traveled in 2 countries Read more
  • Day 26–29

    Puerto Viejo (Carribean)

    December 12, 2023 in Costa Rica ⋅ 🌧 26 °C

    Puerto Viejo

    Na Cahuita gaan we door naar nabijgelegen stadje Puerto Viejo. Dit is een wat groter plaatsje met een echte Carribische kustplaats vibe. Mensen kachelen voorbij op fietsjes, scooters, tuktuks en grote bakken van auto's vol met surfboards (niet dat je nu moet proberen te surfen want anders dan de rest van het land begint het regenseizoen hier nu net en de zee is een grijze, woeste slokop die graag zwemmers eet). We zitten hier in een fijn appartement langs de rivier met uitzicht op rondom gelegen bos en gaan deze laatste dagen in Costa Rica nog een aantal interessante mensen ontmoeten.

    Allereerst Helena, een lokale gepensioneerde dame die ooit eigen restaurants beheerde, maar inmiddels op een rustiger tempo graag kookt met reizigers. We krijgen coördinaten coor haar huis, maar komen in het donker en in keiharde tropische regen aan en verdwalen in de donkere wijk. Gelukkig kent een eigenaresse van een barretje waar wel licht brand Helena en wijst ons de goede kant op. Helena staat al bezorgd te wachten met een enorme paraplu. Eenmaal binnen en een beetje opgedroogd leert ze ons gallo pinto maken, althans het voorstadium ervan: bruine bonen en rijst klaargestoomd in verse kokosnootmelk. Haar kleinzoon en een buurjongen wiens ouders niet thuis zijn zitten ondertussen tv te kijken, maar proberen enigzins verveeld ook steeds de aandacht te trekken door gekke capriolen uit te halen. Tijdens het koken is het een zoete inval van familieleden die langskomen bij mama of oma. Zodra we klaar zijn met koken wordt iedereen echter met harde hand weggestuurd, zodat wij in de woonkamer aan het eettafeltje kunnen zitten. Trots trekt ze de horecaborden, die ze nog altijd bewaard heeft, tevoorschijn. We eten de bonen met rijst (die pas gallo pinto mogen heten zodra je ze de volgende dag, net zoals nasi, opnieuw oppakt met nog wat extra kruiden) gezellig met kleinzoon die wel mocht blijven en die de Mario movie zit te kijken.

    Na deze erg leuke ontmoeting is het de volgende dag tijd om nog een bijzonder persoon te ontmoeten. Antropoloog Jorge begeleid ons namelijk naar een Bribi familie, een van de weinige inheemse stammen die nog traditioneel leeft. We gaan naar een clan waarvan Luis het stamhoofd/de sjamaan is. Jorge vertelt ons eerst over de geschiedenis van de inheemse volkeren in Costa Rica en vertelt over hun gebruiken, in het bijzonder rondom cacao.  De cacaovrucht wordt door alle volkeren als heilig beschouwd en de Bribi zien de vrucht als het hart van de dochter van de creërende god. Na de uitleg worden we naar Luis gebracht en in zijn goede handen achtergelaten. Luis is nog het best te beschrijven als een enorme, vrolijke, grappenmakerde cacao lord. Met zijn tattoos en jaguartand-ketting ziet hij er indrukwekkend uit, maar ondanks het feit dat hij niet zou mistaan in een Tico versie van Breaking Bad blijkt hij vooral heel grappig. De 9 hysterische chihuahas die het land bewaken helpen daar overigens ook zeker een pootje bij. Hij laat ons en de Chileense familie die ook op bezoek is gekomen met trots het dorp, de cacaoplantage en zijn medicinale tuin zien. In de laatste kiest hij vol genoegen de meest intens bittere planten uit die we onder zijn toeziend oog tot op de nerf moeten opeten (want een sjamaan weigeren dat mag niet, aldus de sjamaan), allemaal zeer goed voor hart en vaten, nieren, blaas of lachspieren (de zijne met name in dit geval). We proberen onder andere kinine, maar ook een 'toverbes' die na het eten zure dingen zoet maakt. Na alle bittere bladeren eet iedereen met smaak een paar intens zure limoentjes weg. Hij laat verder zien hoe je in de jungle kunt overleven (de binnenkant van bananenblad bevat bijvoorbeeld veel water en smaakt naar komkommer - de chihuahas vochten erom - en termieten zijn niet alleen voedzaam maar ook erg lekker omdat ze naar gember smalen) en leert ons hoe je cacao bonen oogst, brand en pelt. Met zijn dochter maken we vervolgens pure chocola op een speciale maalsteen.

    Afsluitend dealt Luis met een grote machete stukjes chocolade, die hij eerst snijd als ware het coke in plaats van cacao. We proeven eerst verschillende smaken chocolade, gemaakt door zijn familie. We mogen raden wat erin zit, en hij heeft grote schik bij de verschrikte gezichten van de Chileense ouders die bij het laatste stukje (adults only) na doorslikken leren dat het geheime ingredient marihuana is. We drinken uiteindelijk een traditionele warme chocolademelk en dan is het tijd om afscheid te nemen. De 8 uur theatrale rondleiding van de chocolord heeft indruk gemaakt, Maciej is er zeker van dat zijn toekomst ligt in een cacaoplantage met chocoladefabriekje erbij. Lanny, wellicht zit er een familie business in ;).

    Onze laatste dag gaan we naar Manzanillo, een nabij gelegen vissersdorpje. We verkennen in de ochtend eerst het nationaal park om een laatste keer de mangrove te bewonderen. In de middag gaan we naar het ara project, dat zich inzet voor de groene macaws. Deze wordt kritisch met uitsterven bedreigt, wereldwijd zijn er nog maar zo'n 1500 over. Grootste aanstichter daarvan is ontbossing op het Amerikaanse continent, met name de strandamandelboom. Deze bomen zijn niet alleen een belangrijke voedingsbron, maar zijn ook de voornaamste nest plaatsen van deze vogels, die geen nesten bouwen maar in boomholtes een nestplaats zoeken waar ze jaarlijks terugkeren. Hier zijn hele grote bomen voor nodig, maar die zijn afgelopen eeuwen grootschalig gekapt voor huizenbouw en houthandel. Het project zet zich in voor het aanplanten van nieuw bos en helpt de ara's in de tussentijd met extra nestkasten en 10% voervoorziening. Door de inspanningen van het project zijn er inmiddels weer 500 groene macaws in het wild in Costa Rica, voorheen was er nog maar één over.

    Naast de informatie over het project mogen we komen kijken bij het 'happy hour' voor macaws, het moment waarop er in het bos van de stichting amandelen worden aangeboden aan macaws die deze nog nodig hebben. Vooral de jonge macaws, die nog volop aan het leren zijn hoe te overleven in het regenwoud, komen graag nog op dit dagelijkse bijvoeder moment. De amandelen worden op laadplatforms de bomen in gehesen en van alle kanten komen er eenzame macaws en jonge stelletjes uit omliggende bossen aangevlogen. Het is een gekrijs van jewelste en er wordt begroet, weggejaagd en gevlooid. Heel indrukwekkend en verdrietig tegelijk om al deze groene ara's samen te zien, het maakt uitsterven een heel tastbare realiteit.

    Na deze laatste dag vol indrukken genieten we op het strand van een lokaal bandje en op de weg terug naar huis van een repeterende groep bandjongeren en toen moesten we toch echt onze koffer weer gaan pakken. Nog een laatste avontuur op het programma: van de carribische kust weer naar het vliegveld zien te rijden (er is maar één weg die kant op en die staat befaamd om landslides en hele intense files). Morgen zullen we weten of dat gaat lukken :).
    Read more

  • Day 23–26

    Cahuita (Carribean!)

    December 9, 2023 in Costa Rica ⋅ ☀️ 27 °C

    Onze laatste 6 dagen verblijven we aan de Carribische kust, in het uiterste puntje vlak langs de grens met Panama, in de gemeente Talamanca van de provincie Limon. In deze regio is de armoede het hoogst. De bevolking is een bonte mix van nazaten van indianen, aangespoelde expats en Jamaicaanse slaven. Oorspronkelijk werden de laatsen door de USA hier gebracht om spoorlijn en aan te leggen (en volgens overleveringen ook nazaten van Jamaicaanse slaven die eigenlijk onderweg waren naar Noorwegen, maar de kapiteinen raakten de weg kwijt, voeren te ver door en de opvarenden kaapten nabij de Costa Ricaanse kust de schepen en dwongen de crew hen daar af te zetten om er vervolgens niet meer weg te gaan). De sfeer in dit deel van het land is dan ook heel anders, het leven is hier harder maar er is naast meer afval (een groot contrasy met de rest van het land) ook meer muziek en levendigheid op straat.

    Onze eerste stop is Cahuita, waar we een aantal dagen zullen blijven om kennis te maken met David, een bioloog uit Alkmaar die sinds 3 jaar een zelfverkozen teruggetrokken bestaan leidt op een stuk jungle dat hij kocht toen hij 28 was, helemaal off grid. We maken eerst kennis met hem in Cahuita national park, waar hij ons wat meer over zijn leven vertelt terwijl we op zoek gaan naar dieren in de mangrove. Hij is niet helemaal op zijn gemak bij de andere lokale gidsen, die duidelijk niet erg zitten te wachten op deze gringo die hen mogelijke klanten afpakt. David legt uit dat ze hem inmiddels wel accepteren, maar dat het moeilijk blijft om door de gemeenschap geaccepteerd te worden. Na de wandeling door de mangrove die langs het strand te vinden is, eten we met hem een banaan met pure chocola van zijn eigen land, als voorproefje voor wat we de volgende dag gaan zien en eten op zijn eigen land. We krijgen een vage instructie om de volgende dag tot achter de bergen te rijden en later nog wat coördinaten, en met die aanwijzigingen gaan we de volgende dag op pad.

    Het land ligt op 30 minuten rijden van Cahuita, tegenover een klein dorpje aan de andere kant van een grote rivier. David wacht ons op in een plaatselijk barretje (niet veel meer dan een houten hokje met wat boomstammen ernaast om op te zitten) en stapt bij ons in de auto om ons te instrueren hoe we door de rivier kunnen rijden (sorry Wild Rider autoverhuur ;).

    We moeten eerst door het land van Johnny, een local van ergens eind 60 die David als jongeman vaak te logeren heeft gehad en hem wegwijs heeft gemaakt in zelfvoorzienend wonen in de jungle, zoals oorspronkelijk alle tico's en daarvoor al aanwezige inheemse stammen dit deden. Johnny is een mooi figuur, een pezig mannetje met grootste verhalen en een aanstekelijke lach. Hij woont al zolang hij zich kan herrineren op dit land. Eerst in een ander huis, dat 25 haar geleden echter geheel verging toen hij 3 jaar de cel in moest wegens bezit van een zakje marihuana (toendertijd nog niet gedoogd in Costa Rica). Inmiddels woont hij in een nieuwe houten hut die hik helemaal zelf heeft gebouwd met hout van omgevallen bomen van zijn land. Zelf omzagen doet hij niet, uit respect voor de bomen. Hij heeft 10 kinderen bij verschillende vrouwen, waarvan een deel in de USA woont. Zijn jongste dochter is 7, wat verklaard waarom zijn stoere houten junglehuis ook een roze kaptafeltje en een Disney prinsessen douchegordijn heeft. Als hij alle oude bomen op zijn land zou omleggen en verkopen, dan zou hij miljonair zijn, aldus David. Helaas kiezen veel landbezitters in Costa Rica voor deze optie. Johnny wijst op de apen die boven zijn huis in de bomen zitten te rusten. Vroeger kwamen die nooit in de buurt bij menselijke buren, maar inmiddels moeten zet wel.

    Johnny komt niks te kort, vertelt hij, alles wat hij nodig heeft kan hij op zijn land vinden. Maar, zo vertelt hij met een twinkeling, hij heeft ook een andere geheime bron van rijkdom. Hij weet namelijk waar goud te vinden is in... Drake Bay! Volgens eigen zeggen was Johhny daar voor decennia eerder voor het eerst als junglegids voor niemand minder dan de president van Costa Rica, die lucht had gekregen van de goudkoorts in de baai. Johnny ging voor hem en met hem op pad in het toen nog helemaal ontoegankelijke gebied. Zodra de president het idee had dat hij wist waar het goud te vinden was, wimpelde hij - aldus Johnny - zijn diensten verder af met een smoes. Maar Johnny had slechts een klein deel van zijn ontdekkingen gedeeld! Alleen de delen bij de rivier, waar iedereen sowieso zocht (en nog steeds zoekt) vanwege het water dat nodig is om te zeven, had hij voor de goudzoekers ontsloten. Maar in hoger gelegen delen ligt volgens hem de ware schat. Eens in de zoveel tijd gaat hij terug met vrienden. Zodra het flink regent zeven ze op de geheime locaties waarvan de kaart enkel in zijn hoofd bestaat in regenwormen. In 2021 keerde hij nog terug met 113 gram goud na een paar dagen zeven.

    David is nog een jonkie in het bos in vergelijking met Johnny. Hij werkende vroeger als docent veldbiologie voor de HvA, maar had altijd 3 maanden per jaar vrij. In die maanden ging hij elk jaar naar Costa Rica. Eerst Drake Bay, daarna de Carribische kust, waar hij Johnny leerde kennen. Die was voor een vader voor hem (zijn eigen vader verdween al vroeg uit zijn leven na een nare scheiding) en maakte hem wegwijs in het gebied. Toen David de kans kreeg een stuk grond van de buurman te kopen, schraapte hij beetje bij beetje het geld bij elkaar om het te kopen, met een beetje hulp van zijn broer.

    Uiteindelijk vertrok hij voorgoed naar Cista Rica voor de liefde en voor een aantal jaar woonde hij met zijn vrouw, haar 3 kinderen uit eerdere huwelijken en hij gezamenlijke zoontje aan de overkant van de rivier in een "gewoon huis". Helaas liep dat huwelijk stuk en David besloot zich terug te trekken op zijn eigen stuk land, naast Johnny. Eerst enkel met een zeiltje boven zijn hoofd, maar in de afgelopen jaren heeft hij de kunst van het huttenbouwen geleerd van Johnny (en ook zijn broer hielp mee maar die is decorbouwer en bouwt volgens David alleen dingen die eruit zien als een hut ;) en staan er 3 huizen op zijn land. In de coronajaren had David ineens helemaal geen inkomen weer en werd hij gedwongen te leren overleven zonder geld. Na die heftige jaren survivelen is hij nu langzaamaan weer een beetje aan het nadenken over inkomen genereren. Zijn idee is om hier een onderzoeksinstituutje van te maken, een dorpje waar studenten voor maanden aaneen kunnen verblijven en onderzoek kunnen doen.

    Elektriciteit heeft hij op het moment niet en regenwater en water uit de rivier dient als drinkwater en als douche. Bij elke bewerking van het land duiken talloze historische astefacten van inheemse volken uit de grond op, die hij heeft uitgestald in zijn keuken. Alleen die keer dat hij en zijn broer een schedel van een aapje gekruist met een demonisch gezicht opgroeven, hebben ze die snel weer terig gegeven aan het regenwoud - better safe than sorry.

    We eten een lunch met ingrediënten van eigen land (met een paar gesmokkelde dingen uit de plaatselijke supermarkt) en verkennen vervolgens zijn regenwoud te voet. Het is een heftige hike dwars door de bush bush, waarbij David vrolijk de tientallen enorme gouden orb spiders en hun dikke gouden webben (waar onder andere bullet proof vests van worden gemaakt!) Als suikerspinnen om zijn botte machete windt (tot afschuw van Maciej die een grote angst heeft voor spinnen). We bezoeken zijn wilde voedselbos, de rivier (cq badkamer) en de verschillende hutten die er reeds staan. Een indrukwekkende kennismaking met een radicaal off grid leven!

    Na afloop lopen we nog even langs Johnny en beide buurmannen verzekeren ons dat we van harte welkom zijn terug te komen en gezellig wat langer te blijven. Hier geen rare huizen met sloten en sleutels waar je nooit meer uit komt, lacht Johnny. Op zijn huis geen sloten! We vermoeden dat hij zijn goud in zijn kussensloop bewaard, dan weten jullie dat ;).
    Read more

  • Day 21–23

    Rio Pacuare

    December 7, 2023 in Costa Rica ⋅ ⛅ 27 °C

    [Update 1/3 ivm kleine week geen/nauwelijks internet, zie hieronder voor rest]

    Voordat we de hitte van de Carabische kust opzoeken, maken we eerst nog een stop bij een eco lodge aan de Rio Pacuare, een in Costa Rica befaamde rivier voor white water rafting schaal 3/4 (op schaal van 5 - waarbij 6 wel bestaat maar staat voor stromingen die voor de mens niet te bevaren zijn).

    We verblijven in een lodge direct aan de rivier, waar we met de auto niet kunnen komen. Deze moet achterblijven met bagage op een woonerf nabij, waar bewoners (en met namen hun honden) er 2 dagen op zullen letten. Met alleen een kleine rugzak mee vertrekken we naar de lodge in een krakkemikkige auto met een heel chagrijnige chauffeur, omdat de 3 Duitsers die ook meegaan er tegen alle reglementen in op staan hun 7 zware koffers vol foto apparatuur mee te nemen. Deze worden na veel gemopper op het dak gehesen en na een moeizame tocht omhoog met veel tussenstops voor onduidelijke en obscure boodschappen van de chauffeur komen we aan op locatie.

    De lodges blijken te worden gerund door een zwijgzame groep norse mannen (die naast rafting ook bush gids, kok en schoonmaker zijn), waardoor Maciej tot zijn plezier het gevoel heeft weer in het leger te zijn aanbeland. Gelukkig voor Elize is er ook een knuffelige hond aanwezig op deze legerbasis, dienliefkozend "Pendejo" wordt genoemd. Het uitzicht vanaf de heuvel met huisjes over de rivier is erg mooi, met grote roofvogels die in de schemer in grote cirkels door het dal cirkelen. We blijven hier ene dagje luieren en in de rivier zwemmen voordat we de rivier per raft zullen afzakken.

    Johanna, de baas, staat de dag voordat we gaan raften erop dat onze auto door een medewerker naar het eindpunt van het raften wordt gereden, zo doen ze het altijd aldus zij en haar man. Dat wij in het geval van een ongeval helemaal aansprakelijk zijn voor onze jeep uit 2023 wuift ze er gemakkelijk weg, "er gebeurt bijna nooit wat". Als we aangeven dat we dan liever meerijden terug naar het erf waar de auto staat en waar alle rafts toch weer naar toe moeten en we het uurtje extra rijden naar onze volgende bestemming voor lief nemen, wordt ze wat bozig. Dat is gedoe (waarom wordt ons niet duidelijk) en hiervoor moeten we extra betalen. Waarom dit extra kost en een speciale chauffeur om onze auto te verplaatsen niet kan ze ons niet uitleggen. Zoals jullie wel begrijpen hebben we de rest van de dag in het dal boven de rivier de meest spannende theorieën zitten bedenken over de drugshandel die dit slimme echtpaar heeft opgebouwd met behulp van anonieme, steeds wisselende auto's van toeristen die een paar uur aan het raften zijn. Onze lieve jeep Dori ("just keep swimming, just keep swimming") werd hier in elk geval geen medeplichtige in ;).

    Het raften zelf was erg mooi - foto's genomen door onze "safety kayakker" volgen wellicht later nog - en bij vlagen erg intens. We waren met 4 Britten, een solo reizende jongen en 2 bevriende meiden. Bij een afdaling type 6 waarbij we in de raft moesten duiken gijf het mis en vloog een van de 2 dames tijdens het omlaag vallen uit de boot, terwijl Maciej bovenop Elize duikelde en de gids man over boord riep. In de chaos wist de Britse de roeispanen van de gids en Elize te grijpen en Maciej kon samen met de gids haar reddingsvest grijpen terwijl we mogen steeds van de waterval vielen. Met zijn drieën wisten we haar wonderbaarlijk zonder klappen op keien weer naar binnen te heisen. Eenmaal in de boot zag ze wat bleek om de neus, maar haar reactie was heerlijk Brits onderkoelt; "well, thát was enough adrenaline for a lifetime."

    Na een dag raften, zwemmen (cq speed drijven) in de rivier en picknicken op de keien langs het water, hebben we onze jeep opgehaald voor een laatste tocht richting de Carabische kust. De komende 6 dagen verblijven we hier in Cahuita en Puerto Viejo. Daarover later meer!
    Read more

  • Day 18–20

    San Gerardo de Dota

    December 4, 2023 in Costa Rica ⋅ ⛅ 14 °C

    [Update 2/3 ivm kleine week geen/nauwelijks internet, zie hieronder voor rest]

    We stijgen nog even verder: van 1200 meter naar 2500 boven de zeespiegel. San Gerardo de Dota is onze volgende stop, hier gaan we in National Park Quetzal even een paar dagen rusten na alle activiteiten en flinke stukken rijden. We zitten in een huisje naast (of eigenlijk bovenop) een rivier, waar we net niet voor het donker weten te geraken na uren op een moeilijke kronkelweg door de bergen (de "weg van de dood" genoemd in Costa Rica wegens het ontbreken van den vangrail en soms roekeloze bestuurders die na uren kachelen achter een vrachtwagen die in versnelling 1 bijna stilstaand de berg op rijdt met 400 boomstammen bevangen door intens ongeduld ineens besluiten in te halen tegen het - krappe - verkeer in).

    We rijden een gammel bruggetje over een rivier over en staan dan ineens voor... een kasteel? Een kasteeltjé-bubgalow, van hout, met een mini slotgracht eromheen en drienholle torentjes. Op het balkon zitten 2 honden met een cape om en in de kamer erachter prijkt een groot wandtapijt met een astronaut aan de muur. In het kasteel blijkt een meisje te wonen dat de hutjes boven de rivier beheerd. Het WiFi wachtwoord (van de verder noet functionele WiFi) blijkt "unicornio123". En verhip, na ren onrustige nacht (want wat is het hier ineens kóúd) blijkt er zowaar een eenhoorn in de weide achter ons hutje te staan zonnen in de ochtendzon. Aan de sleutelbos van ons huisje hangt een sleutelhanger van de tv show "who wants to be a miljonair" en we beginnen te vermoeden dat we verblijven in een meisjesdroom van de dochter van een gelukkige prijswinnaar.

    Bij daglicht zien de bergen er ineens een stuk vriendelijker uit en we blijken in een soort pensionado's-nirvana te zijn beland. Om de 20 meter is er een tuinplanten winkel te vinden (met een breed scala aan met name vetplantjes) en iedereen geeft een botanische tuin waar honderden kolibries dolgelukkig gebruik van maken (op de video's hoor je ook de niet aflatende serenade van grasmaaiers, bermsnoeiers en elektrische zagen). De rivier klatert vriendelijk, de zon schijnt bescheiden en de restaurants hebben zoete kersttaartjes met dulce de leche en spikkels in de vorm van kerstbomen en zuurstokjes.

    Op een wandeling nog hoger de bergen in (op zoek naar de quetzal die we nooit zouden vinden) na doen we lekker even helemaal niks. We slenteren door de botanische tuintjes, we eten kersttaartjes, we gaan een middag naar de spa, we bezoeken een plaatselijke artiest en kopen een schilderijtje en we proberen iets van warmte te krijgen door de 2 mini elektrischenkacheltjes in ons rivierhuisje naast het houten kasteel-met-slotgracht.
    Read more

  • Day 16–18

    Las Cruces Estación Biológico

    December 2, 2023 in Costa Rica ⋅ ⛅ 23 °C

    [Update 3/3 ivm weekje nauwelijks/geen internet]

    Na een paar dagen Drake Bay was het tijd de piraten gedag te zeggen en richting het derde - en laatste - biologisch onderzoeksinstituut te rijden dat net boven de peninsula ligt, vlak langs de grens met Panama.

    Dit onderzoekscentrum is gevestigd in een voormalige botanische tuin die in 1962 door Robert en Catherine Wilson werd opgericht als een soort tuincentrum voor tuiniers met fascinatie voor de tropen. Het stel introduceerde hier ook allerlei tropische planten uit andere regio's van de wereld, waardoor er een bijzondere biotoop ontstond op het terrein.

    In 1973 werd de tuin overgenomen door OTS (die ook de andere centra onder hun hoede hebben). De botanische tuin bestaat nog steeds en heeft een uitgebreide collectie van vreemde plantenfamilies, bedreigde soorten uit allerlei werelddelen en allerlei kruisingen en mutaties. Daarnaast is het instituut begonnen met het herintroduceren van inheemse soorten om de natuur te herstellen, maar hebben het experimenteren met nieuwe soorten wel voortgezet in speciale gebieden op het terrein, om onderzoek te kunnen doen naar ecologische experimenten op het gebied van klimaatverandering en agricultuur.

    Ook is dit instituut actief aan het uitbreiden door in samenspraak met de lokale bevolking land op te kopen en om te wisselen, om zo een ecocorridorte kunnen creëren die nationale parken aan elkaar verbindt. Zo wordt het voor dieren als de jaguar en verschillende apen makkelijker zich voort te planten en de genenpool gezond te houden. Door monocultuur (palmolie, bananen) staat hun leefomgeving momenteel onder druk.

    Het instituut en hun regenwoud ligt op 1200 meter hoogte en markeert de overgang tussen tropisch regenwoud en nevelwoud (cloud forest). De flora en fauna zien er dus toch weer net even wat anders uit dan in het tropisch regenwoud, iets meer vetplantjes en buitenaardse bloemen zo groot als babyhoofdjes.

    Verder heeft het gebied onder anderen de grootste diversiteit aan vogels van Cista Rica, meer dan 60 soorten vleermuizen , 800 soorten vlinders (voor zover bekend en benoemd), vele soorten reptielen, en jaguars.

    Het instituut is een stuk groter dan Palo Verde en er is ruimte voor 100 onderzoekers/bezoekers. Wanneer we aankomen blijken we echter helemaal alleen. Er is een receptionist die ons kan vertellen dat er helaas geen biologen/gidsen aanwezig zijn op het moment (want het is weekend) maar ze hebben gezorgd voor staf in de keuken en we mogen op eigen houtje het regenwoud verkennen als we willen. Maandag is er weer een gids en wordt ons een tour beloofd.

    Helemaal prima allemaal, want wat is het hier weer ontzettend mooi! Het uitzicht vanuit onze kamer over de botanische tuin en het alerachter liggende regenwoud is geweldig. Onder het balkon scharrelen Agouties en Cava's (beiden een soort uit de kluiten gewassen cavia's) en boven het bos vliegen bekvechtende paartjes papagaaien en ara's. De dames van de keuken blijken bovendien uitstekende en hele vriendelijke koks, die ons drie keer per dag een lekkere maaltijd voorzetten en ook nog eens zo lief zijn onze vuile was (zelf wassen in een wetbag was een slimme oplossing al zeggen we het zelf, maar echt schoon wordt het toch niet) van 2 weken weer heerlijk te laten ruiken. Dat doet goed!

    Op zondag gaan er zelf alle trails lopen, een route van zo'n 5 uur ploeteren door (11 km klimmen en dalen) het regenwoud. Bepakt met ieder 2,5 liter water en eten gaan we de uitdaging aan. De trails zijn er nogal ruig aan toe na een lang regenseizoen en we moeten regelmatig zoeken naar de weg en klimmen en klauteren over gevallen bomen of over door water weggeslagen hellingen.
    Naast veel vogels zien we onderweg sporen van een tapir en van een jaguar die vlak voordat we bij een rivier aankwamen nog water stond te drinken aan de oever daar.

    En na 9 kilometer gebood Elize dringend stil te blijven staan, want ze zag een slang midden op het pad, vlak voor haar voeten. Na een paar stappen terug te hebben gedaan, probeerden we hem even te determineren om in te schatten wat te doen. Rood en zwart leek het, fake coral snake (en dus ongevaarlijk)? Toch maar even een stokje ernaast gooien om hem qan te sporen van het (hele smalle) pad af te gaan. Alleen gooide Elize de stok ietsiepietsie teveel naar links, bovenop de staart van de bet gedetermineerde slang (sorry slang), die van de weeromstuit als een soort mini cobra zijn kop oprichte om te laten zien hoe sterk en eng hij was. En hoe rood en zwart en... geel! Na even tellen vanuit het midden concludeerde Elize dat de slang, die zij zojuist erg pissig had gemaakt, in feite een van de dodelijkste slangen van Costa Rica moest zijn. Of... er leek iets niet helemaal te kloppen met het patroon. Ze maakte dus even snel wat foto's van de slang en vervolgens deden we een stapje terug om de slang (die bekend staat als erg dodelijk maar vooral ook erg vredelievend en verlegen als de situatie het toestaat) zijn weg te laten vervolgen. Na een laatste vuile blik (nogmaals sorry, slang) ging hij er inderdaad vandoor.

    Maandag bleek de beloofde gids in geen velden of wegen te bekennen, dus bood een aanwezige senior onderzoeker, Rodolfo, aan de tour te doen. Heel veel geluk, want deze man wist niet alleen heel veel boeiende dingen te vertellen over al het lopende onderzoeken (met name naar planten en bomen) op het instituut, maar ook weinig zij te hebben in werken. We zijn uiteindelijk daarom de hele ochtend met hem aan de wandel geweest. Hij vertelde over de gevolgen van klimaatverandering (en liet deze zien aan de hand van de planten op het terrein), eco systeem collapse, adaptatie, slimme organismen, de communicatie van bomen (zo bloeien de vijgenbomen op het terrein allemaal keurig een week na elkaar, om elkaar genoeg bestuiving door insecten te garanderen), mycelium. En ook over mensen en natuurbehoud en culturele verschillen. Zo verteld hij lachend over de keer dat ze een groep inheemse indianen hadden uitgenodigd om met studenten te komen wandelen in het regenwoud om kennis uit te wisselen. Bij het zien van de agouties en met name de cava's - beschermde dieren die met uitsterven worden bedreigd - op het terrein werd er druk gepraat (in eigen taal) onder de stamleden en gelachen en gebaard naar de dieren. Uiteindelijk vroeg Rodolfo wat er aan de hand was, en toen bleek dat ze vrolijk aan het speculeren waren over hoe dík de dieren hier wel noet waren en hoe ze planden 's nachts terug te komen om er een paar te vangen om lekker te kunnen grillen. Iedereen kon er erg om lachen, maar het maakt natuurbescherming ook tot een uitdaging, aldus Rodolfo. Hij en andere onderzoekers doubleren 's nachts omstebeurd als nachtwakers van jet natuurgebied om stropers buiten de deur te houden.

    We vertelden hem ook over de slang en het verhaal maakte niet heel veel indruk op hem ("dat moet een fake coral zijn geweest, coral snakes zien we hier vrijwel nooit") tot we hen de foto's lieten zien. "That's a coral snake! No wait, that's a... that's a... hm." Hij kon niet anders dan het met ons eens zijn en concluderen dat het hier om een soort ging die niet in de boekjes stond. Hij verkondigde dat we ons bij deze naturalisten in de dop mogen noemen - in de voetsporen van Darwin en Wallace ;) - en hij heeft de foto's doorgestuurd naar een herpetoloog (slangen bioloog) van het instituut. Als hij ook concludeert dat het om een onbekende soort gaat, dan mogen we van Rodolfo een onderzoeksvoorstel indienen om subsidie te verkrijgen, om de slang opnieuw te komen vinden. Zie hier alvast de foto's van de toekomstige Elize en Maciej (fake?) coral snake ;).
    Read more

  • Day 13–16

    Bahia Drake (Drake Bay) part 2

    November 29, 2023 in Costa Rica ⋅ 🌧 27 °C

    [Deel 2 foto's en video's Drake Bay, zie post hieronder voor tekst en uitleg :)]

  • Day 13–16

    Bahia Drake (Drake Bay)

    November 29, 2023 in Costa Rica ⋅ 🌧 27 °C

    We verlaten de peninsula aan de westkust aan de kant van Nicaragua voor de pensinsula aan de westkust aan de grens met Panama. Een flink stuk rijden, dus we maken halverwege een tussenstop in Uvita om daar een nacht aan het strand te slapen. Voordat we aan het ruigste deel van de tocht richting Osa peninsula beginnen bezoeken we eerst nog even Alturas Wildlife Sanctuary. Deze is opgericht nadat in 2012 de jacht en handel in exotische dieren verboden werd. Sindsdien zijn er 2 nationale "dierenpolities" die actief alle handel en bezit van exotische dieren opspoort en dieren in beslag neemt van particulieren, handelaars, drugsealers, hotels, et cetera. Deze dieren komem bij de sanctuary terecht, waar wordt gestreefd naar uiteindelijke uitzetting in het wild. Dieren waarbij dit niet lukt zitten hun oude dag uit in Alturas en helpen bij educatie van bevolking en toeristen. Sinds 2019 dragen ze ook, net als de rest van eco-toeristische plekken, bij aan de campagne #stopanimalselfies. We krijgen een rondleiding en ontmoeten ook het wilde capucijnaapje Dennis, die 5 jaar geleden verliefd werd op een van de capucijndames in de opvang, zijn groep verliet en sindsdien in nabijgelegen woud woont en elke dag 'zijn' meisje komt bezoeken. Hij hoeft zelf niet naar voedsel te zoeken, want ze deelt met liefde al haar maaltjes met hem. Er zitten verder vooral veel papegaaien, die zoals de verzorgers aangeven eigenlijk beter af waren geweest bij hun oorspronkelijke baasjes, omdat ze zo gehumaniseerd zijn en zich erg hechten aan hun mens. Maar het is volgens de regering en conservatiebewegingen noodzakelijk om deze vrij radicale stap te maken om de normaliteit van het in huis houden van wilde dieren te doorbreken.

    Na het bezoek rijden we door naar Bahia Drake (Drake Bay), een goed verstopte baai aan de noordkant van de Osa Peninsula, aan de grens met Panama. De baai heeft een nogal wilde, complexe en mysterieuze geschiedenis en ook nu kleeft er nog steeds een zekere geheimzinnigheid aan het plaatsje. Dat komt niet in de laatste instantie door het gegeven dat het altijd zeer lastig te bereiken is geweest - het ligt achter ruige bergen, midden in het regenwoud en in een baai die vroeger alleen te bereiken was door de woeste golven van 11-15 meter hoog te bestieren.

    Inheemse volken waaronder de Chiriquí en Borucas leefden sinds 6000 v.c. op de peninsula. Columbus noemde de peninsula 'Osa' naar een stamhoofd dat zijn crew daar ontmoette. De baai werd in de 16e eeuw ontdekt door Sir Drake, een piraat die volgens legendes een grote schat heeft begraven. Door de moeilijke bereikbaarheid van de baai bleef het gebied vervolgens eeuwenlang met name een plek uit verhalen.

    In de 18e eeuw kwam de regio voor het eerst op de eco-kaart te staan door naturalist Oveido, die zijn best deed de lokale inheemse bevolking ervan te overtuigen dat ontbossing niet de beste wijze van agricultuur was. Tijdens de onafhankelijkheidstrijd van Cista Rica in de 19e eeuw werden echter veel inheemse volkeren vermoord. De peninsula raakte vrijwel onbewoond en de jungle slokte het weer op en maakte de baai onbereikbaar vanaf het vasteland. Eind van die eeuw werd het gebied opnieuw door naturalisten herontdekt en de overheid gaf subsidie aan een project het in kaart te brengen, maar bemoeide zich verder weinig maar het gebied. Wel was Osa een geliefde plek om criminelen naartoe te verbannen, omdat die eenmaal daar afgezet niet meer terug naar vasteland komen komen zonder schip.

    In de 20e eeuw viel de peninsula in handen van een USA agricultureel bedrijf die zorgde voor grootschalige ontbossing voor bananen- en palmolie plantages en houthandel.
    Bovendien werd er goud ontdekt in de baai, wat voor een door goudkoorts opgewekte toestroom van schimmige gelukzoekers zorgde. Ook krokodillenjagers vonden hun weg naar de baai op zoek naar kostbaar leer. Dit maakte de 'last frontier' gevoel van de baai compleet. Er woonden vorige eeuw zo'n 25 gezinnen, die ieder als squatters stukken land hadden opgeëist. Het agriculturele bedrijf probeerde controle.te krijgen over het gebied, maar bleek niet bestand tegen de eclectische mix van inheemse bevolking, criminelen, goudzoekers, Panamezen, krokodillenjagers, eigenzinnige boeren, en een snel groeiende groep naturalisten en biologen die zich er vestigden en die de overheid onder steeds meer druk zetten de pensinsula tot beschermd gebied te verklaren. Uiteindelijk gaf het bedrijf het op en ruilde het land om voor een ander gebied. In 1975 was Nationaal Park Corcovado een feit. De "krakers" in het gebied moesten het park - ongeveer 1/3e van de pensinsula - verlaten, maar mochten wel elders in de peninsula neerstrijken en gebied in een soort pachtafspraak blijven gebruiken.

    Het bleef een erg moeilijk te bereiken gebied en de overheid is na die afspraak vrijwel niet meer in de peninsula actief. Inmiddels wonen er in Agujitas, dat samen met los Planes de grootste plaatsjes in de baai vormt, samen goed voor zo'n 2000 kleurrijke inwoners. Een beetje een anarchistische boel, zo omschrijven de bewoners het zelf aan ons, waar men zelf dingen moet regelen, want de overheid geeft nooit thuis. Ook in de rest van Costa Rica blijft Drake Bay tot de verbeelding spreken. Iedereen die we vertelden dat we er naartoe gingen rijden keek ons met grote ogen aan. Dat kan helemaal niet, werd ons dan vervolgens verteld. Onmogelijk, ruwe bergen, 3 diepe rivieren die je over moet steken, alleen te bereiken met een krachtige boot. Dat er inmiddels al 2 jaar een weg door de bergen ligt (of ja, een deels aangelegde weg waarvan de aanleg werd gestopt na een corruptie schandaal, waardoor er nu een vrolijk zebrapad van galdde wegen afgewisseld door zeer hobbelige en weggespoelde wegen door het landschap loopt) en 3 bruggen, dat nieuws heeft blijkbaar nog weinig oren bereikt. Maar volgens ons houdt de bevolking van Drake Bay dat ook liever zo.

    Corcovado trekt ecotoeristen, maar verder zijn er in Drake Bay weinig voorzieningen. Sinds 2004 zijn de plaatsjes in de baai aangesloten op het elektriciteitsnet en sinds 2010 is er internet, maar veel huizen en boerderijen houden het liever bij simpel. Bijna iedereen dan, want inmiddels hebben zich ook wat multi-miljonairs (type lost boys van Peter Pan) aan de eclectische baaigemeenschap toegevoegd, inclusief megavilla met privéhelicopter landingsplaats.

    Wij verblijven in Los Planes, net buiten de baai, in een eco boerderij van Yos en Osvaldo. Osvaldo vertrok in 1999 uit Barcelona op 22 jarige leeftijd en kwam 14 haar geleden in de baai terecht, waar hij zelf een boerderij in elkaar heeft getimmerd. Het is een vrolijke exentriekeling die zich voortdurend op nieuwe projecten stort. Op het moment is dat het bouwen van een zwembad van beton voor het huisje dat ze verhuren aan reizigers. Yos kwam er 7 jaar geleden bijwonen, vanuit haar geboortestad San José, op zoek naar een ecologischer bestaan. Samen draaien ze met af en toe wat help van vrienden een ecoboerderij van 25 hectare, grotendeels bestaande uit bosgebied. Ze groeien er vanalles, mango's, bananen, kokosnoten, kaneel, kurkuma, aloe vera, bonen, cacao, vanille, papaja en nog veel meer. Hun paard eet elke dag een stukje grasland kort, want machines zijn er nauwelijks in Drake Bay - er is ook geen benzinestation (de eerstvolgende in op 3 uur rijden) dus veel mensen malen er nog gebruik van paarden om zich te verplaatsen. We slapen in een hut die Osvaldo in elkaar heeft getimmerd, midden in de velden. Er is maar een beetje elektriciteit (door zonnepanelen) en 's avonds loop je door het hoge gras tussen de rote spinnen door. Na zonsondergang lichten de velden op door vuurvliegjes. We eten elke dag van het land, ze maken alles zelf. Ook laten ze zien hoe ze compost maken om de schrale grond van de baai geschikt te maken voor beplanting.

    Naast genieten van deze bijzondere plek, gaan we een avond op stap met bioloog Tracie Stice en naturalist Gianfranco Gómez, die sinds de jaren 90 in Drake Bay wonen en er onderzoek doen. Gewapend met een speciale nachtcamera leren we van hen alles over lopende onderzoeken naar het poepgedrag van luiaarden, pas ontdekte schorpioenen, 'trapdoor' spiders, de diversiteit aan karakters van insecten (de tarantula die in de boom naast de trap woont is volgens Gianfranco bijvoorbeeld zeer zachtaardig en vreselijk verlegen) en de vaderrol van kikkers.

    We gaan ook een dag op stap naar Corcovado National Park, waar je alleen kunt komen per boot. We gaan samen met een Zwitsers stel en een lekker recalcitrante gids die alternatieve wandelwegen vindt (ook als die dwars door struikgewas lopen :) op pad. Hoogtepunt is dat we héél zachtjes over een paadje door hoge, stekelige planten en struiken mogen sluipen om te komen kijken bij de hoogzwangere tapir die daar de laatste weken elke dag haar middagdutje komt doen. Het is een enorm dier (een soort paard met korte poten) en het is heel bijzonder haar van zo dichtbij te kunnen zien.

    We hebben het erg naar ons zin gehad en hadden best nog even willen blijven plakken om de overige 1998 bewoners beter te leren kennen, maar we zijn inmiddels doorgereden naar het derde biologische station van Costa Rica, las Cruces. Daarover later meer!
    Read more

  • Day 10–12

    Montezuma: treehouse

    November 26, 2023 in Costa Rica ⋅ ⛅ 28 °C

    [Update 2/2 van vandaag ivm slecht internet afgelopen dagen en max aantal foto's pet post, zie post hieronder voor rest!]

    Het is tijd om voor nu de zeer rustige provincies die we tot nu toe hebben verkend gedag te zeggen om de drukte van de kuststadjes aan de westkust op te gaan zoeken. Bij het voorbereiden van de reis kwamen we op veel reisblogs en ook op sites van diverse ambassades allerlei alarmistische berichten tegen over criminaliteit, maar in de binnenlanden hebben we ons tot noch toe alleen maar heel veilig gevoeld en van criminaliteit of slechte intenties niks gemerkt - als je even niet meerekent dat wij zélf op dag 3 al in stonden in te breken en op dag 4 iemand bijna hadden gescamd. Dat was in Caño Negro, waar we in een huisje sliepen op een terrein van een familie. In de avond zaten we daar in de open buitenkeuken, toen jongste dochter Eliza (jaar of 7) naar ons toe kwam omdat "het oma niet lukt". Bleek dat de ouders even naar nabijgelegen stad waren gereden en oma zou de kinderen die bij haar hadden gegeten op.bed komen leggen, maar het slot deed het ineens niet meer. Elize ging dus even een poging wagen, onder toeziend oog van oma en haar drie kleinkinderen. "Weet je hoe dat werkt?" vroeg de jongste. "Nee, maar we gaan het gewoon proberen!" antwoorde ik tot zijn plezier. Het slot wilde echt niet meer open, dus uiteindelijk hebben we de tralies van het raam losgemaakt en is Eliza als een katje door het raam naar binnen geklommen, om de deur van binnenuit los te maken. De volgende dag wilden we bij het uitchecken met kaart betalen. De eigenaresse was alleen thuis met twee van de kinderen en omdat ze niet wist hoe het apparaat werkt, vroeg ze ons of we zelf de betaling even wilde proberen te doen. Of we wisten hoe dat werkt? De oudste dochter van 11 kwam erbij staan en herhaalde lachend Elize's woorden van de vorige dag; "nee, maar we gaan het gewoon proberen!" Na veel geklungel hadden we het ding aan de praat, maar door de vele nullen in het lokale geld (550 collones is ongeveer 1 euro) toetsen we er één te weinig in, waardoor we maar 19 euro betaalden voor 2 overnachtingen en een tour. Het is dat we ons afschrift zelf even goed checkten, anders was de eerste scam een feit geweest.

    Nu gaan we echter richting de kuststeden en we vermoeden dat we hier wat meer van de andere kant van Costa Rica gaan zien - de armoede in de drukkere steden, meer overlast van drank en drugs en wellicht ook een wat onveiliger gevoel. Het blijkt uiteindelijk erg mee te vallen aan de westkust. Hoewel het inderdaad wel een stuk drukker is en er hier en daar zelfs wat rommel langs de straat ligt (het is opvallend hoe schoon Cista Rica verder is, je ziet nergens afval liggen, rivieren en ook kusten zijn vrijwel helemaal plastic vrij) is iedereen ook hier heel vriendelijk. Het verkeer is drukker maar blijft heel gemoedelijk, iedereen geeft elkaar de ruimte en er is veel geduld voor langzaam rijdende gringos zoals wij.

    We rijden naar Montazuma, een surferstadje dat in de Osa Pensinsula ligt. We verblijven hier in een eco community van overwegend USA expats en enkele ticos, in een open boomhut midden in hun stukje regenwoud. Ze hebben hier een ecologische boerderij waar ze grotendeels zelfvoorzienend mee zijn, en een grote groep kippen. In Montezuma verblijven veel expats en de sfeer is dan ook anders dan we tot nu toe hebben meegemaakt. Wat meer verwesterd, dure restaurantjes met soyamelk cappuccino en meer gedoe in verkeer door racende motors en quads. Het is er echter alsnog vrij rustig en we hebben het strand bijna helemaal voor onszelf.

    De boomhut is geweldig, heel profesorisch, open en vol met beestjes - variërend van leaf cutter ants die de boom kaalplukken, 4 eekhoorns die elke dag dezelfde ronde bleken te doen in onze boom en omliggende bomen om te checken welke vruchten al gaar waren, vele coati's die vruchten kwamen eten (en die ook met veel geweld op ons dak lieten kletteren), allerlei dieren onder de boomhut die daar in ochtend en avond eten kwamen scharrelen, tot 3 katten die gezellig komen buurten en kijken of er wat te snacken valt. Om de koelkast zit een grote snelbinder gebonden, omdat er afgelopen weken vaan gestolen wordt uit de koelkast, waarschijnlijk door wasberen. Eén keer was er niks gestolen, maar waren er bananen bijgelegd. Het mysterie was nog niet opgelost, maar ons werk aangeraden eten in kratten op te bergen en de koelkast hermetisch afgesloten te houden. Ook de wc en douche waren in openlucht. Erg Tarzan en Jane allemaal :). De geluiden in ochtend en avond bij zonsopgang en -ondergang waren geweldig.

    We hebben het kustplaatsje verkend en zijn eergisteren in de avond op een kano gestapt om de zonsondergang op het water te kunnen zien en vervolgens op zoek te gaan naar lichtgevende algen in het water. We waren met enkele Duitsers en een heel enthousiaste gids die veel kon vertellen over het bioluminescence fenomeen. Hier hebben we alleen mentale foto's en video's van gemaakt, maar het was echt magisch mooi (Maciej voelde zich naar eigen zeggen een Disney prinses). Bij elke aanraking van het water, met je handen of peddel of kano, ontstaan er twinkelende sporen van sterrestof in het water. Omdat het volle maan was moesten we op zoek naar maanschaduw achter bergen en daar voeren we dan door een oplichtende melkweg. Echt prachtig!

    Op terugweg was het al erg laat en besloten we een pizza mee te nemen om nog even iets te kunnen eten. De restjes gingen in een afgesloten koelkast. De volgende dag werden we wakker met een open koelkast waar alles nog netjes in stond, onze yoghurt, fruit en eieren waren niet aangeraakt. De pizza was echter verdwenen - we hebben de eigenaren tot hun grote plezier daarom 'ninja turtles' laten toevoegen aan lijst van mogelijke misdadigers en waarschuwingen voor volgende reizigers.

    Gisteren hebben we een flinke afstand afgelegd om in Uvita te overnachten, onderweg naar het afgelegen Drake Bay. Daarover later meer!
    Read more

  • Day 8–10

    Palo Verde biological station part II

    November 24, 2023 in Costa Rica ⋅ 🌧 28 °C

    [Update 1/2 van vandaag ivm slecht internet afgelopen dagen en max aantal foto's pet post]

    We hebben in de middag en de ochtend erna zelf het national park van Palo Verde verder verkend. Best een uitdaging met alle muggen die zich in het staartje van het regenseizoen nog even laten zien, maar van top tot teen ingepakt gaan we de uitdaging graag aan, want eat is het hier ontzettend mooi!

    De andere gasten én onze 'huisbioloog' zijn inmiddels uit het park vertrokken, dus we zijn op de 3 stafleden na die het station draaiende houden en de medewerkers van de natuurbeheer ranch verderop (waar de grote lisdodde paarden en koeien crew verzorgd wordt) helemaal alleen. Op de vele honderden dieren die zich overal laten zien na dan. Bij het ontbijt trekt er al een hele stoet meer-dan-menselijke buren langs aan de eetzaal, van coati's (soort wasberen), agoutis (soort mini capibara), enorme vogels, vele iguana's, slangen (zie video voor slang die we een hagedisje voor haar ontbijt zagen vangen en verorberen) en net buiten het terrein ook tientallen hertjes, wilde zwijnen, brulapen en slingerapen en een grote havik die met smaak een iguana opat. Het is eten en gegeten worden en hier is het overduidelijk dat wij net zo goed deel uitmaken van het voedselweb (cue mosquitos ;).

    De jungle hier is droog, heet en onvergeeflijk. We lopen een paar trails en zelfs daar moeten we heel goed opletten om niet te verdwalen, alles lijkt op een pad en niets lijkt op een pad. We zijn blij dat we de langere en moeilijke trails toch maar niet zijn gaan lopen (de bioloog bij vetrek: "I absolutely would discourage to do these trails, but of course if you want to, it's all up to you").

    De ochtend van vertrek rijden we eerst nog even iets dieper het park in, voorbij de ranch en richting de rivier. Hier genieten we nog even van omgeving en de dieren die aan de oevers rusten en eten zoeken. Daarna vertrekken we richting de Osa Peninsula, waar we in de buurt van Montezuma een hele andere kant van Costa Rica willen verkennen: de expat communities van de westcoast.
    Read more

  • Day 8

    Palo Verde estacion biologico

    November 24, 2023 in Costa Rica ⋅ ☁️ 31 °C

    [Update 2/2 van vandaag ivm max. aantal foto's, zie post hieronder voor rest!]

    Na twee dagen ontspannen in een resort was het tijd om de "bewoonde wereld" (dat blijft in Costa Rica erg relatief) weer achter ons te laten en door te rijden naar het 2e biological station van Costa Rica, Palo Verde.

    Dit onderzoeksstation is kleiner dan La Selva maar heeft eveneens ruimte voor onderzoekers - inclusief laboratoria en kleine klaslokalen - en enkele bezoekers. Bijzonder van Palo Verde is dat het midden in een National Park ligt van 20.000 hectare in de provincie Guanacaste, dat in het bezit is van de overheid. We moeten ons daarom eerst melden bij een soort van douane, waar we ons moeten registreren. Het nationale park is internationaal bekend omdat het een van de grootste en meest belangrijke "wetlands" van Centraal America herbergt en daarnaast een van de laatste intacte tropisch dry forest systemen ter wereld. Hoewel er ook hier een nat en droog seizoen is, is het droge seizoen écht droog en dat resulteert in een savanne-achtige omgeving die doet denken aan Zuid-Afrika. Grappig genoeg vertelt Sergio, een tropisch bioloog, bij aankomst dat we onder geen beding zonder auto naar de andere kant van het park mogen gaan, omdat we dan het risico lopen gedood te worden door bizons. Huh? Die blijken zo'n 30 jaar geleden te zijn ontsnapt bij een inwoner met voorliefde voor exotische dieren, die na ontsnapping geen thuis meer gaf. Omdat het klimaat en de biotoop inderdaad erg overeenkomst met dat in hun oorspronkelijke land van herkomst en de bizons hier alleen geen natuurlijke vijanden aantreffen, is de kudde inmiddels flink uitgedijd. Wel een hoofdbreker voor natuurbehoud, aldus Sergio. Anderzijds helpen ze wel bij het aanpakken van Grote Lisdodde - in Nederland beschermd en met uitsterven bedreigt maar hier een woekerende exoot die de wetlands dreigde over te nemen. Inmiddels grazen koeien, paarden, en dus ook die bizons tegen de grote lisdodde op in het national park. Dit zijn de enige geïntroduceerde soorten hier.

    De wegen en plaatsjes in Costa zijn heel erg rustig (wat niet zo vreemd is gezien het feit dat het land iets groter is dan Nederland en maar 5 miljoen inwoners heeft) en de ritten door het steeds veranderende landschap geven ons bij vlagen een sterk alleen op de wereld gevoel. Ook op de snelwegen kom je soms helemaal niemand tegen. Veelbetekenend is ook dat Sergio bij aankomst in het instituut aangeeft dat het nu "erg druk" is in het park; met ons erbij blijken er 7 bezoekers te zijn! Het onderzoeksstation heeft een heel gemoedelijk en kleinschalig karakter, alsof je even bij een hechte gemeenschap aan mag sluiten. We slapen in hele simpele kamers en er is een gedeeld eetzaaltje dat bestaat uit een open constructie met gaas als raam (geen overbodige luxe aan het einde van het regenseizoen, het zoemt hier van de muggen). Schoenen en slippers moeten buiten blijven en naast de gastenverblijven, eetzaal en enkele onderzoeksgebouwtjes is er in de wijde omgeving niks te vinden. De koks eten gezellig mee met de onderzoekers en bezoekers die aanwezig zijn.

    Het landschap is echt weer totaal anders dan alles wat we afgelopen dagen hebben gezien. Droog en het bos heeft, anders dan het tropisch regenwoud dat 5 groeilagen heeft en hierdoor heel dicht begroeid is, maar 2 groeilagen; halfhoge bomen en hoge bomen. Ook bijzonder is dat dit het enige deel van Costa Rica is waar bomen al hun blad verliezen in het droge seizoen, waardoor er een soort warm winterlandschap ontstaat. Ook de wetlands vallen dan helemaal droog en alle vegetatie in de vallei verdwijnt voor enkele maanden. Zodra de regen komt, wordt alles weer groen en ontstaan er nieuwe wetlands in de vallei.

    Ook de fauna is hier weer anders dan in andere delen. Andere vogels, maar bijvoorbeeld ook andere iguanas, die weer een eigen dialect spreken (bij territoriaal gedrag knikken ze hier "ja", terwijl hun feller gekleurde neven uit het regenwoud "nee" schudden). Tijdens een nachttour die we bij aankomst doen zien we naast de dieren in en rond het instituut zelf (de slang die woont in een reling, de iguana wiens slaapkamer in een afvoerpijp zit, de kikkers in de wasbakken) niet zo veel, behalve meerdere common pauraques. Deze vogels zitten 's nachts op de weg om insecten te eten en hun ogen lichten rood op. Zodra je in de buurt komt vliegen ze op en gaan ze een paar meter verderop weer zitten. In volksverhalen spelen ze dan ook vaak de rol van kwaadwillige dwaallichten die reizigers het moeras in lokken.

    Tijdens de hike deze ochtend kwamen we naast veel verschillende vogels, een slang, herten en heel veel iguanas ook nog een white-nosed coati tegen. Vanmiddag gaan we ons ondanks de muggen zonder Sergio wagen aan enkele trails om de omgeving verder te verkennen. Hopelijk komen we geen bizons tegen ;).
    Read more

Join us:

FindPenguins for iOSFindPenguins for Android