A 22-day adventure by Arjan, Jente, Ian and 2 others Read more
  • 23footprints
  • 10countries
  • 22days
  • 253photos
  • 10videos
  • 10.0kkilometers
  • Day 11

    Dag 11: een stortvloed aan ervaringen

    July 25, 2023 in Turkey ⋅ ⛅ 23 °C

    Na vertrek uit Van, waar onze auto gelukkig nog met alle onderdelen op de sketchy parkeerplek stond, reed Partyzani richting Mount Ararat. Dit is een berg van 5 km hoog, waar volgens de Bijbel de Ark van Noach gestrand zou moeten zijn. Deze weg bracht ons vlak langs de grens met Iran, waar we een paar keer onze paspoorten mochten laten zien bij militaire checkpoints.

    Allereerst bezochten we een oud paleis van İshak Paşa waar ooit een lokale chef met zijn harem kon wonen. Volgens een paar Turkse Belgen die we tegenkwamen, was dit huis een geschenk van een andere lokale chef, en heeft de ontvanger van het cadeau slechts vijf dagen in het huis doorgebracht. Zonde, want het huis was prachtig!

    Vanuit de verte zag Mount Ararat er prachtig uit! Toen we dichterbij kwamen, schoof er echter een wolk voor. Zul je net zien. We besloten een klein bergweggetje op te rijden om beter uitzicht te krijgen. Flink wat haarspeldbochten op een grindweggetje later stonden we bovenop de berg in een piepklein afgelegen dorpje, waar het uitzicht schitterend was! Als kers op de taart schoven de wolken iets aan de kant, waardoor we de top van Ararat net konden zien.

    Vervolgens reed Zaffie verder naar Anı, een mooie ruïne aan de grens met Armenië. Het ticket office was al gesloten, maar de ruïne was nog open. Hierop besloten wij dat de toegang gratis was voor ons en genoten we van de ruïne en het uitzicht over Armenië.

    Hierna vervolgden we onze reis naar de eindbestemming Kars. Op weg naar Kars zagen we apocalyptische onweerswolken voor ons, gecombineerd met het rode licht van de zonsondergang. Een surrealistisch uitzicht. Eenmaal aangekomen in Kars begrepen we waarom het verhaal van de Ark van Noach hier afspeelt: we reden recht de zondvloed in. In een paar minuten lag er een paar centimeter water op straat, en vluchtten wij een Cağ Kebab restautant in.

    Het menu was simpel, er is namelijk maar één gerecht: Cağ Kebab. Je krijgt salade, brood, knoflooksaus en een spies Cağ Kebab. Is de spies op, krijg je een nieuwe spies. Dit gaat door totdat je stop zegt. Met Duitse efficiëntie werden we volgepropt door de kebabmeister van Kars. Deze kebab was de meest goddelijke kebab tot nu toe!

    Verzadigd ging Partyzani naar het hotel, klaar om morgen de grens met Georgië over te steken!

    Hoşça kalın
    I


    After leaving Van, where our car fortunately remained intact with all its parts in the sketchy parking spot, Partyzani drove towards Mount Ararat. This is a 5 km high mountain where, according to the Bible, Noah's Ark was supposed to have stranded. This road took us close to the border with Iran, where we had to show our passports at military checkpoints a few times.

    First, we visited an ancient palace of İshak Paşa, where a local chief could once reside with his harem. According to some Turkish Belgians we met, this house was a gift from another local chief, and the recipient of the gift only spent five days in the house. It was a pity because the house was magnificent!

    Mount Ararat looked beautiful from a distance! However, as we got closer, a cloud moved in front of it. Just our luck. We decided to take a small mountain road to get a better view. After navigating numerous hairpin bends on a gravel road, we found ourselves on top of the mountain in a tiny remote village, where the view was breathtaking! As a cherry on top, the clouds shifted slightly, allowing us to catch a glimpse of the peak of Ararat.

    Next, Zaffie continued driving towards Anı, a beautiful ruin located near the border with Armenia. The ticket office was already closed, but the ruin was still open. We decided that the entrance was free for us and enjoyed exploring the ruins and the view over Armenia.

    After that, we continued our journey to the final destination, Kars. On the way to Kars, we saw apocalyptic thunderclouds ahead, combined with the red light of the sunset. A surreal view. Once we arrived in Kars, we understood why the story of Noah's Ark is set here: we drove straight into the flood. In just a few minutes, there were a few centimeters of water on the streets, and we sought refuge in a Cağ Kebab restaurant.

    The menu was simple, as there was only one dish: Cağ Kebab. You get salad, bread, garlic sauce, and a skewer of Cağ Kebab. When the skewer is finished, you get a new one. This goes on until you say stop. With German efficiency, we were stuffed by the kebab master of Kars. This kebab was the most divine kebab we had ever tasted!

    Satisfied, Partyzani headed to the hotel, ready to cross the border with Georgia tomorrow!

    Hoşça kalın
    I
    Read more

  • Day 12

    Dag 12: Band met de Turken

    July 26, 2023 in Georgia ⋅ 🌙 21 °C

    English below, thanks to ChatGPT with some human help.

    Waar Kars er gisteren in de regen verdrietig bij lag, was het vanochtend vooral het hotel waar dat voor gold. Het is altijd gokken wat je aantreft, en vandaag waren het het uitzicht direct op een muur, een kapotte lift, een kaartje dat de lampen soms wel en soms niet aandeed en een beloofde maar niet aanwezige airco die streden om de kroon van teleurstelling. Snel wat oploskoffie naar binnen gieten dus en daarna kijken of de auto nog niet is weggespoeld. Kars bleek er bij daglicht een stuk gezelliger uit te zien en we vonden Zaffie dan ook intact terug op de plek waar we haar gisteravond achter hadden gelaten. Spullen inpakken, babbeltje maken met een paar andere rallyrijders die blijkbaar iets verderop in een aanzienlijk beter hotel hadden geslapen en de rit van de dag kon starten. Doel: bee-linen naar de grens, Georgië in en op tijd op de ontmoetingsplek aankomen. Het is en blijft een Duitse rally, dus als zij zeggen dat er om 7 uur gegeten wordt, staat het eten ook stipt om 7 uur op tafel, geen minuut eerder, geen minuut later.

    Tot nu toe zijn we behoorlijk onder de indruk van de wegen in Turkije. Het asfalt is over het algemeen van hele goede kwaliteit en vrijwel overal ligt een baan te veel in beide richtingen. Niet mooi, wel functioneel als je een rally aan het rijden bent. Ook niet mooi zijn de losse stenen en ander puin dat soms op de wegen ligt. Bij een tankstation aardig in de richting van Georgië viel het opeens op dat Zaffie de schouders een beetje liet hangen en inmiddels moe leek te zijn van de reis tot zover. Begrijpelijk, maar niet iets dat een auto, hoe gepersonificeerd ook, zou moeten doen. De oorzaak bleek te liggen in een platte band rechtsvoor. Zul je net zien. De tactiek van met z'n allen naar het probleem staren totdat het zichzelf oplost ging in dit geval niet werken... Of toch wel? Tijdens het staren stopte een Turkse man naast ons, die direct doorhad dat het niet goed was. Als je drie Turken aanspreekt is er immers sowieso eentje automonteur, en misschien zelfs twee. Heftig gebarend maakte hij duidelijk dat we hem moesten volgen. Wij achter hem aan, ongeveer een kilometer rijden, een dorpje in, naar een garage toe. Voordat we goed en wel uitgestapt zijn, staat de auto al op een krik, is het wiel eraf en staat een van de mannen van de garage de band in te smeren met schuim. Gat gevonden, schroef eruit, plug erin en het wiel kan weer onder de auto. Totale tijdspanne van diagnose tot opnieuw rijklaar: een klein kwartier. Fantastische gastvrijheid, een paar nieuwe instavrienden rijker en afsluiten met een kopje çay. Daar kan de ANWB nog een puntje aan zuigen.

    Nog een klein stukje door de bergen en tegen de horizon doemt de grens met Georgië op. Erik wordt uitgelachen om z'n paspoort dat ooit in een wasje mee is gedraaid, er wordt heftig gediscussieerd over het witte A6'je met stempels dat bij mijn ID kaart zit en de grenswacht vraagt zich hardop af hoe we zelf vinden dat het gaat. Uitstekende vraag, die stellen we onszelf regelmatig. Bij de douane mogen de dakkoffers nog even leeg op de grond, anders kan de drugshond er niet bij. We komen per slot van rekening uit Nederland, dus moet de auto wel afgeladen zijn met wiet en coke, aldus de beambte. Hij zegt het met een lach op zijn gezicht en wil voor onze fictieve roadtrippunten graag een handtekening op de auto zetten. Uurtje verloren, inpakken en wegwezen.

    Het landschap in Georgië is een stuk groener en afwisselender dan het inmiddels monotone zwart en bruin van asfalt tussen zandvlaktes en bergen in Turkije. Er is veel meer groen, er zijn meertjes en kuilen met daarin nog meer kuilen om iedereen bij de les te houden. Van de taal en het schrift is zo mogelijk nog minder te volgen dan van het Turks. Zoek het georgische alfabet maar eens op, dan snap je waar ik het over heb. Hier en daar is met behulp van de kleurstelling en opmaak nog wel wat bekends te ontdekken, maar de rest is abracadabra. Tijdens een 'korte' stop wordt geprobeerd een simkaart te regelen, en Georgië blinkt direct uit in zijn skeerheid, daar er in het zaakje geen paperclips beschikbaar zijn om je zojuist gekochte simkaart ook daadwerkelijk in je telefoon te stoppen. Ondertussen kunnen we aan de overkant wel contactloos afrekenen bij Dunkin' Donuts. Heerlijk. Hoe vat men, concluderend, Georgië dan samen in één woord? Het is een nauw evenwicht tussen skeer en heerlijk, dus dan zal skeerlijk wel de juiste term zijn.

    Na dit alles bleek er nog een kleine 10 minuten over om over een rotspad naar de camping van bestemming te rijden. Wanneer we het veld opdraaien wordt er, precies om 7 uur, omgeroepen dat het eten klaar staat. Er volgt een gezellige avond waarin er bijgepraat wordt met de andere teams, een potje geschaakt wordt tegen het andere Nederlandse team en er een klein feestje wordt gevierd, uiteraard afgesloten met Disko Partizani. Vanaf daar horizontaal het tentje in, een veel te vroege ochtendzon tegemoet.

    დროებით,
    M

    ------------------------------

    Where Kars lay sadly in the rain yesterday, this morning it was mainly the hotel that was the cause of sadness. It's always a gamble what you'll encounter, and today it was a view directly facing a wall, a broken elevator, a card that sometimes turned the lights on and off, and a promised but absent air conditioning, all competing for the crown of disappointment. So, we quickly gulped down some instant coffee and then checked if the car hadn't been washed away. In daylight, Kars looked much more pleasant, and we found Zaffie intact in the spot where we had left her last night. Packing our stuff, chatting with a few other rally drivers who apparently stayed at a considerably better hotel nearby, and the day's journey could begin. Destination: making a beeline for the border, entering Georgia, and arriving at the meeting point on time. This is a German rally, so when they say dinner is at 7 o'clock, the food is on the table exactly at 7 o'clock, not a minute earlier or later.

    So far, we've been quite impressed with the roads in Turkey. The asphalt is generally of excellent quality, and there's almost always an extra lane in both directions. Not beautiful, but very functional when you're on a rally. Also not beautiful are the loose stones and debris sometimes found on the roads. At a gas station somewhere close to Georgia, we suddenly noticed that Zaffie seemed a bit weary and tired from the journey so far. Understandable, but not something a car, no matter how personified, should do. The cause turned out to be a flat tire on the front right side. Of course, when you stare at a problem with all your might, it won't magically fix itself... Or will it? While we were staring, a Turkish man pulled up next to us, immediately realizing that something was wrong. If you approach three Turks, at least one of them will be a car mechanic, and maybe even two. With vigorous gestures, he made it clear that we should follow him. So, we followed him for about a kilometer, driving into a village, and ending up at a garage. Before we even had a chance to properly step out of the car, it was already jacked up, the wheel was taken off, and one of the garage's men was smearing foam on the tire. He found the hole, removed the screw, plugged it, and put the wheel back on the car. Total time from diagnosis to roadworthy again: a mere fifteen minutes. Fantastic hospitality, a few new Insta-friends, and ending it all with a cup of çay (tea). The ANWB (Dutch road assistance) could learn a thing or two from them.

    A short drive through the mountains, and the border with Georgia looms on the horizon. Erik gets teased about his passport that once went through a washing machine, there's a heated discussion about the white A6 card that comes with my ID card, and the border guard openly wonders how we think the journey is going. An excellent question, one we ask ourselves regularly. At customs, the roof boxes are emptied onto the ground so the drug dog can check them. After all, we come from the Netherlands, so our car must be loaded with weed and coke, according to the officer. He says it with a smile on his face and is eager to put a signature on our car for our fictional road trip points. An hour lost, time to pack up and get going.

    The landscape in Georgia is much greener and more diverse than the monotonous black and brown asphalt between sand plains and mountains in Turkey. There's a lot more greenery, lakes, and pits with even more pits to keep everyone on their toes. Understanding the language and the script is even more challenging than Turkish. Try looking up the Georgian alphabet, and you'll see what I mean. Here and there, with the help of color and layout, you might recognize something familiar, but the rest is abracadabra. During a 'short' stop, an attempt is made to get a SIM card, and Georgia immediately excels in being broke, as the store lacks paperclips to insert the newly bought SIM card into your phone. In the meantime, we can pay contactlessly at Dunkin' Donuts across the street. Lovely. So, in conclusion, how would we sum up Georgia in one word? It's a delicate balance between broke and lovely, so "skeerly" might be the right term.

    After all that, there was still about 10 minutes left to drive on a rocky path to the destination camping site. As we enter the field, exactly at 7 o'clock, it is announced that dinner is ready. The evening becomes enjoyable as we catch up with the other teams, play a game of chess against the other Dutch team, and have a little party, ending with Disko Partizani. From there, we crawl into the tent, preparing to face the too-early morning sun.

    დროებით,
    M
    Read more

  • Day 13

    Dag 13: Chilldagje in Tbilisi

    July 27, 2023 in Georgia ⋅ 🌙 27 °C

    English below

    Uiteraard, zoals dat gaat op campings, werden we vandaag voor dag en dauw onze tent uit gebrand, wat er in combinatie met het feestje van gisteravond voor zorgde dat we met kleine oogjes aan het ontbijt zaten. We kregen flink de tijd om de slaap uit onze ogen te wrijven, want het ontbijt liet best een tijdje op zich wachten. Gelukkig gaf dat ons mooi de gelegenheid wat bij te kletsen met een aantal Duitsers, die de route van de rally geheel op de motor afleggen, waar we, gezien de grote afstanden, op z'n minst dan enige bewondering voor moeten hebben.

    Het routeboek gaf ons een vrij duidelijk doel mee vandaag: vrij geparafraseerd stond er dat we een keiharde chillsessie moesten gooien in Tbilisi. Dus, na het inpakken van al onze kampeerspullen navigeerden we tussen de gaten in de weg, loslopende koeien, bumperloze auto's en extreem chaotische verkeerssituaties door in de richting van ons appartementje in het oude centrum van Tbilisi. Vraag ons gerust om het concept van een afslag naar links via een Georgische U-bochtconstructie eens uit te tekenen, wanneer we weer terug in Nederland zijn.

    Na een klein halfuurtje te zijn bijgekomen in het appartementje was het tijd om de stad wat te gaan verkennen. Het eerste dat direct opviel was dat de stad verrassend Europees aanvoelt: smalle straatjes kronkelen tussen felgekleurde huisjes door, hoewel gezegd moet worden dat deze niet allemaal in even goede staat zijn. Tegelijkertijd zijn de gevels, stoepranden en muurtjes gevuld met graffiti die uitsluitend pro-Europees, pro-Oekraïens en anti-Russisch is, waarmee Tbilisi ook wel de Berlijn van de Kaukasus wordt genoemd. Het enige in het oog springende dat direct weggeeft dat we toch vrij ver van het Europese vasteland verwijderd zijn, zijn de gekke vermicellitekens van het Georgische schrift die ons tevergeefs probeerden bij de vele winkeltjes en restaurantjes naar binnen te lokken.

    Na een korte wandeling door het oude centrum, langs de oever van de Mtvari en over de peace bridge, namen we het beroemde kabelbaantje dat ons naar een fort toe bracht dat hoog op de berg boven de stad uittorent. Daarna bezochten Ian en ik de botanische tuin, waar ondanks dat we op een steenworp afstand van het bruisende stadscentrum waren, de grote waterval ons het gevoel gaf dat we ons diep in een natuurgebied bevonden.

    's Avonds gingen we naar een typisch Georgisch restaurant om ons te verzadigen met traditionele lokale gerechten, en niet te vergeten de oranje wijn waar Georgië bekend om staat. Tot slot hebben Ian en ik nog een avondwandeling gemaakt naar de kathedraal van Tbilisi, het centrum van de Georgisch Orthodoxe kerk. Vanaf daar heeft men uitzicht over de stad en de groene berghellingen van de omliggende kloof. Onderweg kwamen we een aantal straatmuzikanten tegen, en het viel op dat ze allemaal uitsluitend westerse muziek speelden, een schril contrast met de gebedsoproepen uit de Turkse minaretten waar we de afgelopen dagen zo aan gewend zijn geraakt.

    Het moge duidelijk zijn dat Tbilisi een betoverende indruk heeft achtergelaten, en dat we iedereen kunnen aanraden het een keertje te bekijken! Maar morgen hebben we weer een verre rit voor de boeg, dus tijd om dit keer wel een goede nachtrust te pakken.

    Ნახვამდის,
    A

    Day 13: Chill day in Tbilisi

    Of course, as it happens on camp sites, the sun burned us out of our tents way too early this morning, what in combination with the party last night ensured that we showed up at breakfast quite sleepy. We were given quite some time to rub the sleep out of our eyes as the breakfast was quite slow. Furtunately that allowed us to catch up with some Germans that are doing the rally completely on motorcycles, whom, given the large distances, we must admire at least a little bit.

    The road book gave us a straighforward task today: freely paraphrased it told us to have a proper chill session in Tbilisi. So, after packing all our camping gear, we navigated through holes in the road, stray cows, bumperless cars and extremely chaotic traffic situations, towards our appartment in the old city center of Tbilisi. Feel free to ask us to draw the left turn via a Georgian U-turn construction once we made it back to the Netherlands.

    After recovering for half an hour in the appartment, it was time to explore the city. The first thing that stood out immediately was that the city feels surprisingly European: small streets wind through an area of colorful houses, even though not all of them are in great condition. At the same time façades, curbs and walls are filled with graffiti that are exclusively pro-European, pro-Ukrainian and anti-Russian, which gives Tbilisi the nickname the Berlin of the Caucasus. The only notable thing that immediately gives away that we are far away from mainland Europe are the vermicelli letters of the Georgian script that tried in vain to persuade us to enter the many shops and restaurants in town.

    After a small walk through the old center, along the banks of the river Mtvari, and across the Peace Bridge, we took the famous fernicular that took us to a fortress high above the city. Afterwards, Ian and me visited the botanical garden, where, even though we were a stone's throw away from the bustling city center, the big cascade made us feel like we were in the middle of a big nature reserve.

    In the evening we went to a typical Georgian restaurant to have some traditional local dishes, and not to forget the orange wine that Georgia is known for. To cap off the day, Ian and me made an evening walk to the cathedral of Tbilisi, the center of the Georgian orthodox church. From there, one has a view over the city, as well as the green mountain sides of the surrounding gorge. Along the way, we passed some street musicians, all of whom played exclusively western music, a stark contrast with the calls for prayers from the Turk minarets we had grown accustomed to over the past few days.

    It can be concluded that Tbilisi left a magical impression on us, and we can recommend everyone to go and pay it a visit! But tomorrow we have a long ride ahead, so this time we hope to catch some well-deserved night's rest.

    Ნახვამდის,
    A
    Read more

  • Day 14

    Dag 14: Gegokt en verloren

    July 28, 2023 in Georgia ⋅ ☁️ 21 °C

    English below courtesy of ChatGPT

    Na een lange nacht in ons prachtige apartement, sta ik met mijn slaperige ogen naar de Garmin te staren en zie dat ik maar liefst 10 uur en 30 minuten heb geslapen! Een welkome afwisseling voor mensen die niet zoals Ian bol staan van de jeugdige energie. We besluiten de relaxte sfeer nog even door te zetten met een ontbijt bij een lokaal tentje. Na een net iets te lange discussie over het Nederlandse drugsbeleid besluiten we de hort op te gaan. Doel van de dag: de pittoreske kustplaats en #2 stad van Georgië: Batoemi.

    De bijzondere mix van moderne en klassieke bouw maakt plaats voor de prachtige Georgische snelweg. Batoemi ligt letterlijk aan de andere kant van het land dus we hebben gekozen voor de befaamde "snelweg met wat korte uitstapjes"-strategie. Eerste stop, de grotwoningen van უფლისციხე (Voor de niet vermicellimachtigen ook wel "uplistsikhe"). Om de 10 punten van de dag binnen te halen schieten we snel een foto van Zaffie d'r kruissleutel in de pre-ijzertijd woning, de ironie van de opdracht ontgaat ons niet. Als de kruissleutel weer langs de beveiliging van het park gesmokkeld is, laat een combinatie van enthousiasme door het succesvol behalen van de opdracht en een ontdeugend windvlaagje de deur tegen een naburig geparkeerde witte sedan knallen. Geen schade, niks aan de hand. Totdat de eigenaar zich toch bedenkt en wijzend naar een aantal strepen op de deur graag 100 Lari (€35) ziet, wat een larikoek! Na een korte discussie waarbij de eigenaar nadat wij het woord insurance noemen opeens geen Engels meer spreekt, druipt de eigenaar af en vervolgen wij onze weg met alle laries nog in de zak.

    Volgende stop, ჭიათურა (Chiatura). Deze stad laat zich kenmerken door zijn unieke transportmethode. Het lokale vervoer binnen de stad is namelijk sinds 1950 geregeld met kabelbanen, je weet wel van die skiliften. Druk fantaserend over het oude Sovjet stadje met bijbehorende roestende kabelbanen dat we gaan aantreffen rijden we de bergweggetjes door. Arjan durft die karretjes wel in "De locals doen het toch ook, dus zo gevaarlijk zal het wel niet zijn". Via andere rally teams horen we, terwijl het langzaam begint te regenen, dat er grote kans is dat de kabelbanen gesloten zijn wegens stroomstoring. Ondertussen halverwege rijden we door naar het plaatsje. Onderweg zien we een soort erts transporterend kabelbaantje hoog boven ons bewegen, yes! Wat kronkelen later komen we aan bij het hoofdstation van Chiatura. Teleurstelling bekruipt ons als er geen kip te bekennen is, de karretjes toch stil staan, en de karretjes ook nog wat moderner lijken dan gedacht. Jente weet ons na een google te vertellen dat in 2020 de kabelbanen vervangen zijn door 4 spiksplinternieuwe kabelbanen. Jammer van dat uurtje kronkelen wel. We besluiten nog maar een bakkie te doen in Café Paris, daar treffen we zowaar een dame recht uit de Sovjet tijd met bijbehorende norse blik die ons zonder een woord de cappuccinos op tafel zet. Weetje van de dag: in Rusland wordt glimlachen naar iemand die je niet kent gezien als een teken van geestesziekte of inferieur IQ. De vrouw moet wat gedacht hebben..

    Op naar wat het nieuwe hoogtepunt van de dag moet worden: კაცხის სვეტი (de kolom van Kathski) een 40 meter hoge monoliet met op het topje een kerk. Lang verhaal kort, de enigszins twijfelachtige metalen ladder blijkt niet te mogen worden beklommen en vanaf grond niveau kan je niet bar veel zien van een kerkje op een 40 meter hoge monoliet.. Gelukkig begon het net met pijpenstelen uit de lucht te vallen, goeie combi harde regen en een bergweg!

    De bergpas overleefd zetten we de laatste bee-line naar Batoemi in. Gelukkig had de Chinese overheid net besloten om wat geld te investeren in het georgische wegennetwerk. Dus we krijgen maar liefst 4 keer de kans om de snelweg enigzins geforceerd te verlaten voor een omleiding over beperkt geasfalteerde wegen. Precies waar we op zaten te wachten. Nog een koude burger bij een fastfoodtentje later rijden we batoemi binnen. We worden gegroet door en breed scala aan neon lampen die een stad in perpetual gridlock verlichten. Zoals we van De Grote Podcastlas (luistertip) hebben geleerd is Georgië een land met significante hoogte verschillen, 5000+ meter, maar dat we in zo'n diep dal uit zouden komen hadden we niet verwacht. De belabberde poging om Las Vegas na te bouwen met een combinatie van nachtclubs, casino's en te dure hotels staat in schel contrast met de omliggende dorpen waar betonnen hutten en zandwegen de norm zijn. Zelfs als westerse toerist voel ik me niet op mijn plek in dit stukje verdrietig uit de hand gelopen kapitalisme. Na een uur zoeken en rondvragen naar ons hotel kloppen we aan op een kamer op de 16de verdieping van een 50 verdiepingen hoog gebouw. Een Russische dame die van de hotelkamer een soort kantoortje heeft gemaakt met een bed dat ze deelt met haar dochter (?) geeft ons na wat gebrekkig engels overleg twee keycards. We krijgen sterk het idee dat een groot deel van de "hotel" kamers permanent bewoond worden door de locals. Prima kamers verder, wel jammer dat het uitzicht zich beperkt tot het gebouw 50 meter verderop. Als we naar beneden kijken worden we gegroet door de recent gelegde fundering van de volgende karakterloze toeristenopslaglocatie.

    Ondertussen vinden Matthias en Arjan op een kilometer afstand een plek voor de auto op een rijbaan die de lokale bevolking heeft omgedoopt tot parkeerplaats. Afgepeigerd verslepen ze de broodnodige bagage richting het hotel, door wat miscommunicatie komen ze bij blok c van het hotel terwijl blok a onze kamer huist, ja 3 blokken van 50 verdiepingen met 60+ kamers per verdieping is één hotel van de 50+ in Batoemi, we zijn lekker ondergedompeld in het massatoerisme. Door toch nog goed gebruik van de 3 georgische simkaarten weten we elkaar terug te vinden.

    Gezien de beperkte maaltijd eindigen we de dag geheel in stijl met de stad nog maar even bij de goudgele bogen. En als klap op de vuurpijl worden we, zodra we ons eten hebben, de zondvloed ingestuurd omdat de mac gaat sluiten. We kunnen alleen hopen dat de zondvloed van bijbelse proporties is, wij zitten immers zeer hoog en droog.

    ტკბილი ძილი,
    E

    --- English ---
    After a long night in our beautiful apartment, I stand with my sleepy eyes looking at the Garmin and see that I've slept a whopping 10 hours and 30 minutes! A welcome change for us people who aren't bulking of youthful energy like Ian. We decide to continue the relaxed atmosphere with breakfast at a local place. After a slightly too long discussion about Dutch drug policy, we set off on our way to the picturesque coastal town and #2 city in Georgia: Batumi.

    The unique mix of modern and classical architecture gives way to the beautiful Georgian highway. Batumi is literally on the other side of the country, so we opted for the famous "highway with short detours" strategy. First stop, the cave dwellings of Uplistsikhe. To score 10 points for the day, we quickly take a photo of Zaffie's wrench in the pre-Iron Age dwelling, the irony of the task not lost on us. After smuggling the wrench back past the park security, a combination of excitement from successfully completing the task and a mischievous gust of wind causes the door to slam into a neighboring parked white sedan. No damage, no problem. Until the owner decides otherwise and points to some scratches on the door, demanding 100 Lari (€35) – what a ridiculous claim! After a short discussion, during which the owner suddenly forgets English when we mention insurance, he walks away, and we continue on our way with all the Lari still in our pockets.

    Next stop, Chiatura. This city is characterized by its unique transport method – cable cars, like ski lifts, have been used for local transportation within the city since 1950. As we drive through the mountain roads, imagining the old Soviet town with its rusty cable cars that we expect to find, we hear from other rally teams that there's a good chance the cable cars are closed due to a power outage. Nevertheless, we continue on to the town. Along the way, we see a cable car transporting some kind of ore high above us – yes! After a few more twists and turns, we arrive at the main station of Chiatura. To our disappointment, there's no one around, the cable cars are indeed idle, and they look more modern than we had thought. Jente informs us after a quick Google search that the cable cars were replaced by four brand-new ones in 2020. Oh well, at least we had an hour of winding driving. We decide to have a coffee in Café Paris, where we encounter a lady straight from the Soviet era, complete with a stern look, who places the cappuccinos on the table without saying a word. Fun fact of the day: in Russia, smiling at someone you don't know is considered a sign of mental illness or low IQ. The woman must have though us to be maniacs...

    On to what should be the new highlight of the day: the pillar of Katskhi, a 40-meter high monolith with a church on top. Long story short, the somewhat dubious metal ladder turns out to be off-limits for climbing, and from ground level, you can't see much of a church on top of a 40-meter high monolith anyway... To add to the disappointment, it starts pouring rain. The perfect combination of heavy rain and a mountain road!

    Having survived the mountain pass, we head straight to Batumi. Fortunately, the Chinese government had recently decided to invest in the Georgian road network, so we get the chance to exit the highway four times for detours on poorly asphalted roads. Just what we were hoping for. After a cold burger at a fast-food joint, we enter Batumi. We are greeted by a wide range of neon lights illuminating a city in perpetual gridlock. As we learned from De Grote Podcastlas (a listening tip), Georgia is a country with significant altitude differences, 5000+ meters, but we didn't expect to end up in such a place that was so low. The horrible attempt to recreate Las Vegas with a combination of nightclubs, casinos, and overpriced hotels starkly contrasts with the surrounding villages where concrete huts and dirt roads are the norm. Even as Western tourists, we don't feel at home in this sad piece of runaway capitalism. After an hour of searching and asking for directions to our hotel, we finally knock on the door of a room on the 16th floor of a 50-story building. A Russian lady has turned the hotel room into a kind of office space, sharing the bed with her daughter (?) She communicates with us in broken English and hands us two keycards. We get the strong impression that a significant portion of the "hotel" rooms are permanently occupied by locals. The rooms are decent, but it's a shame that the view is limited to the building 50 meters away. When we look down, we see the recently laid foundation of the next characterless tourist destination.

    Meanwhile, Matthias and Arjan find a place to park the car about a kilometer away, on a lane that the locals have turned into a parking lot. Exhausted, they drag the much-needed luggage towards the hotel, but due to a miscommunication, they end up at block C of the hotel while block A houses our room. Yes, three blocks of 50 stories with 60+ rooms per floor make up one hotel out of the 50+ hotels in Batumi – we're fully immersed in mass tourism. Thankfully, we manage to find each other again by making good use of the three Georgian SIM cards we obtained on day 12.

    Given the limited dinner, we end the day fittingly by visiting the golden arches. And to top it off, just as we receive our food, we are caught in a downpour because the McDonald's is closing. Let's hope it's a biblical flood, atleast we're sitting high and dry.

    ტკბილი ძილი,
    E
    Read more

  • Day 15

    Dag 15: Gemiste kans

    July 29, 2023 in Turkey ⋅ ☁️ 20 °C

    Helaas blijkt bij het ontwaken dat we ons nog op precies dezelfde plek bevinden als waar we gisteravond waren gaan slapen. Dat is op zichzelf niet echt een verrassing, maar in ieder geval wel teleurstellend. Een blik uit het raam leert dat onze lieve Heer vannacht ook niet heeft besloten het verhaal van Noach te herhalen en dit gokparadijs in zee te storten. Een opluchting, maar in zekere zin ook weer een teleurstelling. De straten zijn in ieder geval een stuk leger dan de avond ervoor, wat maakt dat we dit Sodom en Gomorrha snel achter ons kunnen laten.

    Vanaf Batoemi is het niet ver naar de grens met Turkije, het eerste mijlpaaltje dat we hopen te slaan voor de reis van vandaag. Vanwege redenen moeten de vier passagiers hier lopend over de grens, terwijl de bestuurder de grens met de auto passeert. Het ruime uur dat we nodig hebben om de grens te passeren, winnen we direct terug doordat de klok een uurtje achteruit gaat. Vlak na de grens klinkt achter ons een vertrouwd gerommel en materialiseert een bekende Volvo in de achteruitkijkspiegel. We zijn toch vroeg vandaag, dus een uitgebreid ontbijt met onze Utrechtse maten kan er wel vanaf. Zij blijken in Tbilisi een berg Sovjetposters, -boeken en -handleidingen te hebben gekocht. Toch leuk om een keer door de grootste nachtmerrie van je bachelor (Аэродинамика / Aerodynamica) te bladeren in een vreemde taal. De formules worden er overigens niet makkelijk of moeilijker van. Onze vrienden hadden dezelfde conclusie getrokken over Batumi en hadden daarom vandaag besloten ook vroeg te vertrekken, wat een toeval.

    Bijgepraat op weg proberen we de zon voor te blijven. We stoppen vandaag nog om een moskee te bekijken in Trabzon en we bereiken grote hoogtes met het bezoeken van het Sümelaklooster, half uitgehouwen uit een berg. Best een gaaf klooster, ware het niet dat het blijkbaar best een toeristische trekpleister is en dat het nogal mistig en regenachtig is. Sta je dus wederom in de drukte, en nu ook nog nat, net jammer. Ook de dagopdracht valt daarmee in het water: het lukt niet om zowel de auto als het klooster in één foto te vatten. Gemiste kans. Tussen de wolken staan is dan altijd wel weer een bijzondere ervaring, die nooit gaat vervelen.

    De zon heeft ons al lang en breed ingehaald wanneer we stoppen in Vakfikebir voor de avondmaaltijd. Hier valt het ons op dat dit deel van Turkije toch welvarender lijkt te zijn dan de delen waar we eerder zijn geweest. Het terrasje langs het water lijkt in vormgeving op de overige terrasjes in het straatbeeld en er lijkt daadwerkelijk iemand over de indeling van deze straat te hebben nagedacht. Het stadje doet vrij westers aan, en er is ook meer groen te zien dan in midden-Turkije. Uiteraard mogen we de zaak niet verlaten zonder met de chef op de foto te gaan, om vervolgens het laatste stuk van de reis voort te zetten in het donker. De Zwarte Zee dient, net als de afgelopen en komende dag, als een waardevol kompas. Zolang ie rechts ligt, gaat het goed. In Perşembe bevindt zich de eindbestemming, waar Ar op de valreep de pot Hongaarse honing nog weet te ruilen voor 1 kg theebladeren.

    Eve gidiyorum,
    M
    Read more

  • Day 16

    Dag 16: Geknipt voor The Shining

    July 30, 2023 in Turkey ⋅ 🌙 14 °C

    English follows later

    Vanochtend ontwaakten we fris en fruitig in het fijne hotelletje in Perşembe dat ons voor de nacht onderdak had geboden. Een eenvoudig maar lekker ontbijtje later vervolgden we onze speedrun door Turkije westwaarts, met de Zwarte Zeekust trouw aan onze rechterhand.

    Vandaag besloten we om te beginnen met het gros van de afstand voor vandaag af te leggen, en dus maakten we gedurende de eerste pak 'm beet 400 kilometer slechts een lunchstop in een ietwat groot uitgevallen winkelcentrum in Samsun. Vanaf daar dirigeerde het roadbook ons verder landinwaarts door glooiend en ietwat kaler landschap.

    In de loop van de middag maakten we een stop in het plaatsje Tosya, een plaatsje met een klein oud centrumpje uit de Ottomaanse tijd dat bestond uit smalle straatjes tussen overhangende gebouwtjes door. Toen we daar doorheen wandelden deed zich de mogelijkheid voor om Matthias' diepste wens in vervulling te laten gaan: een echte onvervalste knip- en scheerbeurt bij een lokale Turkse kapper.

    Bij binnenkomst bleek dat twee Duitse deelnemers aan onze rally precies hetzelfde idee hadden gehad: eentje zat al in de stoel en werd inmiddels door de kapper onder handen genomen. Deze laatste sprak natuurlijk geen woord Engels, dus de Duitsers grapten dat zij voor de "surprise package" waren gegaan.

    Toen het de beurt aan Matthias was bleek de kapperszaak een waar familiebedrijf te zijn. Hüseyin, de grote baas, had zijn drie zonen in de kapperszaak uitgenodigd om een kijkje te komen nemen hoe deze drie Europeanen geknipt zouden werden. Ömer, de oudste van de drie en eveneens kapper, had ook de kleinzoon meegenomen, uiteraard kapper in wording. Met wat handen en voeten lukte het Matthias om uit te leggen wat er aan zijn kapsel en baard moest gebeuren, en, het moet gezegd worden, het resultaat mag er zijn hoor. Mocht je ooit in de buurt van Tosya zijn en net als Matt je woest-aantrekkelijke uiterlijk willen completeren met een goeie opskeer, dan kunnen we kapperszaak Pak Berber met klem aanraden. Hüseyin's telefoonnummer is op aanvraag bij ons beschikbaar.

    Terwijl Matthias geknipt werd, namen wij onze intrek in één van de lokale spelletjescafés van Tosya. Daar blijkt onder de Turkse boomers het spel "okey" de hype van het moment te zijn, kort door de bocht een variant op het ons wel bekende Rummikub. Zelf hebben we ons vermaakt met een paar rondes van het kaartspelletje The Crew, waar een lokale Turk geïnteresseerd probeerde te achterhalen hoe het werkte. Uiteraard hebben we bij het weggaan wederom al onze Turkstalige charmes in de strijd geworpen - teşekkürler, görüşürüz, güle güle, throwback naar Dag 7 voor de betekenis - en zoals gewoonlijk brachten die een brede glimlach op de gezichten van de locals in het café. Tot slot hebben we ons ook nog getrakteerd op een traditioneel Turkse maaltijd, waarvan we jullie de naam helaas schuldig moeten blijven omdat we hem met louter handgebaren uit de vitrine hebben besteld.

    Daarna was het de hoogste tijd ons te begeven naar de locatie waar we onze opdracht van de dag zouden kunnen vervullen: het maken van een kampvuur met stukken hout die ieder team aan het begin van de rally van de organisatie mee hebben gekregen. Gelukkig hadden een aantal andere teams al het voortouw genomen en een stel coördinaten in de gezamenlijke chat gedeeld. Na een bliksemsnel avontuur in Ilgaz om bier in te slaan voor bij het kampvuur, waar ons handen-en-voeten-Turks wederom van onmiskenbaar belang was, gingen we op weg naar de aangegeven locatie. Het weggetje daarnaartoe was ooit geasfalteerd geweest, maar daar was ook wel alles mee gezegd over het wegdek van deze kronkelende bergweg dwars door het beboste Noord Anatolische heuvellandschap. Aan het einde van de weg, echter, bevond zich de prachtigste wildkampeerplek die je je kan voorstellen: boven de boomgrens op een slordige 2000 meter hoogte, op een groene hoogvlakte, in het licht van de volle maan, naast een bergmeer en onder de kraakheldere sterrenhemel met nu en dan een vallende ster, stonden een tiental rallyteams gebroederlijk naast elkaar waaronder ook onze favoriete medereizigers uit Utrecht. Helaas waren we te laat voor het grote gezamenlijke kampvuur, maar gelukkig waren er genoeg rallygenoten die nog wel samen met ons wilden genieten van het met-bloed-zweet-en-tranen bemachtigde treetje Efes bier dat we hadden meegenomen. Met een klein bonuskampvuurtje werd onze dagopdracht toch nog succesvol afgesloten.

    Met deze prachtige plek in ons achterhoofd, en wensend dat we voldoende materieel hadden meegenomen om ook comfortabel te kunnen wildkamperen, daalden we af naar onze eindbestemming van vandaag: het Ilgaz Otel. De helft van het jaar fungeert dit vijf verdiepingen tellende hotel als skiresort, dus het was niet verrassend dat er in dit jaargetijde nog wel een kamertje vrij was voor ons. Toen we daar aankwamen, echter, was het gebouw volledig donker en leek het op een aantal iets te agressieve honden bij de ingang na ook volledig uitgestorven. Tot we bij een van de zijraampjes naar binnen keken en vier jongens van begin 20 zagen, die in de grote eetzaal beneden een feestje voor zichzelf aan het bouwen waren. Ze lieten ons in eerste instantie verbouwereerd het hotel binnen, maar toen we aangaven dat we een reservering hadden, werden we met een brede glimlach geholpen, en hadden we binnen no-time onze kamers toebedeeld gekregen.

    We hadden door de hele situatie wel sterk het gevoel gekregen dat wij de enige gasten in het gehele hotel waren, en de sleutels die bij vrijwel alle andere kamers aan de buitenkant van de deur zaten versterkten dat gevoel alleen maar. Het restaurant op de eerste verdieping was leeg en donker, en in de muisstille gangen konden we onze voetstappen horen op het zachte tapijt en gingen de TL-balken weer automatisch achter ons uit. Langzaamaan bekroop ons een onheilspellend gevoel, alsof we plotseling in de film The Shining terecht gekomen waren. In onze kamers schudden we dit gevoel van ons af, en maakten ons op voor een welverdiende nachtrust.

    İyi geceler,
    A
    Read more

  • Day 16

    Ondertussen...

    July 30, 2023 in Turkey ⋅ 🌙 14 °C

    Het ongemakkelijke gevoel dat ons bekroop bij het overnachten in het Ilgaz Otel verdient eigenlijk een eigen verhaal. Vandaar dit absoluut waargebeurde alternatieve einde aan het verslag van dag 16. Luister en huiver...

    Met de prachtige wildkampeerplek in ons achterhoofd, en wensend dat we voldoende materieel hadden meegenomen om ook comfortabel te kunnen wildkamperen, daalden we af naar onze eindbestemming van vandaag: het Ilgaz Otel. De helft van het jaar fungeert dit vijf verdiepingen tellende hotel als skiresort, dus het was niet verrassend dat er in dit jaargetijde nog wel een kamertje vrij was voor ons. De route naar het skiresort leidt ons de stad uit, tegen de berg op. Het eerst zo felle maanlicht dooft gaandeweg als het bladerdek boven ons steeds dikker wordt. Het zicht vermindert verder door een lichte, optrekkende mist. Langs de weg staan drie grote lichtmasten, waarvan er één aan en uit knippert. De schaduwen van de boomtoppen tekenen zich scherp af op het wegdek voor de auto. Na enige tijd breekt het bos voor de auto open en verschijnt een hoekig gebouw tegen een helling, met daarachter een brede, kale corridor tussen de bomen. Het hotel is donker en de parkeerplaats ervoor doet verlaten aan. Bij het opdraaien van het pleintje voor het hotel reflecteert het licht van de koplampen in een viertal sets ogen op verschillende hoogtes. Bij het uitstappen materialiseren vier zwerfhonden vanuit de mist. Ze blijven op een afstandje kijken hoe deze vreemdelingen dit verlaten oord onderzoeken. Het bord 'Ilgaz Otel' bevestigt dat dit inderdaad de rustplaats van team Partyzani is. Het grote bord is, net als de rest van de gevel, vrijwel onverlicht. Alleen het rode licht van een digitale klok die een aantal uur voorloopt vult het maanlicht aan.

    De enige andere bron van licht bevindt zich om de hoek van het gebouw: iets wat nog het beste lijkt op een café dat aan het hotel vast zit, waar in de winter vast tot diep in de nacht matige après-skimuziek wordt gedraaid. Door het raam zijn drie mannen van in de 20 te zien die zich prima lijken te vermaken met een drankje, muziek en een spelletje. Ian is inmiddels de auto ingejaagd door de roedel honden die in beweging is gekomen. Aan de zijkant van het gebouw weet Erik de aandacht te trekken van een van de mannen. De muziek stokt en het gelach houdt op, waarna de jongeman zich naar de zijdeur beweegt. Met wat handen-en-voetenwerk maken Erik en Jente duidelijk dat er gereserveerd is en dat het team graag in het hotel zou overnachten. Een net iets te brede glimlach verschijnt op het gezicht van de man en hij geeft aan dat hij 'little English' spreekt. Erik, Jente, Ar en Mattie volgen hem naar de lobby. Zijn vrienden draaien de muziek weer aan en een van hen kijkt wat argwanend wanneer ze hem passeren. De derde vriend is flink op zijn telefoon aan het typen. De reservering blijkt, zoals vaker deze vakantie, niet goed doorgekomen. Achter de balie zet de man een schakelaar om, waarmee de verlichting op de gevel onder elektrisch gebrom tot leven springt. Een net niet constante gloed van witte en blauwe tl-lampen verlicht de auto, waar het gezicht van Ian achter het raam van de passagiersdeur verschijnt. De honden zijn inmiddels nergens meer te bekennen.

    Terwijl Erik en Jente de reservering in orde maken, besluiten de andere twee de bagage te gaan pakken en Ian uit de auto te verlossen. Het gevoel bekruipt hen dat er verder niemand in het hotel aanwezig is, waarom zouden het ook in een ski-resort midden in de zomer? Er volgen wat grappen over The Shining en het licht verouderde interieur van het hotel. Vanuit de bosrand wordt geobserveerd hoe de tassen uit de auto gehaald worden en naar binnen worden gesleept. Binnen blijkt de man de reservering plotseling gevonden te hebben. Hij knikt goedkeurend bij het zien van de Nederlandse paspoorten. Erik en Mattie fantaseren ondertussen over het verkennen van het lege hotel en de geheimen die het herbergt. Mattie loopt richting de trap en vraagt zich hardop af of de speelhal zich misschien in de kelder bevindt. Op dat moment stapt de man achter de balie vandaan en gebaart hij dat ze mee kunnen lopen. De rekken met gevuld met koelboxen in de kelder zullen ze nooit te zien krijgen.

    Iedereen wordt in de lift geparkeerd om vervoerd te worden naar de bovenverdieping. De man zelf past er niet meer bij en neemt de trap. Rommelend en piepend komt de lift tot stilstand, waarna het net iets te lang duurt voordat de deuren daadwerkelijk opengaan. Een donkere hal met een aantal gangen tekent zich af. Het licht in de hal springt aan op het moment dat de man vanaf de trap de hal betreedt. Erik en Jente worden naar een kamer aan de westkant van het hotel geleid, waarin zich een opgemaakt tweepersoonsbed bevindt. De overige heren worden via een familiekamer naar een kamer met drie losse, eveneens opgemaakte bedden gebracht, ook aan de westkant van het hotel. De man groet hen en verdwijnt daarna weer in het trapgat. Erik komt polshoogte nemen bij de andere kamer, en uit dat hij zich niet echt op z'n gemak voelt. De automatische verlichting op de gangen is net iets te strak afgesteld, en schakelt de lichten net iets te snel weer uit. Het ongemakkelijke gevoel versterkt wanneer Mattie opmerkt dat de sleutels van de andere kamers gewoon in de deur zitten. Bij de meeste kamers tenminste. Een korte blik in een van de kamers leert dat ook hier de bedden netjes zijn opgemaakt. Aan het einde van de gang vinden ze een totaal verlaten restaurant, waarin de tafels en stoelen netjes geordend staan.

    Een paar verdiepingen lager hebben de Turkse mannen hun spelletje inmiddels achtergelaten. Ze voegen zich bij twee conciërges aan de oostkant van de onderverdieping. De conciërges staan een wit bestelbusje in te laden dat duidelijk betere tijden gekend heeft. Ze wisselen wat woorden en de de mannen van eerder nemen het werk over. De conciërges haasten zich naar binnen en verzamelen uit een schoonmaakkast latex handschoenen, een schort en gezichtsmaskers. Onderweg naar de lobby ontmoeten ze de baliemedewerker die net een bijl uit de brandkast heeft gepakt.

    Op de derde verdieping is de gang naar de oostkant van het hotel afgezet met een gelakt houten scherm. Erachter vinden de ongenode gasten een kamer die nog het meeste wegheeft van een bouwput. Er staan wat bedframes, de muren zijn niet af en er ligt gruis verspreid over de grond. De kamer ernaast blijkt een grote hoeveelheid kleding te bevatten: wintersportartikelen, maar ook broeken, truien en t-shirts. Jente oppert dat dit waarschijnlijk de gevonden voorwerpen zijn. De stapel is wel erg groot, maar wat zou het anders kunnen zijn? De nieuwsgierigheid is genoeg gekieteld en het team besluit op bed aan te sturen. Terloops maken Ian en Ar nog een grapje over wat er zich achter de afgesloten kamerdeuren zou kunnen bevinden. Er wordt gelachen en eenieder gaat naar zijn of haar eigen kamer. De operatietafel in de afgesloten kamer zullen ze nooit bewust met eigen ogen aanschouwen. Een klein 'weltrusten' later en het laatste licht in de kamers gaat uit.

    Op Google Reviews zijn bij het Ilgaz Otel vrijwel alleen vier- en vijfsterrenbeoordelingen te vinden. "We keken onze ogen uit!" en "Je gaat hier nooit meer weg!".

    Slaap zacht,
    M
    Read more

  • Day 17

    Dag 17: Inshallah

    July 31, 2023 in Turkey ⋅ ☀️ 27 °C

    Na een nacht in het lege hotel ging team Partyzani naar het ontbijt, waar de tafel al voor vijf mensen gedekt was en het ontbijt in rap tempo de keuken uitkwam. We aten, en checkten uit. Vlak voordat we weg wilden rijden, zei de receptionist ineens "willen jullie nog ziplinen"? Dat kan hier beneden! Hij zou zijn vrienden wel even bellen, en dan kregen wij een "special price". Over dat laatste punt waren we licht sceptisch, maar het leek ons erg leuk om die zipline af te gaan. Zo gezegd, zo gedaan.

    We reden naar beneden en inderdaad stonden er mensen op ons te wachten. We mochten allemaal op de weegschaal. Toen Matthias op de weegschaal stond, zei de zipline-meneer: "this is problem". Matthias was iets té kast, waardoor hij niet over de zipline mocht. Hij werd gepromoveerd tot fotograaf. In een pickup-truck, of beter gezegd óp een pickup-truck werden we naar boven gebracht, waarna we een voor een naar beneden gingen. Arjan ging als eerste, en zei voor vertrek: inshallah (als god het wil). De zipline-meneer lachte en liet Arjan vervolgens gaan. Alles ging erg gestroomlijnd en veilig: we waren duidelijk niet de eersten die dit deden. Na een bak koffie rekenden we af (onze special price kwam toevallig precies overeen met de prijs die op het raam aangegeven stond) en gingen we op pad naar het stadje Safranbolu.

    Safranbolu was een mooi stadje met oude Ottomaanse architectuur. In tegenstelling tot Tosya was de oude architectuur hier nog wel duidelijk zichtbaar. Na wat cultuur, köfte en souvenirs vertrokken we Safranbolu en reden we vol gas door.

    We reden we richting naar Çorlu, ten westen van Istanbul, om de volgende dag snel Griekenland in te kunnen. Onderweg stopten we slechts voor een poging om onze missende achterruitwisser te vervangen (die helaas mislukte omdat de gekochte ruitenwisser te lang was) en een diner bij een bijzonder zielloos wegrestaurant. Vervolgens bracht Zaffie ons over de brug terug in Europa, en daarna bij ons hotel. Met 700 km op de teller was het tijd om te gaan pitten.

    İyi akşamlar
    I

    After a night in the empty hotel, Team Partyzani went to breakfast, where the table was set for five people, and breakfast quickly came out of the kitchen. We ate and checked out. Just before we wanted to leave, the receptionist suddenly said, "Do you still want to go ziplining?" It's available right here! He would call his friends, and then we would get a "special price." We were a bit skeptical about that last point, but we thought it would be fun to try the zipline. So, we went for it.

    We drove down, and indeed, there were people waiting for us. We all had to weigh in. When Matthias stepped on the scale, the zipline guy said, "this is a problem." Matthias was a bit too heavy to go on the zipline. He was promoted to be the photographer instead. We were driven up in a pickup truck, or rather, on a pickup truck, and then we went down one by one. Arjan went first and said before departing: "inshallah" (if God wills). The zipline guy laughed and let Arjan go. Everything went smoothly and safely; it was clear we weren't the first ones to do this. After a cup of coffee, we paid (our special price coincidentally matched the price displayed on the window), and then we headed to the town of Safranbolu.

    Safranbolu was a beautiful town with old Ottoman architecture. Unlike Tosya, the old architecture was still clearly visible here. After exploring some culture, köfte, and buying souvenirs, we left Safranbolu and drove at full speed.

    We headed towards Çorlu, west of Istanbul, to quickly reach Greece the next day. Along the way, we only stopped for an attempt to replace our missing rear wiper (unfortunately, it failed because the purchased wiper was too long) and a dinner at a rather soulless roadside restaurant. Then, Zaffie brought us back over the bridge into Europe and finally to our hotel. With 700 km on the odometer, it was time to hit the hay.

    İyi akşamlar
    I
    Read more

  • Day 18

    Dag 18: Güle güle, görüşürüz

    August 1, 2023 in Greece ⋅ ☀️ 31 °C

    Vandaag verlieten we de Turkse stad Çorlu, met diens actieve nachtleven waar we niets van hebben meegekregen, op weg naar het oude vertrouwde vakantieland der Nederlanden: Griekenland. We hadden al een stuk doorgereden gister, maar het was alsnog een pittig stuk om naar de grens te rijden. Daar aangekomen is het wachten tot de Turkse militairen zeggen dat we de brug over mogen. Gelukkig lukt het ook Matt met zijn kostbare stukje A6 papier met maar liefst vijf stempels om Turkije uit te komen. Geen smokkelroutes dit keer terug naar de EU!

    Een zeer interessante doch stationaire stand off bevindt zich op de brug waar de Turkse en Griekse militairen linea recta tegenover elkaar staan met hun handen op hun geweren. Vervolgens staan we lang genoeg in de rij voor de Griekse controle dat onze rallymotorvrienden ons gedag komen zeggen. We klagen gezamenlijk over de wachttijd. Een minuut later mogen zij, wegens de hitte, vrij snel naar voren om eerder door te komen. Lekker hoor.

    In Griekenland besluiten we om weer eens in de spirit van de rally de snelweg te vermijden en in plaats daarvan een bergweg te nemen. Slecht plan. 25 km aan onverharde kronkels achtervolgd door honden. Ok, de honden waren er slechts voor 250 meter maar alsnog. Eenmaal van de bergweg af pakken we weer een snelweg naar Kavala (Καβάλα) en komen we daar in de bloedhete maar oude en vertrouwde Griekse huisjes en stranden aan. De hoge - en enige staande - toren van de ruïne van het kasteel van Kavala biedt een prachtig uitzicht op de stad. Op de terugweg komen we Arnoud tegen, een Nederlander die in zijn eentje mee doet aan de rally. In het toeristische gebied bij de Thracische Zee houden we onze late lunchpauze in café Zafira met o.a. een Zafira salade. Proost op Zaffie.

    Op weg naar de op één na grootste stad van Griekenland, Thessaloniki (Θεσσαλονίκη), gaan we nog even tanken bij het Volvi meer. Het tankstation is een roestig stuk kunst, bediend door een roestiger stuk meneer met een norse blik. Arjan vindt dit een veelbelovend vooruitzicht en probeert onze kilo Turkse thee met hem en zijn vrouw te ruilen. Niet gelukt.

    Eenmaal aangekomen in Thessaloniki zoeken we ons appartement op vlakbij de Witte Toren. Privéparkeerplaatsen schijnen een ding te zijn hier, aangegeven met groene uithangborden PARKING. Na een lange zoektocht vinden we toch eindelijk een geschikte plek waar onze Zaffie met dakkoffers onder zou passen. We moeten alleen de autosleutels afgeven zodat zij dr auto voor ons parkeren. Wat kan er fout gaan?

    Een mooie avondwandeling later langs onder anderen de Arch of Galerius en de Witte Toren-die-niet-echt-wit-was duiken we onze bedden in. Hopelijk staat de auto er morgen nog.

    Τα λέμε αύριο,
    J

    - English, courtesy of ChatGPT -

    Today, we left the Turkish city of Çorlu, with its active nightlife that we didn't get to experience, on our way to the familiar holiday destination of the Netherlands: Greece. We had already driven quite a distance yesterday, but it was still a challenging stretch to reach the border. Once there, we waited for the Turkish soldiers to give us the green light to cross the bridge. Thankfully, Matt managed to get through with his precious A6 paper containing five stamps to exit Turkey, so no smuggling routes back to the EU this time!

    An intriguing yet stationary stand-off awaited us on the bridge, where Turkish and Greek soldiers faced each other with hands on their rifles. Then, we stood in line for Greek control long enough for our rally motorcyclist friends to come and say hi. Together, we complained about the waiting time. A minute later, they were allowed to move ahead quickly due to the heat. That's nice.

    In Greece, we decided to avoid the highway and take a mountain road in the spirit of the rally. It turned out to be a bad plan with 25 km of unpaved winding roads followed by a brief dog chase (well, only 250 meters, but still). Once off the mountain road, we took a highway to Kavala (Καβάλα) and arrived at the hot but familiar Greek houses and beaches. The tall and sole-standing tower of the ruin of Kavala castle offered a beautiful view of the city. On the way back, we met Arnoud, a Dutch participant doing the rally solo. In the tourist area near the Thracian Sea, we had our late lunch break at café Zafira, enjoying a Zafira salad. Cheers Zaffie.

    Heading to Greece's second-largest city, Thessaloniki (Θεσσαλονίκη), we stopped to refuel at Lake Volvi. The gas station was a rusty piece of art, run by an even rustier gentleman with a grumpy look. Arjan found this to be a promising opportunity and tried to trade our kilo of Turkish tea with him and his wife. Unfortunately, it didn't work out.

    Once we reached Thessaloniki, we searched for our apartment near the White Tower. Private parking spaces were indicated by green signs saying PARKING. After a long search, we finally found a suitable spot for Zaffie with rooftop boxes. We only had to hand over the car keys, so they could park it for us. What could go wrong?

    After a pleasant evening stroll, passing by landmarks like the Arch of Galerius and the not-so-white White Tower, we settled into our beds, hoping our car would still be there tomorrow.
    Read more

  • Day 19

    Dag 19: Ruzie & meer

    August 2, 2023 in North Macedonia ⋅ 🌙 21 °C

    Na een aantal dagen met veel kilometers op de planning, volgt vandaag een dag waarop iets rustiger aan kan worden gedaan. We zijn gisteren iets verder doorgereden naar Thessaloniki, waar we midden in de stad hebben overnacht. Dat maakt dat er vanochtend wat tijd is om een aantal dingen te bekijken in deze stad met lange en rijke geschiedenis. Eerste stop: The Archeological Museum of Thessaloniki. Zoals in veel grotere Griekse steden is ook in Thessaloniki het een en ander bewaard gebleven. Gisteren hadden we al stapels bakstenen bekeken in verschillende staat van georganiseerdheid en vandaag was het de beurt aan de wat kleinere objecten. Het museum heeft een aardige collectie aan beelden, gereedschap, potten, munten en andere kleine objecten. Alles uiteraard voorzien van een stukje achtergrond, waarmee alles in de tijd en de ruimte te plaatsen is. Opvallend is dat veel van de beelden hun hoofd missen, waardoor de identiteit van de afgebeelde lastig vast te stellen is. Ik vind dit echter niet vreemd, wetende hoe vaak ik er zelf al moeite mee heb om het koppie erbij te houden, laat staan als je dat 2500 jaar zou moeten doen. Desalniettemin blijkt uit alles het vakmanschap en de culturele ontwikkeling die deze beschaving rijk was.

    Terwijl wij ons onderdompelden in de geschiedenis van Thessaloniki, was Ar een orthodoxe kerk in de buurt gaan bekijken. Hij raakte daar in gesprek met de plaatselijke priester, die hem, zoals dat gaat, direct uitnodigde naar de achterkamertjes van het eeuwenoude gebouw. Aldaar stak de priester een verhaal af in het Frans, bood hij Ar rozijnen aan, zijn Facebookaccount, zijn telefoonnummer en wist hij te melden dat hij direct zag dat Ar een zuivere ziel heeft en een goed mens is. Hij was ook nog eens een beetje touchy, alle reden dus voor Ar om zich uit de voeten te maken.

    We zaten dusdanig ruim in de tijd, dat een bezoek aan het Museum of Illusions er ook nog vanaf kon. Beelden zeggen in dit geval meer dan duizend woorden, dus scroll vooral even naar de foto's en video's. Schijn bedriegt, uiteraard, en dat moment dat je even vastloopt is natuurlijk waar je het voor doet. Zonder ons verder nog illusies te maken, laten we het museum achter ons en hopen we Zaffie terug te vinden in de parkeergarage waar we haar hebben achtergelaten. Half in de verwachting dat we geen auto meer zouden hebben en half dat we in een scam zouden lopen, bleken we met het verlies van een kleine twee tientjes toch onze weg te kunnen vervolgen naar Macedonië. Tenminste, Noord-Macedonië natuurlijk, wat of waar het echte Macedonië is hangt af van aan wie je het vraagt. Het is bijna net zo'n heet hangijzer als uitlatingen over de nationaliteit van baklava. Als je in deze regionen de vechtpartij daarna echt wilt garanderen kun je met je handen nog het adelaarteken van Albanië maken. Een van deze drie of een combinatie levert zeker een deuk in het gezicht op (en het ego, niet te vergeten).

    Dat Griekenland een eenzaam Shengen-eiland temidden van allemaal Balkanlanden is, merken we weer als de snelweg langzaamaan overgaat in een provinciale weg, de enige vorm van hoofdweg die ze hier kennen. Bij een tankstation proberen we de motorolie bij te vullen, als een behulpzame pompbediende even polshoogte komt nemen bij wat er precies mis is met de auto. We willen de motor even af laten koelen, maar vanuit zijn perspectief staan er natuurlijk vijf toeristen te kijken naar hoe een auto stuk staat te zijn. In een vloeiende beweging van trekken, vegen, dippen en kijken concludeert hij aan de hand van de peilstok dat de huidige situatie 'problem' is. Motorolie behoort natuurlijk tot de uitrusting die we hebben meegenomen, dus het 'problem' was gelukkig snel verholpen. Na wat handen-en-voetenwerk om de man te bedanken en nadat we aangeven onder anderen nog naar Albanië te gaan, licht het gezicht van de man op en maakt hij het eerder genoemde adelaarteken met zijn handen. Hij is van origine blijkbaar Albanees. Onze Griekse vrienden in de tankshop lijken het niet door te hebben, dus voordat de pleuris echt uitbreekt besluiten we onze reis te vervolgen. We gooien de koffie van de tankshop nog snel uit het raam bij het wegrijden. Sorry Kostas, je 'coffee special', een soort koude dubbele espresso, is niet te hakken.

    De Grieks-Macedonische grens (Grieks-Noord-Macedonische? Macedonisch-Noord-Macedonische? Vechtpartij?) is de eerste grens waar we tot nu toe tijd winnen. De grensovergang kost een klein kwartier en tegelijkertijd winnen we een uurtje, doordat de klok een uur teruggaat. Dat maakt dat we, na een verder weinig gebeurtenisvolle rit, arriveren bij de eindbestemming van vandaag: het meer van Ohrid. We zitten net iets buiten het plaatsje, bij een verblijf direct naast een strandje, aan het meer. Alle toeristen zitten gelukkig een paar honder meter rechts van ons, en we kunnen in alle rust genieten van het laatste deel van de middag en de avond die nog voor ons ligt. De afgelopen paar dagen waren toch vooral veel kilometers maken om het enorme Turkije door te reizen en vandaag is er dan eindelijk wat meer tijd voor rust. Dat maakt ook dat we echt even rustig kunnen genieten van de prachtige omgeving die Macedonië te bieden heeft. We zijn wel duidelijk niet de enige Nederlanders die deze locatie hebben gevonden, daar de eigenaar van de herberg in Breda gestudeerd blijkt te hebben en uitstekend Nederlands spreekt. Ook een aantal andere gasten blijken intiem bekend met het rood-wit-blauw, kaas, de koning en eindeloos gezeur. Dat mag de pret niet drukken, we nemen een goeie duik in het meer en parkeren onszelf op het terras om van de ondergaande zon te genieten.

    Uiteraard volgt een discussie over waar dit meer valt op de helderheidsindex. Een zekere reisgenoot heeft me ooit tijdens een andere road trip voorgespiegeld dat het Balatonmeer in Hongarije het helderste meer was dat hij ooit had gezien. Eenmaal daar aangekomen bleek dat ik mijn eigen zwembroek nauwelijks kon onderscheiden als ik tot mijn middel in het water stond. De zichtbare teleurstelling in zijn eigen blik, houding en woorden maakte maar weer eens pijnlijk duidelijk dat de herinnering vaak rooskleuriger is dan de werkelijkheid. Vroeger was niet alles beter. In ieder geval, bovenaan de helderheidsindex staat dus het Balatonmeer, ook wel het helderste meer van het universum. Na lang beraad plaatsen we het Ohridmeer toch maar op plek twee, boven de Noordzee, de Dnjepr en de vijver van het Euromastpark in Rotterdam. Morgen weer (een) meer.

    Himni i Flamurit,
    M

    ------------------------------

    After a few days with many kilometers on the agenda, today is a day that can be taken a bit more leisurely. Yesterday, we drove a bit further to Thessaloniki, where we stayed overnight in the middle of the city. This allows us some time this morning to explore a few things in this city with a long and rich history. First stop: The Archaeological Museum of Thessaloniki. As in many larger Greek cities, much has been preserved in Thessaloniki as well. Yesterday, we had already examined stacks of bricks in various states of organization, and today it was time for the smaller objects. The museum has a nice collection of sculptures, tools, pots, coins, and other small items. Everything, of course, comes with a bit of background, allowing us to place everything in time and space. It's noticeable that many of the sculptures are missing their heads, making it difficult to determine the identity of those depicted. I don't find this strange, considering how often I struggle to not lose my own head, let alone doing it for 2500 years. Nevertheless, everything reflects the craftsmanship and cultural development of this civilization.

    While we immersed ourselves in the history of Thessaloniki, Ar went to visit an Orthodox church nearby. He got into a conversation with the local priest, who, as is customary, immediately invited him to the back rooms of the ancient building. There, the priest delivered a story in French, offered Ar raisins, his Facebook account, his phone number, and informed him that he could see right away that Ar has a pure soul and is a good person. He was also a bit touchy, so Ar had every reason to make a quick exit.

    We had enough time to spare, so we also visited the Museum of Illusions. In this case, pictures speak louder than a thousand words, so be sure to scroll through the photos and videos. Illusion is deceiving, of course, and that moment your brain freezes for a second is precisely what you aim for. Without harboring any further illusions, we leave the museum behind and hope to find Zaffie in the parking garage where we left her. Half expecting that we would no longer have a car, and half suspecting a scam, we managed to continue our journey to Macedonia with the loss of only a euro or 20. Well, Northern Macedonia, to be exact, as the location of the real Macedonia depends on who you ask. It's almost as contentious as discussions about the nationality of baklava. If you really want to guarantee a brawl in these regions, you can also make the eagle sign of Albania with your hands. Any of these three or a combination is sure to result in a punch to the face (and the ego, not to forget).

    We're reminded that Greece is a lonely Schengen island surrounded by Balkan countries as the highway gradually turns into a provincial road, the only kind of main road they have here. At a gas station, we try to top up the motor oil, and a helpful attendant comes over to see what's wrong with the car. We want to let the engine cool down, but from his perspective, there are five tourists looking at a broken-down car. With a fluid motion of pulling, wiping, dipping, and looking, he concludes from the dipstick that the current situation is a 'problem.' Of course, motor oil is part of our equipment, so the 'problem' was quickly solved. After some hand gestures to thank the man and after mentioning that we plan to go to Albania among other places, the man's face lights up, and he makes the aforementioned eagle sign with his hands. Apparently, he's originally Albanian. Our Greek friends at the gas station seem not to have noticed, so before things really escalate, we decide to continue our journey. We quickly toss the coffee we got from the gas station out the window as we drive away. Sorry, Kostas, your 'coffee special,' a kind of cold double espresso, is just not our cup of tea.

    The Greek-Macedonian border (Greek-North Macedonian? Macedonian-North Macedonian? Brawl?) is the first border where we actually save time. The border crossing takes about fifteen minutes, and at the same time, we gain an hour as the clock goes back. That means that after an otherwise uneventful drive, we arrive at today's final destination: Lake Ohrid. We're just a bit outside the town, staying right next to a beach by the lake. Fortunately, all the tourists are a few hundred meters to our right, and we can peacefully enjoy the late afternoon and the evening ahead of us. The past few days were mostly about covering a lot of kilometers to traverse vast Turkey, and today we finally have some more time for relaxation. This also allows us to truly appreciate the beautiful surroundings that Macedonia has to offer. Clearly, we're not the only Dutch people who have found this location, as the owner of the inn turns out to have studied in Breda and speaks excellent Dutch. A few other guests also seem intimately familiar with the red-white-and-blue, cheese, the king, and endless complaining. But that doesn't dampen our spirits. We take a good dive in the lake and settle ourselves on the terrace to enjoy the sunset.

    Of course, a debate ensues about where this lake falls on the clarity index. A certain travel companion once told me during another road trip that Lake Balaton in Hungary was the clearest lake he had ever seen. Once we got there, I could barely distinguish my own swimming trunks when I stood in waist-deep water. The visible disappointment in his own look, posture, and words once again painfully illustrated that memory is often rosier than reality. The past wasn't always better. Anyway, placed at the top of the clarity index then, is Lake Balaton, also known as the clearest lake in the universe. After much consideration, we place Lake Ohrid in second place, above the North Sea, the Dnieper, and the pond at Euromast Park in Rotterdam. Tomorrow, another lake awaits us. (Sadly the ambiguity of the Dutch word 'meer': lake / more, does not translate well into English.)

    Himni i Flamurit,
    M
    Read more