zijn op Facebook. Of dat oké is? Oh ja, en ze waren "in Town" vanwege een optreden. Oh ja en hij (Sawyer Fredericks) heeft The Voice gewonnen. Beetje grappend zeggen wij, geen probleem....als we vrij kaartjes krijgen. Geregeld.

    Vanavond reizen we dus af naar het concert in The Cedar, een wijk aan de Mississippi, net even buiten het centrum. We mogen de auto van de huisbaas weer mee. We komen de wijk inrijden en ineens staat de straat vol met Somalische vrouwen met hoofddoekjes en niqaabs. De wijk doet een beetje shabby aan. We parkeren op een stuk verrot asfalt dat als publieke parkeerplaats dienst doet. Wel betalen graag. Theater "The Cedar" blijkt een plaatselijk theatertje gerund door vrijwilligers, gesteund door de belastingbetaler en wat culturele weldoeners. De zaal oogt als een verbouwde verbouwde gymzaal met een antiek houden vloer. We moeten bij de ingang een mondkapje op, onze ID laten zien en onze Covidprikken kunnen aantonen (ze vinden onze Covid-app "so cut"). Waren we al weer vergeten, dat dat bestond. In de zaal staan 12 rijen met beige metalen klapstoeltje opgesteld. Ze vullen ongeveer de helft van de ruimte. Zo'n 250 stoeltjes. Nog niet de helft daarvan is gevuld. Jennifer Knapp doet het voorprogramma. Een zangeres uit Nashville die ooit begon als religieuze zangeres, uit de kast kwam en nu in die scene een fanbase heeft die behoorlijk idolaat van haar (en haar strijd voor de lhgbti+ belangen) zijn.  Als Jennifer klaar is (fijne stem, beetje flauwe nummers) vertrekken alle aanhangers van Jennifer en blijft er een kleine 40 man/vrouw over. Het winnen van de Voice is net als Nederland dus geen enkele garantie op enorm succes. En eigenlijk laat Sawyer in 90 minuten precies zien waarom het bijna altijd mis gaat met Voice-winnaars. Hij heeft een fantastisch flexibele stem met veel blues/soul, speelt weergaloos fingerpicking gitaar, heeft een lekker band (met een heel erg fijne drummer).......maar de liedjes....allemaal (op 2 of 3 na) net niet. Hij moet daarom zich net iets te veel aanstellen in zijn zang om het echt te laten lijken. Maar hé, wie ben ik....hij heeft wel de Voice gewone (en Pharell heeft hem gecoached). Maar leuke avond was het wel.

    En dan nog één Voice.....mijn schone kleren zijn op. Ik heb nog één broek, één paar sokken, één onderbroek schoon. Het laatste schone shirt wat ik heb kocht ik in Madison, na het concert van DE stem van deze vakantie......mijn eigen rode shirt van Mavis.....Mavis Staples....de schat....luister vooral naar haar "The Voice".

    Dit was de laatste. Was weer leuk om elke dag mijn samenvatting van de dag met jullie te delen. Tot snel.

    Bertjan
    Read more

    Trip end
    August 6, 2022